8.6 Verzoeken om geruisloze terugkeer
gezamenlijk verzoek
De bv en de voortzettende aandeelhouder dienen gezamenlijk een verzoek in om toepassing van de terugkeerregeling bij de inspecteur die de aanslag van de bv regelt. U moet binnen twaalf maanden na het overgangstijdstip het verzoek om toepassing van de regeling bij de inspecteur indienen. Aan deze termijn houdt de inspecteur strikt de hand.
Beschikking
binnen zes weken
De inspecteur legt zijn besluit op het verzoek vast in een beschikking en stelt tegelijkertijd de (standaard)voorwaarden vast. Bij het vaststellen van de voorwaarden doet de inspecteur geen uitspraak over de hoogte van de terugkeerreserve. De voortzettende aandeelhouders moeten de voorwaarden en beperkingen binnen zes weken aanvaarden. Mocht u zekerheid willen over of uw situatie voldoet aan de gestelde voorwaarden, dan kunt u de inspecteur vragen om zich daarover uit te spreken. Tegen de beschikking kunt u bezwaar maken.
8.6.1 Aanmerkelijkbelangwinst
De aandeelhouder verzoekt daarna aan zijn eigen inspecteur om de liquidatie-uitkering niet als box 2-inkomen (aanmerkelijkbelangwinst) aan te merken. Verder verzoekt hij om de omvang van de terugkeerreserve vast te stellen.
De inspecteur legt zijn besluiten in twee beschikkingen vast. Vaak geeft de inspecteur deze beschikkingen tegelijkertijd af.
8.6.2 Compensabele verliezen
hoger dan meerwaarde
negen maanden
Geruisloze terugkeer houdt in dat de eenmanszaak verder gaat met de boekwaarden van de bv. Als de bv nog compensabele verliezen heeft, gaan ze verloren als de bv ophoudt te bestaan. Daarom is geregeld dat compensabele verliezen in de bv overgaan naar de eenmanszaak, maar slechts voor zover ze hoger zijn dan de meerwaarde op het overgedragen ondernemingsvermogen. Het restantverlies stelt de inspecteur bij een voor bezwaar vatbare beschikking vast.
8.6.3 Terugwerkende kracht
Een omzetting van bv naar eenmanszaak mag binnen negen maanden na het laatste volledige boekjaar van de bv (voor 1 oktober) plaatsvinden. Er is dus terugwerkende kracht mogelijk tot de eerste dag van het boekjaar (meestal 1 januari). Daarvoor is wel een intentieverklaring of voorovereenkomst vereist. Hierin is de overgangsdatum opgenomen die voor 1 oktober moet zijn geregistreerd bij de Belastingdienst.