U bent hier

2.2 Minder of geen transitievergoeding betalen

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier HR Rendement
Publicatiedatum: mei 2023

Soms kunt u een compensatie voor de transitievergoeding ontvangen, of hoeft u minder of zelfs niks te betalen. Die situaties komen hieronder aan bod.

2.2.1 Compensatie ontslag wegens langdurige ziekte

re-integratiekosten

slapend dienstverband

Ook als u de arbeidsovereenkomst van een zieke werknemer opzegt, moet u een transitievergoeding betalen. Dit is een flinke kostenpost, want de re-integratiekosten kwamen ook op uw bordje, net als het doorbetalen van het loon tijdens ziekte. Vanwege de hoge kosten kwam het in de praktijk regelmatig voor dat werkgevers het dienstverband met een werknemer na twee jaar van arbeidsongeschiktheid in stand hielden, het zogenoemde slapend dienstverband. De werknemer wordt dan niet meer aan het werk gezet (en ontvangt geen loon meer), maar het dienstverband blijft bestaan waardoor de werkgever geen transitievergoeding hoeft te betalen.

U kunt sinds 1 april 2020 een compensatie aanvragen bij UWV voor de transitievergoeding bij ontslag wegens langdurige arbeidsongeschiktheid. De regering hoopt zo een einde te maken aan slapende dienstverbanden.

Xella-beslissing

Hoge Raad

Ondanks de compensatie van de transitievergoeding, besloten sommige werkgevers om deze dienstverbanden toch slapend te houden. De Hoge Raad (8 november 2019, ECLI (verkort): 1734) oordeelde echter in de ‘Xella-beslissing’ dat een slapend dienstverband hoort te eindigen als de werknemer dit verzoekt én de werkgever geen redelijk belang heeft bij het voortzetten van het dienstverband. Dit oordeel kwam met name door de compensatieregeling. Er is sprake van een redelijk belang voor voortzetting van de arbeidsovereenkomst als er nog reële mogelijkheden voor de werknemer zijn om te re-integreren. In andere gevallen moet de werkgever op grond van goed werkgeverschap een beëindigingsvoorstel van de werknemer die al twee jaar arbeidsongeschikt is accepteren, óók als daarin een vergoeding ter hoogte van de wettelijke transitievergoeding is opgenomen.

2.2.2 Compensatie bij bedrijfsbeëindiging

pensioen

Een andere mogelijkheid voor compensatie van een transitievergoeding geldt voor organisaties met maximaal 24 werknemers in dienst. Het gaat dan om organisaties die ermee moeten stoppen vanwege het overlijden of het pensioen van de werkgever. Mogelijk komt er per 1 januari 2024 ook nog een compensatieregeling voor transitievergoedingen bij bedrijfsbeëindiging door ziekte of gebreken van de werkgever. De uitvoering van deze regeling blijkt echter lastig te zijn, dus het is de vraag of de regeling er überhaupt kan komen.

2.2.3 Geen wettelijke transitievergoeding

cao

failliet

Soms hoeft u geen transitievergoeding te betalen als een werknemer uw organisatie verlaat. Dit is het geval als:

  • er een beëindigingsovereenkomst met de werknemer is;
  • de cao een voorziening bevat die de vergoeding mag vervangen (kan alleen bij bedrijfseconomisch ontslag);
  • het contract wordt beëindigd omdat de werknemer de AOW-leeftijd heeft bereikt of na het bereiken daarvan;
  • het contract wordt beëindigd vanwege ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer, tenzij het niet toekennen van de vergoeding naar redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is;
  • de werknemer nog geen 18 jaar is en gemiddeld ten hoogste 12 uur per week heeft gewerkt;
  • uw organisatie failliet gaat, surseance van betaling is verleend of in de schuldsanering terecht is gekomen;
  • de werknemer een volgende arbeidsovereenkomst met de werkgever heeft gesloten die binnen zes maanden ingaat (en tussentijds kan worden opgezegd) vóórdat het tijdelijke contract van rechtswege is geëindigd.

2.2.4 Kosten aftrekken

brede inzetbaarheid

Soms kunt u de transitievergoeding verlagen. U mag er namelijk onder strenge voorwaarden transitiekosten en inzetbaarheidskosten van aftrekken (de details vindt u in het Besluit voorwaarden in mindering brengen kosten op transitievergoeding). Bij transitiekosten kunt u denken aan kosten die u heeft gemaakt voor scholing van de werknemer of voor outplacement. Inzetbaarheidskosten zijn kosten gericht op de brede inzetbaarheid van de werknemer (inzetbaarheid buiten de eigen functie). Overigens mag u re-integratiekosten niet aftrekken van de transitievergoeding door deze aan te merken als inzetbaarheidskosten.

Naast de transitievergoeding zijn er nog een aantal andere vergoedingen mogelijk bij ontslag. Het gaat om de billijke vergoeding, de cumulatievergoeding, de gefixeerde schadevergoeding en de ontslagvergoeding. Op rendement.nl/hrdossier leest u de toelichtingen hierbij.