U bent hier

Onderneming & Administratie
…
Pensioen en AOW10. Gezond het pensioen ­bereiken
Voor Onderneming & Administratie

10. Gezond het pensioen ­bereiken

Dit hoofdstuk is eerder verschenen in Themadossier Salaris Rendement
Publicatiedatum: september 2021

De AOW-leeftijd en de pensioenrichtleeftijd zijn de afgelopen jaren gestegen. Langer doorwerken is immers het uitgangspunt. Daarbij speelt pensioen een belangrijke rol. Er zijn verschillende pensioenoplossingen die meehelpen om gezond het pensioen te bereiken of die het mogelijk maken om eerder te kunnen stoppen met werken. Bij deze oplossingen zijn de gemaakte afspraken uit het pensioenakkoord van invloed.

De AOW- en de pensioenrichtleeftijd zijn sinds 2013 gekoppeld aan de levensverwachting. In het pensioenakkoord is een versoepeling van die koppeling opgenomen (zie ook paragraaf 2.2.1).

Toekomst

stapjes

Voor dit hoofdstuk zijn twee zaken relevant:

  • ook in de toekomst zullen de AOW- en pensioenrichtleeftijd verder stijgen;
  • de verhoging van de AOW-leeftijd gebeurt in stapjes van enkele maanden, de verhoging van de pensioenrichtleeftijd vindt plaats in stappen van twaalf maanden.

Tot 2013 was de ingangsdatum voor AOW en pensioen gelijk (bij 65 jaar). Vanaf dat moment is dat niet meer het geval. De infographic op de volgende pagina toont de ontwikkeling van de AOW- en pensioenrichtleeftijd. Uit de infographic blijkt dat naar verwachting de AOW- en pensioenrichtleeftijd ook in de toekomst nagenoeg nooit meer gelijk zullen zijn. Dat heeft onder andere gevolgen voor het eindigen van de arbeidsovereenkomst (zie paragraaf 10.1).

10.1 Het pensioenontslagbeding

Het verschil tussen de AOW- en de pensioenrichtleeftijd heeft gevolgen voor het beëindigen van de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. De werkgever kan de arbeidsovereenkomst op dat moment opzeggen. Maar in veel gevallen is er expliciet vastgelegd dat de arbeidsovereenkomst van een werknemer op een bepaald moment van rechtswege eindigt: het...

10.2 Verschillende pensioendata

De pensioenrichtleeftijd is in de loop der jaren gestegen van 65 jaar (2013) naar 68 jaar (2020). Telkens zijn de pensioenregelingen daarop aangepast. Er zijn daarom twee opties met betrekking tot de nieuwe (hogere) pensioenrichtleeftijd: Pensioenuitvoerders passen de nieuwe pensioenrichtleeftijd ook toe op het pensioen dat al was opgebouwd (optie...

10.3 Doorwerken tot pensioendatum

De praktijk wijst uit dat doorwerken tot de AOW- of pensioenrichtleeftijd voor een deel van de werknemers steeds moeilijker wordt. Uit onderzoek blijkt dat parttime werken een belangrijk middel is om gezond het pensioen te bereiken. Goede afspraken hierover zijn ook in het belang van de werkgever, omdat die zorgt voor een beperking van het...

10.4 Eerder stoppen met werken

Een deel van de werknemers stopt liever eerder met werken. Op die manier is het ook voor hen mogelijk om gezond de (vervroegde) pensioendatum te halen. Dat is mogelijk als bijvoorbeeld een deel van het pensioen nog gebaseerd is op een oude pensioenleeftijd (zie paragraaf 10.2). Daarnaast kan een pensioenregeling ook mogelijkheden bevatten die...

10.5 Langer doorwerken

Er zijn ook werknemers die langer willen doorwerken. De afhandeling daarvan hangt af van de arbeidsovereenkomst. Is afgesproken dat de arbeidsovereenkomst op de AOW-leeftijd eindigt, dan kunnen de werkgever en werknemer een nieuwe (tijdelijke) arbeidsovereenkomst aangaan. Het gevolg daarvan is dat de werknemer ook pensioen opbouwt tot de...