U bent hier

11.2 In (hoger) beroep gaan

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Salaris Rendement
Publicatiedatum: juni 2015

In de uitspraak van de Belastingdienst op uw bezwaar staat precies aangegeven hoe, bij welke rechtbank en voor wanneer u hiertegen in beroep kunt gaan. Als de beroepsfase niet het gewenste resultaat oplevert, kunt u vervolgens in hoger beroep gaan bij het gerechtshof. In de uitspraak van de rechtbank op uw beroep staat precies aangegeven hoe, bij welk gerechtshof en voor wanneer u hiertegen in hoger beroep kunt gaan.

Inhoud

gemachtigde

proceskostenvergoeding

In uw (hoger)beroepschrift moet u in elk geval de naam en het vestigingsadres van uw onderneming opnemen, en uw eigen naam en functie (als u de gemachtigde bent). Verder moet u duidelijk vermelden tegen welke uitspraak op bezwaar of beroep u in opstand komt (stuur hiervan een kopie mee) en een berekening opnemen van hoe hoog de belastingschuld volgens u is. Ook de dagtekening en uw handtekening mogen niet ontbreken. Neem ook altijd een verzoek tot proceskostenvergoeding op in uw (hoger)beroepschrift. U moet verder een uittreksel van het Handelsregister en de machtiging meesturen.

Gaat u in beroep tegen een uitspraak op uw bezwaar tegen een beschikking met een boete en/of belastingrente, dan wordt er automatisch van uitgegaan dat uw beroep zich ook tegen de boete en rente richt. Ditzelfde geldt voor een hoger beroep dat hierop volgt.

uitdrukkelijk verzoeken

Als u het niet haalt om binnen de (hoger)beroepstermijn aan de gestelde eisen qua inhoud te voldoen, kunt u een pro-forma(hoger)beroepschrift indienen zonder motivering en die motivering dan later aanvullen. Let op dat uw onderneming de Belastingdienst in de (hoger)beroepsfase uitdrukkelijk moet verzoeken om gebruik te kunnen maken van deze mogelijkheid.

Ook kunt u via slim gebruik van de fax voorkomen dat uw (hoger) beroep te laat is. Het indienen van (hoger) beroep per fax is niet toegestaan. Maar als u uw (hoger) beroep zowel per fax als per post indient, geldt de binnenkomst van de fax als indieningsdatum. Dit geldt echter alleen zolang uw (hoger) beroep ook per post volgt.

Indienen

zes weken

Voor het indienen van uw beroep heeft u zes weken de tijd vanaf de dag na de dagtekening van de uitspraak van de Belastingdienst op uw bezwaar. Voor het indienen van uw hoger beroep heeft u zes weken de tijd vanaf de dag na de dagtekening van de bekendmaking van de uitspraak van de rechtbank op uw beroepschrift. Ook hier geldt dat als de laatste dag van deze termijn op een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag valt, het einde van de termijn doorschuift naar de eerstvolgende dag die niet zo’n dag is.

op tijd

doorgestuurd

Uw (hoger)beroepschrift is op tijd als het uiterlijk op de laatste dag van de (hoger)beroepstermijn bij de betreffende instantie binnen is. Bij verzending per post is uw beroep op tijd als het vóór het einde van de zeswekentermijn is gepost en in de zevende week bij de betreffende instantie binnenkomt. Mocht u het beroep naar de verkeerde rechtbank sturen, dan geldt de ontvangstdatum daar als indieningsmoment en wordt uw beroep aan de juiste rechtbank doorgestuurd. Ditzelfde geldt voor een hogerberoepschrift dat bij het verkeerde gerechtshof wordt ingediend.

Als uw beroepschrift te laat bij de rechtbank binnenkomt, mag het niet meer in behandeling worden genomen. Ditzelfde geldt voor een hogerberoepschrift dat te laat bij het gerechtshof binnenkomt.

Versnellen

sprongcassatie

Levert het doorlopen van de beroeps- en vervolgens hogerberoepsfase niet het gewenste resultaat, dan kunt u in cassatie gaan bij de Hoge Raad. Is echter na de beroepsfase al duidelijk dat in hoger beroep gaan nergens toe zal leiden, dan kunt u deze stap overslaan en het verloop van de fiscale procedure versnellen. Dit is bijvoorbeeld het geval als er alleen nog een meningsverschil bestaat over het antwoord op een zuivere rechtsvraag. Deze zogeheten sprongcassatie is alleen mogelijk als zowel uw onderneming als de staatssecretaris van Financiën het ermee eens is.

Aan de (hoger)beroepsfase kleven kosten

niet-ontvankelijk

Voor het indienen van een (hoger) beroep is griffierecht verschuldigd. Voor een beroepschrift betalen niet-natuurlijke personen € 331 en natuurlijke personen € 45 (bedragen 2015). Voor een hoger beroep zijn de bedragen respectievelijk € 497 en € 123. Als uw onderneming het verschuldigde griffierecht niet binnen de termijn van vier weken na indiening van het (hoger)beroepschrift betaalt, wordt uw (hoger) beroep niet-ontvankelijk verklaard en verder niet in behandeling genomen.