7.1 Wet flexibel werken
arbeidsplaats
OR
aanpassing arbeidsplaats
De Wet flexibel werken bepaalt dat een werknemer het recht heeft op aanpassing van de arbeidsplaats. Een werknemer kan dus op grond van deze wet een verzoek indienen om (tijdelijk) thuis te werken. De werkgever is niet verplicht om hiermee akkoord te gaan, maar hij moet het verzoek wel serieus in overweging nemen. Aan het verzoek zijn voorwaarden verbonden. Zo moet de werknemer in principe al een halfjaar in dienst zijn op het moment dat de arbeidsplaats wijzigt. De Wet flexibel werken geldt overigens alleen voor organisaties met tien werknemers of meer. In een cao of regeling tussen de werkgever en ondernemingsraad (OR) kan wel van de wettelijke bepalingen worden afgeweken.
In de checklist op rendement.nl/salarisdossier leest u waar een verzoek tot het wijzigen van de arbeidsduur, werktijden en arbeidsplaats aan moet voldoen en op basis van welke redenen uw organisatie een verzoek eventueel mag afwijzen.
7.1.1 Geen recht op thuiswerken
De overheidsmaatregel om zo veel mogelijk thuis te werken om het aantal coronabesmettingen terug te dringen betekent niet dat een werknemer een wettelijk recht op thuiswerken heeft. Daarvoor is een wetswijziging nodig.
Werken waar je wilt
werkplek
Twee Tweede Kamerleden hebben in november 2020 een wetsvoorstel tot wijziging van de Wet flexibel werken (WFW) via internet ter consultatie aangeboden. Het initiatiefwetsvoorstel voor de Wet Werken waar je wilt moet de positie van de werknemer om een werkplek te kiezen verstevigen.
accepteren
Het wetsvoorstel is eind januari 2020 ingediend bij de Tweede Kamer. Als het wetsvoorstel wordt aangenomen, moet uw onderneming straks een verzoek van een werknemer tot aanpassing van de arbeidsplaats op dezelfde manier behandelen als andere verzoeken die de werknemer kan doen op grond van de WFW. Het gaat hier om een verzoek om aanpassing van de arbeidsduur of werktijden. Dit betekent dat een werkgever het verzoek van de werknemer in principe moet accepteren, tenzij er sprake is van zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen om dit niet te doen.
Iedereen kon tot en met 18 december 2020 reageren op de internetconsultatie. Het wetsvoorstel ligt inmiddels bij de Tweede Kamer, waar het nog behandeld moet worden. Vervolgens buigt ook de Eerste Kamer zich er nog over. De beoogde ingangsdatum is niet bekend.
7.1.2 Voor- en nadelen van thuiswerken
thuiswerkplek
reiskosten-vergoeding
Veel werknemers geven aan ook na de coronacrisis vaker thuis te willen werken. Zij denken daarbij vooral aan een afwisseling van werken vanuit huis en op de werklocatie. Voor uw organisatie betekent het thuiswerken dat er moet worden gezorgd voor een goed ingerichte thuiswerkplek die voldoet aan de eisen van de Arbowet. Daar staat tegenover dat uw organisatie door thuiswerken mogelijk kan besparen op reiskostenvergoedingen. Voor de werknemer kan thuiswerken leiden tot hogere kosten voor bijvoorbeeld energie. Dit kan uw organisatie eventueel compenseren door de werknemer een thuiswerkvergoeding te betalen.
Kostenvergoeding en thuiswerken
arbo- voorziening
WKR
Op dit moment is voor minder dan één op de tien werknemers een thuiswerkvergoeding geregeld. Daarom wil Vakbond FNV bij cao-onderhandelingen hierover vaker afspraken maken en gaat per sector kijken wat een reëel bedrag is. U kunt arbovoorzieningen, gereedschap en apparatuur voor de inrichting van de thuiswerkplek onbelast vergoeden, verstrekken of ter beschikking stellen. Maar hieraan zijn voorwaarden verbonden. Wilt u de werknemers daarnaast een (vaste) onbelaste thuiswerkvergoeding geven, dan bent u aangewezen op de vrije ruimte van de werkkostenregeling (WKR). Tot en met € 400.000 van de loonsom geldt in 2021 een verhoogd percentage van 3%. Over de rest is de vrije ruimte 1,18% (1,2% in 2020).