7.1 Bestuurdersaansprakelijkheid
rechtspersoon
De bestuurdersaansprakelijkheid gaat pas spelen als er sprake is van een belastingschuld bij een rechtspersoon, zoals een bv. U bent als bestuurder van zo’n rechtspersoon in principe niet persoonlijk aansprakelijk voor de handelingen van uw onderneming.
Hoofdelijk aansprakelijk
verhalen
Dit geldt echter niet als er sprake is van onbehoorlijk bestuur (zie paragraaf 7.1.6). In dat geval kunt u zich niet meer verschuilen achter uw onderneming. De Belastingdienst kan u dan als bestuurder aansprakelijk stellen voor de niet-betaalde belastingschulden van uw onderneming. Alle bestuurders van een bv zijn in dat geval hoofdelijk aansprakelijk. Dit wil zeggen dat de ontvanger de belastingschuld kan verhalen op het gehele privévermogen van de aansprakelijkgestelde.
7.1.1 Welke rechtspersonen?
beperkt
De reikwijdte van de bestuurdersaansprakelijkheid is beperkt tot bestuurders van ondernemingen met commerciële activiteiten. Uw onderneming moet dus:
- een rechtspersoon zijn;
- volledig rechtsbevoegd zijn; en
- onderworpen zijn aan de heffing van vennootschapsbelasting (VPB).
Het gaat dus in ieder geval om besloten vennootschappen, naamloze vennootschappen en open commanditaire vennootschappen.
Stichtingen of verenigingen vallen ook onder de regels voor bestuurdersaansprakelijkheid als ze een onderneming drijven en onder de VPB vallen. De bestuurdersaansprakelijkheid geldt ook voor buitenlandse rechtspersonen die in Nederland belasting- en premieplichtig zijn.
7.1.2 Aansprakelijk voor sommige belastingen
De bestuurdersaansprakelijkheid geldt niet voor alle belastingen. De ontvanger kan u als bestuurder alleen aansprakelijk stellen voor de volgende niet-betaalde belastingen:
- loonheffingen;
- BTW;
- accijns;
- de verbruiksbelastingen op alcoholvrije dranken, pruimtabak en snuiftabak;
- belastingen die worden genoemd in de Wet belastingen op milieugrondslag;
- kansspelbelasting.
invorderingsrente
De aansprakelijkheid ziet ook op de invorderingsrente, bestuurlijke boete (zie hoofdstuk 8) en eventuele vervolgingskosten. Hiervoor is wel vereist dat het ontstaan van deze extra kosten te wijten is aan het handelen van u als bestuurder.
7.1.3 Wie is bestuurder?
formele bestuurder
Wanneer ziet de Belastingdienst u als bestuurder? Hierbij gaat het in ieder geval om de formele bestuurder. Dit is de persoon die officieel is benoemd als bestuurder. U bent dan bij de Kamer van Koophandel (KvK) als bestuurder ingeschreven. Hiervoor is niet eens vereist dat u zich ook bemoeit met de financiële zaken.
Beleidsbepaler
ondertekenen
Verder bent u bestuurder als u in de praktijk het beleid bepaalt, maar officieel niet als bestuurder bent benoemd. Voor aansprakelijkstelling moet u uzelf dan als beleidsbepaler ook echt als bestuurder hebben gedragen. Het is aan de ontvanger om dat te bewijzen. Hij merkt de volgende handelingen aan als gedragingen van een beleidsbepaler:
- het voeren van gesprekken met de bank, de accountant en de Belastingdienst;
- het ondertekenen van contracten voor de onderneming;
- het aanstellen en ontslaan van werknemers en het bepalen van de hoogte van het salaris.
Inschrijving bij KvK is niet allesbepalend
handels-register
BTW
Een inschrijving in het handelsregister van de KvK is onvoldoende bewijs om de bestuurder aansprakelijk te stellen voor de niet-betaalde belasting. Dit blijkt uit een arrest van de Hoge Raad. De Belastingdienst stelde in deze zaak de bestuurder van een beheer-bv aansprakelijk voor de niet-betaalde BTW. De bestuurder voerde echter aan dat hij onder valse voorwendselen als bestuurder was ingeschreven en dat de inschrijving bij de KvK geen sluitend bewijs was. De Hoge Raad oordeelde dat de bewijslast dat iemand bestuurder is, ligt bij de ontvanger. Alleen het feit dat iemand ingeschreven staat als bestuurder is niet voldoende om diegene ook aan te merken als bestuurder.
Bron: Hoge Raad, 17 februari 2017, ECLI: (verkort) 248
Oud-bestuurder
bestuurs-periode
Als oud-bestuurder kunt u ook te maken krijgen met aansprakelijkheid voor de belastingschulden die niet in de bestuursperiode zijn ontstaan. Een nieuwe bestuurder is in principe ook aansprakelijk voor de oude schulden, maar dat is meestal eenvoudig te weerleggen. Hij heeft zich toen immers niet bemoeid met het besturen van de onderneming.
7.1.4 Melding betalingsonmacht
premies
binnen twee weken
bevoegd
Als het uw onderneming niet lukt om de belastingen en premies op tijd te betalen, moet u deze betalingsonmacht melden bij de Belastingdienst en het bedrijfspensioenfonds. U moet dit doen binnen twee weken na het tijdstip waarop u de afdracht had moeten doen. Stel u moet de BTW over het tweede kwartaal van 2022 uiterlijk op 31 juli 2022 indienen en betalen. Als u deze BTW-aangifte niet kunt betalen, moet u de betalingsonmacht uiterlijk 14 augustus 2022 melden bij de Belastingdienst. Iedere bestuurder is bevoegd om namens de bv melding te doen van betalingsonmacht. U hoeft dus niet gezamenlijk een melding in te dienen.
Meldingsformulier
digitale melding
brief opstellen
Voor een digitale melding van betalingsonmacht kunt u het formulier gebruiken in uw persoonlijke domein op belastingdienst.nl. Voor een schriftelijke melding kunt u het formulier ‘Melding van betalingsonmacht bij belastingen en premies’ downloaden via de site van de Belastingdienst. Daarnaast is het mogelijk om zelf een brief op te stellen. U kunt de betalingsonmacht niet telefonisch melden.
Ook als u te laat bent met de melding is het verstandig om dan toch de betalingsonmacht te melden. Die melding kan wel tijdig zijn voor volgende belastingschulden.
Eenmalig melden
per belastingsoort
afzonderlijk
U hoeft de melding van betalingsonmacht slechts eenmaal te doen per belastingsoort. Bij het verstrijken van de volgende betalingstermijn is geen nieuwe melding nodig. Dit is alleen anders als u na de melding van betalingsonmacht weer een betaling heeft gedaan, maar er daarna weer betalingsproblemen zijn ontstaan. Als u de betalingsonmacht voor bijvoorbeeld de BTW heeft gemeld, moet u dat ook afzonderlijk doen voor de loonheffingen als u die niet kunt betalen.
7.1.5 Gevolgen van melding
rechtsgeldig
bestuurs-fouten
onbehoorlijk bestuur
Doet u tijdig en op een juiste manier melding van betalingsonmacht, dan is deze rechtsgeldig. Het is dan aan de Belastingdienst om te bewijzen dat het uitblijven van de betaling te wijten is aan kennelijk onbehoorlijk bestuur (zie paragraaf 7.1.6). Voor het beoordelen van kennelijk onbehoorlijk bestuur kijkt de Belastingdienst alleen of u bestuursfouten heeft gemaakt in de drie voorafgaande jaren. Bestuursfouten van langer geleden tellen niet mee.
fataal
aannemelijk maken
Voldoet u niet of niet tijdig aan de meldingsplicht, dan bent u als bestuurder aansprakelijk voor de niet-betaalde belastingschulden. Een dag te laat melden is al fataal. Er is dan namelijk sprake van een vermoeden dat het niet-betalen van belasting aan u te wijten was. U kunt alleen nog onder deze aansprakelijkstelling uitkomen door aannemelijk te maken dat het niet melden van de betalingsonmacht niet aan u te wijten is.
Bewijsmateriaal
niet eenvoudig
Het is niet eenvoudig om dat bewijs te leveren. Zorg er dus voor dat u de administratie goed op orde heeft. Mogelijk kunnen notulen van vergaderingen, verslagen, correspondentie en andere stukken het benodigde bewijs leveren. Misschien was u door een externe oorzaak, zoals een acute ziekenhuisopname, wel helemaal niet in staat om een melding te doen.
Doet een boekhouder of accountant, personeelslid of medebestuurder de melding van betalingsonmacht, dan blijft u verantwoordelijk voor het tijdig doen daarvan.
Geen of te late melding
De meeste aansprakelijkstellingen op grond van de bestuurdersaansprakelijkheid vinden plaats op basis van het feit dat de betalingsonmacht niet of niet tijdig is gedaan. De Belastingdienst hoeft dan namelijk niet te bewijzen dat sprake is van kennelijk onbehoorlijk bestuur. Als u te laat de betalingsonmacht meldt, dan kunt u alleen de aansprakelijkstelling voorkomen als:
- u aannemelijk kunt maken dat u niet tijdig kon melden; en als u daarin slaagt;
- u vervolgens aannemelijk kunt maken dat er geen sprake is van kennelijk onbehoorlijk bestuur.
bewijslast
U heeft in dit geval dus een dubbele bewijslast.
7.1.6 Kennelijk onbehoorlijk bestuur
onverantwoord
buitensporig
Het is aan de fiscus om bewijzen aan te leveren voor kennelijk onbehoorlijk bestuur. Er mag geen twijfel bestaan over de onbehoorlijke vervulling van uw taak als bestuurder. Van kennelijk onbehoorlijk bestuur is bijvoorbeeld sprake bij:
- het doen van onverantwoorde investeringen;
- ongerechtvaardigde verrijking;
- het nemen van buitensporige financiële risico’s.
Uiteraard betekent dit niet dat u geen normale ondernemingsrisico’s mag nemen. U bent dan ook niet aansprakelijk als pas achteraf blijkt dat een beslissing toch fout heeft uitgepakt voor uw onderneming.
Op rendement.nl vindt u een themapagina met nieuwsberichten en verschillende handige tools over bestuurdersaansprakelijkheid.