U bent hier

Onderneming & Fiscus
Contact met de Belastingdienst4. Aanslag op tijd betalen4.2 Overschrijding betalingstermijn

4.2 Overschrijding betalingstermijn

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Fiscaal Rendement
Publicatiedatum: maart 2024

invorderingsrente

teruggave

Overschrijdt u de uiterste betalingsdatum, dan kost u dat geld. Te laat betalen betekent voor de fiscus dat hij rente mist. Dan wordt u dus een invorderingsrente aangerekend, met een minimumpercentage van 4% per 1 januari 2024. Dit geldt ook als u uitstel van betaling heeft gekregen. Overigens kunt u zelf ook rente mislopen. Als de Belastingdienst er langer dan zes weken over doet om een teruggave te betalen, kunt ú die invorderingsrente claimen.

4.2.1 Verrekening van invorderingsrente

bezwaar

Stel dat u volgens een aanslag van de Belastingdienst € 3.500 moet betalen. De uiterste betaaldatum is 31 december 2022. Tegen deze aanslag heeft u bezwaar gemaakt en voor het betwiste bedrag (€ 1.000) heeft u uitstel van betaling gekregen. Het restbedrag heeft u voor de uiterste betaaldatum betaald. De Belastingdienst gaat deels mee in uw bezwaar en vermindert de aanslag met € 600. Datum van vermindering is 1 mei 2023. Het bedrag dat nog openstaat na de vermindering (€ 400) heeft u betaald op 13 mei 2023. Over dit bedrag moet u invorderingsrente betalen. Deze wordt berekend van 1 januari 2023 tot 12 mei 2023.

4.2.2 Dwangbevel

aanmaning

dwangbevel

De fiscus kan ook zwaardere middelen inzetten om een verschuldigd bedrag te innen. Zo volgt er een dwangbevel als u na het ontvangen van een aanmaning in gebreke blijft. Het komt per post of via de belastingdeurwaarder. In het dwangbevel wordt u opgeroepen om binnen twee dagen uw belastingschuld te voldoen. Bovendien draait u op voor de kosten van de betekening van het dwangbevel. Die zijn afhankelijk van de hoogte van uw belastingschuld, variërend van € 49 (bij een schuld tot € 90) tot een maximum van € 14.597.

4.2.3 Overheidsvordering

Als u ook na een dwangbevel niet betaalt, kan de Belastingdienst besluiten de schuld af te schrijven van uw bankrekening zónder uw toestemming. U kunt het bedrag niet terug laten boeken. De fiscus moet voor deze overheidsvordering wel rekening houden met uw beslagvrije voet. Dit is het minimumbedrag waarop u recht heeft om in uw eerste levensonderhoud te voorzien.

4.2.4 Beslaglegging

De belastingdeurwaarder kan ook beslag leggen op uw eigendommen of de eigendommen van uw bv als u uw schuld niet binnen twee dagen na overleg van het dwangbevel heeft betaald. Betaalt u dan nog niet, dan kan een openbare verkoop volgen. Met de opbrengst van de in beslag genomen eigendommen wordt dan de schuld (inclusief de gemaakte kosten en de invorderingsrente) betaald.

Met ingang van 15 november 2023 zijn de regels voor een ‘turboliquidatie’ aangescherpt. Deze wet zorgt ervoor dat bestuurders die hun onderneming supersnel willen opheffen, méér informatie moeten aanleveren bij schuldeisers. U leest mee hierover op rendement.nl/bvdossier.

4.2.5 Faillissement

curator

rangorde

Kan uw bv haar belastingschuld niet voldoen, dan kan de Belastingdienst in het uiterste geval faillissement van uw bv aanvragen. De rechter stelt in dat geval een curator aan die gaat over de boedel. Hij heeft dan de bevoegdheid om handelingen met betrekking tot een goed te verrichten. Het doel van het faillissement is de boedel te gelde te maken. De preferente crediteuren (zoals de Belastingdienst) houden zich dan aan de rangorde van schuldeisers. Uw onderneming houdt in dat geval op te bestaan.

WHOA

schuldeiser

soepel beleid

Sinds 2021 kunnen ondernemingen in zwaar weer een beroep doen op de Wet homologatie onderhands akkoord (WHOA). Deze wet regelt dat een onderneming een akkoord kan sluiten met de meerderheid van haar schuldeisers. Voorheen kon één dwarsliggende schuldeiser zo’n akkoord blokkeren. Maar dankzij een WHOA-procedure kan de rechter ervoor zorgen dat álle schuldeisers gebonden zijn aan een akkoord. Normaliter stemt de Belastingdienst alleen in met een schuldenakkoord als de dienst minstens het dubbele ontvangt van wat andere schuldeisers krijgen. Maar de fiscus neemt nu ook genoegen met hetzelfde percentage als andere schuldeisers. Dit soepele beleid geldt in principe tot 1 april 2024.

WHOA-schuldenakkoord heeft fiscale gevolgen

BTW

Een WHOA-akkoord heeft ook fiscale gevolgen. Als schuldeisers hun vorderingen (deels) kwijtschelden, is de eerder in aftrek gebrachte BTW op de schulden (deels) onterecht genoten. Deze BTW moet de schuldenaar alsnog afdragen aan de Belastingdienst.

Kwijtschelding

prijsgeven

verlies-
verrekening

Voor de vennootschapsbelasting (VPB) levert de kwijtschelding van de vorderingen de schuldenaar winst op. Die valt in principe onder de kwijtscheldingswinstvrijstelling. Weggestreepte schulden zijn dan niet belast in de inkomstenbelasting of VPB. Een voorwaarde is dat de schuldeiser actief zijn rechten (een deel van de vordering) moet prijsgeven. Aan die voorwaarde wordt voldaan als de kwijtschelding onderdeel is van een WHOA-akkoord. De schuldenaar moet de winst uit de kwijtgescholden schulden eerst verrekenen met verliezen uit het verleden. Alleen op het gedeelte dat dan overblijft, is de kwijtscheldingswinstvrijstelling van toepassing.

4.3 Betalingsonmacht en uitstel

Als u op een bepaald moment de verschuldigde belastingen en premies (gedeeltelijk) niet of niet op tijd kunt betalen, is er sprake van betalingsonmacht. Die moet u schriftelijk melden aan de Belastingdienst met het formulier ‘Melding betalingsonmacht’ (zie paragraaf 4.4.2). Daarnaast kunt u voor een ontvangen aanslag uitstel van betaling aanvragen. U kunt maximaal 12 maanden uitstel van betaling krijgen.

4.3.1 Kort telefonisch uitstel

Bij financiële problemen kunt u uitstel van betaling aanvragen bij de BelastingTelefoon. Het uitstel geldt voor maximaal vier maanden (vanaf de dag na de uiterste betaaldatum van de oudste aanslag). U moet voldoen aan deze voorwaarden:

  • U heeft tot nu toe altijd op tijd aangifte gedaan.
  • U heeft niet eerder voor deze aanslag of voor andere openstaande aanslagen uitstel gekregen door eerdere betalingsproblemen of door verrekening met een teruggaaf.
  • Uw totale openstaande belastingschuld is lager dan € 20.000.
  • Er zijn geen openstaande aanslagen waarvoor u een dwangbevel heeft ontvangen.
  • Het gaat niet om een voorlopige aanslag inkomstenbelasting of VPB.
  • Het gaat om een (naheffings)aanslag. Alleen hiervoor kunt u kort telefonisch uitstel van betaling krijgen.

4.3.2 Betalingsregeling

Heeft u meer tijd nodig om uw financiën op orde te krijgen, dan kunt u een betalingsregeling aanvragen voor maximaal 12 maanden. Het mag dan niet gaan om een openstaande aanslag motorrijtuigenbelasting en u moet een zekerheidsstelling hebben, zoals een bankgarantie, hypotheekrecht of verpanding. Als u al eerder een betalingsregeling voor een andere schuld heeft aangevraagd, moet u een nieuwe betalingsregeling aanvragen voor de totale belastingschuld. Stuur hiervoor het ingevulde en ondertekende formulier ‘Verzoek betalingsregeling en uitstel van betaling van belasting en/of premie voor ondernemingen’, met bijlagen, naar de Belastingdienst, postbus 100, 6400 AC Heerlen. U kunt dit formulier downloaden via de site van de Belastingdienst.