2.6 Karakter
uitkering
Deelname aan de pensioenregeling levert een pensioenaanspraak op, die uiteindelijk tot uitkering komt op het moment dat de deelnemer een bepaalde pensioenleeftijd bereikt, of op het moment dat een bepaald life event (overlijden of arbeidsongeschiktheid) aan de orde komt.
Typen
uitkeringenovereenkomst
premieovereenkomst
rente
Er zijn wat betreft het ouderdomspensioen, vóór de Wet toekomst pensioenen, drie typen pensioenovereenkomsten te onderscheiden:
2.6.1 Aanspraak
opbouwfase
Als uw organisatie een uitkeringenovereenkomst kent (oftewel een eindloon- of middelloonregeling), wordt de omvang van de pensioenaanspraak al tijdens de opbouwfase vastgesteld. Ieder deelnemingsjaar wordt dan een bepaald percentage van het pensioengevend salaris opgebouwd. Die opbouw komt vervolgens bij het pensioen van de (ex-)werknemer levenslang tot uitkering.
U kunt aan de hand van het pensioenreglement vaststellen welk opbouwpercentage de pensioenregeling hanteert en van welk pensioengevend salaris het pensioenreglement uitgaat.
2.6.2 Premie
progressief
degressief
De premielast wordt ook uitgedrukt in een percentage van het pensioengevend salaris. Soms is dat premiepercentage voor iedere deelnemer gelijk, bijvoorbeeld als uw organisatie is aangesloten bij een bedrijfstakpensioenfonds (de doorsneepremie). Soms is dat premiepercentage niet gelijk, maar neemt dat percentage toe naarmate de werknemers ouder worden (de progressieve premie). Achtergrond van dit toenemend premiepercentage is dat naarmate een werknemer ouder wordt, de beleggingshorizon minder is en er dan in feite meer pensioengeld nodig is om uiteindelijk toch een met de jongere vergelijkbaar pensioenresultaat te kunnen nastreven. Met andere woorden, dit is nodig om zogenoemde degressieve pensioenopbouw (de jaarlijkse pensioenaangroei voor een deelnemer wordt elk jaar dat hij ouder wordt iets kleiner) tegen te gaan.
2.6.3 Werknemersbijdrage
dwingend
Uw organisatie is in principe niet verplicht om een werknemersbijdrage te vragen van werknemers. Dit is alleen anders als het pensioenreglement of de cao dat dwingend voorschrijft. Als er een werknemersbijdrage geldt, kan deze op het brutosalaris worden ingehouden. De werkgeversbijdrage kan vervolgens, tezamen met de ingehouden werknemersbijdrage, netto aan de pensioenuitvoerder worden voldaan.
Verdeling
Een werknemersbijdrage wordt ofwel uitgedrukt in een vast percentage van de pensioengrondslag of er wordt gewoon een percentuele verdeling van de pensioenpremie tussen werkgever en werknemer vastgesteld. De uitwerking van deze verdeling pakt anders uit. Bij de eerste soort verdeling zal een stijging van het premiepercentage niet voelbaar zijn voor de werknemer (enkel voor uw organisatie). Bij de tweede soort verdeling zal een stijging van het premiepercentage zowel voelbaar zijn voor uw organisatie alsook voor de werknemer. Een wijziging van de pensioenregeling heeft in die situatie meer impact op de werknemers.