4.4 Afschrijvingsbeperkingen
beoordelen
Als u eenmaal de jaarlijkse afschrijving heeft bepaald op grond van goed koopmansgebruik, moet u vervolgens nog beoordelen of de afschrijving wordt belet door een afschrijvingsbeperking.
Fiscaal heeft u te maken met afschrijvingsbeperkingen voor bedrijfsmiddelen, goodwill en gebouwen.
maximaal 10%
Kunt u op grond van goed koopmansgebruik minder afschrijven dan de afschrijvingsbeperking (maximaal) toestaat? Dan kunt u slechts de op basis van goed koopmansgebruik vastgestelde afschrijving ten laste van het resultaat brengen.
4.4.1 Afschrijvingsbeperking bedrijfsmiddelen
maximaal 20%
De afschrijving op bedrijfsmiddelen, niet zijnde goodwill, mag maximaal 20% van de aanschaffingskosten bedragen. Bij een aanschaf gedurende het jaar moet u het percentage tijdsevenredig toepassen.
Voorbeeld
Stel, u heeft voor € 20.000 aan computers aangeschaft. De economische levensduur van de computers bedraagt drie jaar. De restwaarde is € 1.000. De jaarlijkse afschrijving op grond van goed koopmansgebruik bedraagt afgerond € 6.334.
Op grond van de afschrijvingsbeperking voor bedrijfsmiddelen mag u maximaal € 4.000 (20% van € 20.000) afschrijven op de computers.
Afwaarderen
lagere bedrijfswaarde
De afschrijvingsbeperking laat onverlet de mogelijkheid om het bedrijfsmiddel op lagere bedrijfswaarde te waarderen. Zou u in het hierboven geschetste voorbeeld de computers hebben vervangen door nieuwe computers, maar de oude nog niet van de hand hebben gedaan, dan is afwaardering naar lagere bedrijfswaarde (in casu € 1.000) mogelijk.
Afwaardering naar lagere bedrijfswaarde zal de Belastingdienst overigens niet snel accepteren als het bedrijfsmiddel (in dit geval de computers) nog steeds binnen uw onderneming wordt gebruikt.
4.4.2 Afschrijvingsbeperking goodwill
Koopt u een winstgevende onderneming, dan zult u voor de overwinstcapaciteit – de goodwill – vaak moeten betalen. Deze goodwill kunt u activeren en hierop afschrijven. Op grond van goed koopmansgebruik wordt op (gekochte) goodwill meestal in vijf jaar volledig afgeschreven. Op grond van de afschrijvingsbeperking mag u maximaal 10% van de aanschaffingskosten afschrijven.
Aangezien goodwill meestal geen restwaarde heeft, komt dit neer op een afschrijving in tien jaar. Ook hier geldt dat als de bedrijfswaarde van de goodwill lager is dan de boekwaarde, afwaardering naar een lagere bedrijfswaarde mogelijk is.
Voorbeeld
crisis
Stel, u heeft een onderneming gekocht en daarbij € 200.000 betaald voor de goodwill. U mag dan jaarlijks maximaal € 20.000 (10% van € 200.000) fiscaal afschrijven.
Stel dat u door een crisis veel klanten kwijtraakt en daardoor uw winstcapaciteit wezenlijk ziet dalen. In dat geval is een afwaardering naar lagere bedrijfswaarde wellicht mogelijk. U zult dan wel de omvang van de afwaardering aannemelijk moeten maken.
4.4.3 Afschrijvingsbeperking gebouwen
100%
Voor gebouwen geldt eveneens een afschrijvingsbeperking. Op gebouwen is voor vennootschappen afschrijving tot slechts 100% van de bodemwaarde mogelijk. Voor IB-ondernemers en terbeschikkingstellers is voor gebouwen in eigen gebruik de bodemwaarde 50% van de WOZ-waarde. De bodemwaarde sluit daarbij aan bij de WOZ-waarde. Zodra de boekwaarde is gedaald tot de bodemwaarde kunt u niet meer afschrijven. Stijgt de bodemwaarde tot boven de boekwaarde, dan wordt slechts de afschrijvingsmogelijkheid bevroren. U hoeft dus voor het verschil geen winst te nemen.
WOZ-waarde
verpachten
Voor de WOZ-waarde is de waarde in het economisch verkeer van de onroerende zaak in vrij opleverbare staat het uitgangspunt. Met factoren die daarop inbreuk maken, zoals bewoond, verhuurd of verpacht, wordt geen rekening gehouden.
Bij de waardebepaling wordt wel rekening gehouden met de invloed van wettelijke beperkingen zoals erfdienstbaarheden en voorschriften uit het bestemmingsplan.
Een te hoge WOZ-waarde doet pijn in de portemonnee. Twijfelt u aan de juistheid ervan? U heeft dan tot zes weken na dagtekening van uw WOZ-beschikking om bezwaar te maken. Om tijd te besparen, kunt u gebruikmaken van de maatwerkbrief op rendement.nl/fiscaaldossier.
Niet-woningen
vervangingswaarde
waardestijging
Voor incourante gebouwen (niet zijnde woningen) wordt uitgegaan van de vervangingswaarde als deze hoger is dan de waarde in het economisch verkeer van de onroerende zaak in vrij opleverbare staat. De WOZ-waarde wordt jaarlijks vastgesteld door de gemeente. Hoewel u voor de berekening van uw afschrijvingspotentieel geen rekening hoeft te houden met de (verwachte) waardestijgingen van de grond, kan het toch gevolgen hebben voor de afschrijving als gevolg van de wettelijke afschrijvingsbeperking.
Met de rekentool op rendement.nl/fiscaaldossier kunt u berekenen hoeveel de fiscaal acceptabele jaarlijkse afschrijving op een pand in eigen gebruik bedraagt. Let er hierbij op dat het uitmaakt of u ondernemer bent voor de VPB of voor de IB.