6.3 Excessief lenen
toezicht
Als de fiscus kan aantonen dat er geen sprake is van een zakelijke lening maar ‘gewoon’ een winstuitdeling aan de dga, dan is die uitdeling belast. De fiscus heeft echter vaak de grootste moeite om dat hard te maken. Bovendien kost het toezicht de Belastingdienst veel tijd en leiden deze schulden in de praktijk ‘tot veel tijdrovende discussies’.
6.3.1 Drempel
box 2-heffing uitstellen
Aanmerkelijkbelanghouders zouden bovendien belastingheffing in box 2 langdurig uitstellen door te lenen van hun eigen bv. Het kabinet stelt daarom een simpel grensbedrag voor. Komt de schuld van de dga en de partner samen boven de € 500.000 uit, dan is het een ‘excessieve lening’. Het bedrag boven die drempel is dan direct belast als inkomen uit aanmerkelijk belang, in box 2 van de inkomstenbelasting.
6.3.2 Schulden
saldering met vorderingen
Het maakt niet uit waarvoor u het geld leent. Alle typen schulden, ongeacht de aanwending, vallen onder deze regeling. Het maakt daarbij ook niet uit of een lening ‘zakelijke voorwaarden’ heeft of dat u genoeg geld heeft om de lening terug te betalen of niet. Saldering van schulden met vorderingen aan uw bv vindt niet plaats. De som van de schulden wordt vastgesteld aan het einde van het kalenderjaar.
Eigen woning uitgezonderd
hypotheek
Alleen de eigenwoningschuld voor de eigenwoningregeling van box 1 is uitgezonderd, voor zover voor die schuld een recht van hypotheek is verstrekt als bedoeld in Boek 3 titel 9 van het Burgerlijk Wetboek. Deze eis geldt niet voor bestaande eigenwoningschulden (op moment van inwerkingtreding van het wetsvoorstel).
Verbonden personen
ouders
De schulden zijn niet alleen leningen van de aanmerkelijkbelanghouder zelf, maar ook van diens partner, grootouders, ouders, kinderen en kleinkinderen. Per verbonden persoon toetst de fiscus of deze persoon schulden heeft die meer bedragen dan € 500.000.
Indirecte schulden
garantie-stelling
Ook het ‘rechtens dan wel in feite direct of indirect’ lenen van uw bv wordt door de regeling bestreken. Hiermee wil het kabinet voorkomen dat u of uw partner via een omweg alsnog tot het beoogde resultaat komt. Bijvoorbeeld door met garantstelling van de bv bij de bank te lenen, terwijl u of uw partner dit op eigen kracht niet had gekund. Ook opzetjes met niet-verbonden familieleden worden hierdoor getroffen.
Voorbeeld
latente claim
fictieve uitkering
Stel, u heeft aandelen met een waarde van € 1 miljoen en de verkrijgingsprijs is nihil. De (latente) aanmerkelijkbelangclaim op de aandelen bedraagt € 269.000 (26,9% x € 1 miljoen). U sluit in 2023 een lening bij uw bv af van € 700.000. Over € 200.000 (€ 700.000 -/- € 500.000) bent u dan € 53.800 aanmerkelijkbelangheffing verschuldigd. Ondanks deze fictieve dividenduitkering is de waarde van de aandelen nog steeds € 1 miljoen. Dit betekent dat bijvoorbeeld bij verkoop van de aandelen u € 269.000 heffing bent verschuldigd. In totaal betaalt u dus € 322.800 aan aanmerkelijkbelangheffing. Dat is € 53.800 te veel! Dubbele heffing is te voorkomen door een verhoging van de verkrijgingsprijs (in dit geval € 200.000) van de aandelen met het fictieve reguliere voordeel.
6.3.3 Geen dubbele belastingheffing
31 december 2023
In eerste instantie zou het wetsvoorstel in 2022 ingaan, maar dat is door de coronacrisis uitgesteld naar 2023. Dat betekent dat de fiscus op 31 december 2023 voor het eerst gaat peilen hoe hoog de schulden aan de bv zijn. Op 17 juni 2020 is het definitieve wetsvoorstel aangeboden aan de Tweede Kamer. In dit voorstel wordt in tegenstelling tot het conceptwetsvoorstel een dubbele belastingheffing voorkomen. Het gaat hier om de volgende situatie.
Eenmalig verrekenen
dubbele heffing
fictief verlies
Een dga heeft in 2023 een te hoge lening en moet dus daarover afrekenen in box 2. Vervolgens lost hij de lening deels af en de bv keert dat geld daarna uit als dividend. Op dat moment komt de fiscus nog een keer langs. Eerder was er veel kritiek op deze dubbele heffing. Daar heeft het kabinet een oplossing op gevonden. Die komt erop neer dat dga’s die hun schuld terugbrengen in een later jaar eenmalig een fictief verlies mogen verrekenen met hun inkomen uit aanmerkelijk belang.
De voorgestelde maatregel heeft alleen gevolgen voor de bepaling van het inkomen uit aanmerkelijk belang en werkt niet door naar de overige fiscale wet- en regelgeving. Als de schuld in box 3 valt, verlaagt de (bovenmatige) schuld nog steeds de rendementsgrondslag.
6.3.3 Mogelijke acties ter voorkoming maatregel
schulden- positie herzien
herfinanciering
Heeft u meer geleend dan € 500.000 van uw bv? Dan zult u dus – bij invoering van het wetsvoorstel – aanlopen tegen een belaste fictieve dividenduitkering. Met het oog hierop kan het zinvol zijn om de schuldenpositie bij uw bv te herzien. Daarbij kunt u bijvoorbeeld denken aan:
- het aflossen van leningen in contanten;
- het aflossen van leningen door inbreng van vermogensbestanddelen die met de leningen zijn gefinancierd;
- herfinanciering bij een externe financier.