U bent hier

Onderneming & Arbo
…
Fysische factoren op de werkplek5. Binnenklimaat
Voor Onderneming & Arbo

5. Binnenklimaat

Dit hoofdstuk is eerder verschenen in Themadossier Arbo Rendement
Publicatiedatum: mei 2024

Het gebouw waarin werknemers hun werk moeten doen, heeft veel invloed op hun welbevinden. De temperatuur, luchtstroming, luchtvochtigheid en verlichting kunnen voor klachten zorgen. Bij te veel signalen moet u maatregelen nemen.

Klachten van werknemers kunnen zijn dat het te koud of te warm is, dat ze last hebben van droge lucht en hinderlijke tocht, concentratieverlies, dufheid en hoofdpijn, geïrriteerde huid en jeuk, en droge keel en ogen. Omdat beleving hierbij een rol speelt – wat de ene werknemer te warm vindt, is voor de andere werknemer prima – is het verband soms moeilijk te leggen. In actie komen is belangrijk: de situatie kan gezondheidsklachten in de hand werken, en de betrokken werknemer kan ook weer anderen besmetten.

5.1 Niet-industriële situaties

De term binnenklimaat is een combinatie van thermisch binnenklimaat en binnenluchtkwaliteit, gericht op het binnenklimaat in niet-industriële situaties, zoals op kantoor, receptie of balie, keuken of winkel. Veel factoren hebben invloed op het binnenklimaat, zoals het gebouw, de installaties, de buitencondities en de mens die in dit binnenklimaat...

5.2 Thermisch binnenklimaat

Alleen het bepalen van de luchttemperatuur in een werkruimte zegt onvoldoende over het thermisch binnenklimaat en over de temperatuur die werknemers ervaren. Er zijn namelijk diverse factoren die het thermisch binnenklimaat bepalen en waarmee de thermische behaaglijkheid of de ervaren temperatuur in kaart gebracht kunnen worden: Het...

5.3 Tocht

Bij tochthinder gaat het om een ongewenste luchtstroming. Als een werknemer bij warm weer een ventilator aanzet, is er sprake van een verhoogde luchtsnelheid. Het gaat hier dan om gewenste afkoeling van (een deel van) het lichaam. Dit is daarom geen tocht, maar een aangenaam ‘briesje’. Belangrijk hierbij is dat de werknemer direct controle heeft...

5.4 Binnenluchtkwaliteit

Een belangrijk gedeelte van de ventilatie van de ruimte bepaalt de kwaliteit van de ruimtelucht. Door te ventileren komt er verse lucht binnen ten behoeve van de zuurstofvoorziening, verdwijnt verontreinigde lucht en worden biologische verontreinigingen voorkomen. De mate van ventilatie kunt u bepalen door het meten van de concentratie kooldioxide...