U bent hier

Organisatie & Leidinggeven
Leidinggeven aan levensfasen4. Leiderschap in de ­oriëntatiefase4.4 Aandachtspunten bij de oriëntatiefase

4.4 Aandachtspunten bij de oriëntatiefase

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier MT Rendement
Publicatiedatum: september 2022

kenmerken

fouten

instructie

bijdrage

voorbeeld

stress

Geeft u leiding aan werknemers in de oriëntatiefase, dan is het goed om de belangrijkste aandachtspunten in uw achterhoofd te houden:

  • Gebruik de kenmerken van generatie Z, de leeftijdsfase tot 25 jaar en de exploratiefase in uw voordeel, maar kijk daarbij ook en vooral naar waar de medewerker staat in het leven.
  • Geef een medewerker in deze fase de ruimte om te ontdekken, te proberen en te onderzoeken. Zorg dat fouten maken kan en mag, zolang de oorzaken van de fouten daarna maar weggenomen worden en de medewerker ervan heeft kunnen leren.
  • Geef (autoritair) instructie aan de medewerker. De medewerkers in deze fase zijn nog niet vakvolwassen en moeten het hoe en wat van het werk nog leren. Daarvoor is een instructie de meest effectieve manier. Ook al vindt de medewerker zelf misschien van niet, dit is en blijft nodig. Al hoeft dat natuurlijk niet per se op de traditionele manier: u kunt de medewerker ook naar de instructie laten zoeken op internet.
  • Geef de medewerker veel verschillende taken en rollen. Laat hem ontdekken wat hij kan, leuk vindt en waar hij naartoe wil groeien. Het duurt op die manier (gevoelsmatig) misschien langer voordat de medewerker echt vakbekwaam is, maar u bindt hem zo langer aan de organisatie. Daardoor kunt u veel langer van uw investeringen in de medewerker profiteren.
  • Accepteer dus ook dat een medewerker in de oriëntatiefase van alles tegelijk doet. Gebruik dit in uw voordeel en laat hem ook op veel plekken een bijdrage leveren. Laat de medewerker meedenken en de technologische hulpmiddelen en de mogelijkheden van het internet optimaal benutten. Dit kan ook weer nuttige informatie opleveren voor de oudere medewerkers die minder bekend zijn met de digitale mogelijkheden.
  • Vertrouw de medewerker! Deze groep heeft een groot verantwoordelijkheidsgevoel. Zij hoeven zelf niet altijd fysiek aanwezig te zijn om het werk te kunnen doen of beslissingen te kunnen nemen. De huidige technologische hulpmiddelen bieden daar mogelijkheden genoeg voor. Geef de medewerkers deze ruimte en vertrouw erop dat ze ook bij fysieke afwezigheid hun werk goed zullen uitvoeren.
  • Focus op het aanleren en ontwikkelen van vaardigheden en soft skills. Gevoelens, houding, gedrag, emoties en andere zachtere kanten die belangrijk zijn op het werk en in het leven, zijn veel minder makkelijk van het internet te halen dan harde kennis. Hiervoor kijkt de medewerker vooral naar u als manager. Geef hem het goede voorbeeld en ondersteun hem hierin.
  • Help met prioriteiten stellen en het aanbrengen van focus in het werk. Waar het snelle switchen vaak een kracht is, kan het ook negatieve gevolgen hebben. De medewerker kan het overzicht kwijtraken, stress ervaren en ook op jonge leeftijd liggen burn-outklachten op de loer. Ook hier ligt een belangrijke taak voor u als manager.