U bent hier

Organisatie & Leidinggeven
Personeelsverzekeringen5. Verzuimverzekering5.3 Stop-lossverzekering

5.3 Stop-lossverzekering

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Management Rendement
Publicatiedatum: juni 2024

grote ­organisatie

Werkt u voor een grote organisatie, dan is de stop-lossverzekering misschien een betere optie voor uw organisatie dan de conventionele verzekering.

Verzuimkosten

zelf dragen

Uitgangspunt van de stop-lossverzekering is dat u de kosten voor ziekteverzuim zelf kunt dragen. Onder normale omstandigheden hoeft u geen beroep te doen op de verzekering. Loopt het ziekteverzuim onverwacht op, bijvoorbeeld doordat een grote griepgolf de organisatie teistert, dan kunt u terugvallen op de verzekering.

5.3.1 Eigen risico

Bij een stop-lossverzekering is er ook sprake van een eigen risico. Toch wordt dat niet uitgedrukt in verzuimduur, maar in geld. Pas als de totale kosten van loondoorbetaling hoger uitvallen dan het eigenrisicobedrag, keert de verzekeraar uit. Hierbij kijkt de verzekeraar dus niet naar de kosten per zieke werknemer, maar naar de volledige loondoorbetalingskosten die de organisatie moet maken.

5.3.2 Eigen behoud

bovengrens

U bepaalt tot welk bedrag per jaar uw organisatie de kosten van de loondoorbetaling zelf draagt. Deze bovengrens wordt ‘eigen behoud’ genoemd. Hoe lager het grensbedrag, hoe hoger de premie. Als de grens te laag is, betaalt u een flinke premie. Is deze te hoog, dan moet u bij oplopend verzuim een groot deel zelf betalen.

Schat realistisch in wat uw organisatie gemiddeld kwijt is aan loondoorbetaling bij ziekteverzuim en bepaal op basis daarvan de bovengrens.

Maximale vergoeding

ondergrens

De verzekeraar hanteert ook een bovengrens voor de maximale vergoeding. Meestal keert hij maximaal het bedrag uit dat gelijk is aan het eigen behoud. Stijgen de verzuimkosten daarbovenuit, dan betaalt uw organisatie het meerdere weer zelf. Er geldt dus zowel een ondergrens als een bovengrens voor de vergoeding van de verzekeraar!

5.3.3 Hoogte van de premie

totale loonsom

Bij het vaststellen van de premie houdt de verzekeraar onder meer rekening met:

  • de totale loonsom;
  • de leeftijdsopbouw van het personeel;
  • de aard van de werkzaamheden;
  • de verzuimcijfers van uw organisatie en in de branche.

ontwikkeling

De premie wordt in principe jaarlijks aangepast. De verzekeraar let hierbij vooral op de ontwikkeling van het ziekteverzuim binnen uw organisatie en binnen uw branche. Houd er dus rekening mee dat als het verzuim in een bepaald jaar stijgt, de premie in de jaren daarna waarschijnlijk ook omhoog zal gaan. Misschien kunt u met de verzekeraar afspreken dat de premie voor een bepaald aantal jaren vaststaat.

Kies wel slim

grens ­overschrijden

Een schoonmaakbedrijf met 150 werknemers kiest voor een eigen behoud van € 75.000. Een relatief laag bedrag, dat overeenkomt met € 500 per werknemer per jaar. Een individueel verzuimgeval zal deze grens snel overschrijden. De maximale vergoeding die de verzekeraar uitkeert, bedraagt ook € 75.000.

Lopen de totale kosten van de loondoorbetaling op tot boven de € 150.000 (twee keer het eigen behoud), dan keert de verzekeraar dus niet meer uit en moet het schoonmaakbedrijf de kosten boven deze grens weer zelf betalen. Dit bedrijf heeft dus maar een beperkte marge waarbinnen de verzekeraar het verzuim vergoedt.

5.3.4 Voor- en nadelen

lagere premie

Welke verzekering past nu het beste bij uw organisatie? Het grote voordeel van een stop-lossverzekering ten opzichte van een conventionele verzuimverzekering is de lagere premie. De verzekeraar keert immers alleen uit bij hoog verzuim, bijvoorbeeld door een calamiteit. Daardoor kan de verzekeraar de premies laag houden.

Kleine werkgevers

maximale ­uitkering

Een groot nadeel van de stop-lossverzekering is dat de verzekeraar een maximale uitkering hanteert, die meestal gelijk is aan het bedrag van het eigen behoud. Vooral bij kleine werkgevers, die het eigen behoud meestal niet hoog zullen vaststellen, kan dit betekenen dat de verzekeraar zelfs bij één geval van langdurige ziekte al vrij snel niet meer uitkeert.

Langdurend verzuim werknemer

Een organisatie met tien werknemers heeft een stop-lossverzekering afgesloten met een eigen behoud van € 12.000. Eén van de werknemers, met een brutomaandloon van € 4.000, wordt langdurig ziek. Na drie maanden is de grens van het eigen behoud overschreden en keert de verzekeraar een bedrag uit. Na zes maanden ziekte is het maximale uitkeringsbedrag al bereikt, aangezien dit gelijk is aan het eigen behoud van € 12.000. De organisatie moet nu alle overige kosten van de loondoorbetaling – ook van nieuwe ziektegevallen – in dat jaar zelf dragen.

Grote werkgevers

zekerheid

In de praktijk blijkt dat vooral grote werkgevers voor de stop-lossverzekering kiezen. Zij kunnen immers met behoorlijke zekerheid uitspraken doen over het verwachte ziekteverzuim en op basis hiervan het eigen behoud bepalen. Bovendien is het bij de meeste verzekeringsmaatschappijen alleen mogelijk om een stop-lossverzekering af te sluiten als de organisatie een minimumaantal werknemers heeft. Deze ondergrens is bijvoorbeeld 20 werknemers.