U bent hier

Onderneming & Fiscus
Formeel belastingrecht9. Invorderingsrecht9.1 Betaaltermijn

9.1 Betaaltermijn

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Fiscaal Rendement
Publicatiedatum: oktober 2019

Er bestaan verschillende soorten aanslagen. Als op aanslagen een te laag bedrag is betaald, kan de Belastingdienst onder voorwaarden navorderings- of naheffingsaanslagen opleggen (zie ook hoofdstuk 5). In de wet zijn verschillende betaaltermijnen opgenomen.

Afdragen

op tijd betalen

voorlopige aanslag

De simpelste manier om uit de problemen te blijven is op tijd de belastingen te betalen. Afhankelijk van het soort belasting is in de wet een betaaltermijn vastgelegd:

  • Aangiften: voor belastingen die u op aangifte moet afdragen (aangiftebelasting) geldt dat u deze binnen een maand na afloop van het aangiftetijdvak moet betalen. Bij overschrijding volgt in principe een boete.
  • Aanslagen: bij aanslagbelastingen zoals de inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting legt de Belastingdienst naar aanleiding van uw aangifte een (definitieve) aanslag op. De aanslag is invorderbaar zes weken na dagtekening van het aanslagbiljet.
  • Navorderingsaanslagen (zie paragraaf 5.1): deze aanslag is invorderbaar één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet.
  • Naheffingsaanslagen (zie paragraaf 5.2): deze aanslag is invorderbaar veertien dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet.
  • Voorlopige aanslagen: heeft het aanslagbiljet een dagtekening in het jaar waarover het is vastgesteld, dan is de aanslag invorderbaar in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening nog maanden van het jaar overblijven.

9.1.1 Versnelde invordering

incassorisico

De betalingstermijn van zes weken voor normale aanslagen zou in bepaalde situaties nadelig kunnen uitpakken voor de Belastingdienst. De fiscus loopt dan namelijk een te groot incassorisico. Om dat te voorkomen heeft de ontvanger de mogelijkheid om in bepaalde situaties de aanslag direct in te vorderen.

Direct betalen

faillissement

beslaglegging

De Belastingdienst zal deze versnelde invordering onder andere toepassen als:

  • uw onderneming in staat van faillissement is verklaard of de schuldsaneringsregeling van toepassing is. In dat laatste geval moet de aanslag wel onder de werking van de schuldsaneringsregeling vallen;
  • de ontvanger aannemelijk maakt dat er gegronde vrees bestaat dat er goederen zullen worden verduisterd;
  • u Nederland wilt verlaten of de plaats van vestiging van uw onderneming wilt overbrengen naar het buitenland, tenzij u aannemelijk maakt dat de belastingschuld kan worden verhaald;
  • u buiten Nederland woont of bent gevestigd of in Nederland geen vaste woonplaats of verblijfplaats heeft en de ontvanger aannemelijk maakt dat er gegronde vrees bestaat dat de belastingschuld niet kan worden verhaald;
  • op goederen waarop uw belastingschuld kan worden verhaald, beslag is gelegd voor uw belastingschuld;
  • uw goederen worden verkocht ten gevolge van een beslaglegging namens derden;
  • er een vordering wordt gedaan bij derden op uit te betalen loon en uitkeringen, tenzij u aannemelijk maakt dat de belastingschuld kan worden verhaald.

Kiest de Belastingdienst ervoor om versneld in te vorderen, dan krijgt u daarvan schriftelijk bericht. De betalingstermijnen vervallen en u moet direct betalen.

9.1.2 Teruggave Belastingdienst

datum

Het is ook goed mogelijk dat u geld terugkrijgt van de Belastingdienst. Op uw aanslag of beschikking staat aangegeven welk bedrag u terugkrijgt. Daarnaast vindt u daarop ook een datum. U ontvangt de teruggave binnen één week na die datum op uw rekening.

Voorlopige aanslag

maandelijks

Weet u dat u aan het einde van het jaar geld terugkrijgt, dan kunt u ook een voorlopige aanslag aanvragen. U krijgt dan maandelijks geld terug van de Belastingdienst. De eerste termijn van de teruggave krijgt u ongeveer zes weken na het aanvragen van de voorlopige aanslag.