4.2 Grootste uitdagingen voor leidinggevenden
binden en boeien
In elke fase komt u weer de uitdagingen tegen waar u in het algemeen mee te maken krijgt als u goed wilt leidinggeven. Daarnaast kunt u aandacht hebben voor levensfasebewust leiderschap of beleid (zie ook hoofdstuk 8). Voor medewerkers in de oriëntatiefase – zeker als het gaat om leden van generatie Z – zijn er twee heel specifieke grote uitdagingen voor u als leidinggevende: instructies geven en de medewerkers behouden.
4.2.1 Instructies geven
vakvolwassenheid
Volgens het situationeel leiderschap (paragraaf 3.6.3) geeft u deze groep medewerkers in de eerste plaats instructies en als ze een stap verder zijn, moet u meer gaan overtuigen. Zo bereiken de medewerkers vakvolwassenheid.
Overschatten
feedback
Hoewel de medewerkers vol bravoure en zelfvertrouwen de werkvloer op zullen komen, hebben ze soms de neiging hun eigen kennis en kunde te overschatten. Daarom hebben ze van u feedback, instructies en opleiding nodig. Dit helpt niet alleen om hun eigen kwaliteiten en huidig niveau te leren kennen, maar ook om het werk te doen.
Zoekmogelijkheden
instructie
Deze generatie houdt echter niet van hiërarchie of autoritair leiderschap. Dankzij de huidige digitale zoekmogelijkheden voelt het voor deze groep medewerkers ook alsof die leidinggevende stijl niet nodig is: ze kunnen alle informatie immers zelf vinden. Een instructie van het internet is prima, maar een instructie van een manager is ‘not done’.
Medewerkers beseffen niet altijd dat de filmpjes, vlogs, blogs en artikelen die ze online vinden ook instructies zijn die hun precies vertellen wat en hoe te doen.
Bron
ruimte
Deze generatie is zo goed op de hoogte van alle technologische hulpmiddelen en de mogelijkheden van het internet, dat zij andere hulpmiddelen soms uit het oog zijn verloren. Dat is een belangrijk aspect voor u als leidinggevende om rekening mee te houden. Deze groep wil graag leren, maar de bron van informatie bent u niet meer, dat is het internet. Het is dan ook belangrijk dat u hun die ruimte en mogelijkheden geeft om daarin hun eigen weg te vinden. U houdt uiteraard wel in de gaten dat dit niet leidt tot medewerkers die de taken op een verkeerde manier uitvoeren.
Vaardigheden
maatschappelijk betrokken
Op het gebied van soft skills en vaardigheden is de situatie vaak heel anders. Medewerkers in de oriëntatiefase, maar zeker ook in deze generatie, willen zich graag als persoon ontwikkelen. Ze moeten ontdekken wat ze nu echt leuk vinden, wat ze echt kunnen en in veel gevallen wie ze zijn en zouden willen zijn. Deze generatie is namelijk zeer maatschappelijk betrokken en wil een zinvolle bijdrage aan de maatschappij leveren. Hoe ze zich dan staande moeten houden in deze maatschappij, zich in organisatie moeten gedragen om effectief te zijn en hoe ze impact kunnen hebben, moeten en willen ze nog leren.
In het geval van vaardigheden maakt u als leidinggevende het verschil door veel voor te doen, mee te laten kijken en iemand erbij te betrekken.
4.2.2 Medewerkers zien te behouden
De tweede uitdaging voor u als leidinggevende is om de medewerkers uit de oriëntatiefase te binden en boeien voor de organisatie. Van deze groep medewerkers (tot 25 jaar in dit geval) wisselt volgens cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) elk jaar 30% tot 40% van baan. Dat zijn er veel meer dan medewerkers in welke andere fase dan ook.
Zoekend
zoekend
Volgens verschillende onderzoeken blijft een medewerker in de oriëntatiefase ergens tussen de 1,5 en 2,5 jaar in zijn eerste functie. Dit is ook niet gek, omdat werknemers in deze fase nog heel erg zoekend zijn.
Het is echter wel zonde als u veel tijd en energie in het inwerken en opleiden van de medewerker heeft gestoken en hij de organisatie vervolgens verlaat nog voor u daarvan optimaal heeft kunnen profiteren. Kijk daarom hoe u de medewerker kunt binden en boeien.
Uitdagend
brede ontwikkeling
Eén van de grootste valkuilen voor u als manager is om het werk niet uitdagend genoeg te maken. U denkt misschien al snel dat een medewerker eerst één taak helemaal moet kunnen, voordat hij aan een nieuwe taak kan beginnen. Deze eerste taak is immers al moeilijk genoeg en verdient alle aandacht. In de oriëntatiefase, en zeker bij generatie Z, is dit dé manier om de medewerker kwijt te raken. Medewerkers in deze fase zijn juist op zoek naar brede ontwikkeling en ervaring. Zorg er dus voor dat u deze werknemers geen eenzijdig werk laat doen.
Snel schakelen tussen taken
ervaring
Medewerkers in de oriëntatiefase werken hard, maar kunnen dat vaak ook prima aan, omdat ze vitaal en fit zijn. Focus op één taak is – zeker voor generatie Z – echter niet hun sterkste punt. Ze switchen snel, maar ook makkelijk, tussen taken en opdrachten. Juist dat is ook de manier om snel veel ervaring op te doen en te achterhalen wat ze wel en niet kunnen. Zo komen ze er ook achter wat ze wel en niet leuk vinden om te doen. Door het grote verantwoordelijkheidsgevoel en de wil om een zinvolle bijdrage te leveren aan hun werk, zullen ze alles in het werk stellen om de verschillende taken te laten slagen.