U bent hier

Onderneming & Fiscus
Deelnemingsvrijstelling en herstructurering7. Bedrijfsfusie7.2 Wettelijke doorschuiving

7.2 Wettelijke doorschuiving

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Fiscaal Rendement
Publicatiedatum: april 2017

voorwaarden

verrekenbare verliezen

U moet voldoen aan de volgende voorwaarden om gebruik te kunnen maken van de faciliteit:

  • De overgedragen vermogensbestanddelen moeten een (zelfstandig onderdeel van een) onderneming vormen of kunnen vormen (zie paragraaf 7.2.1).
  • De overdracht vindt plaats tegen uitreiking van aandelen (zie paragraaf 7.2.2).
  • De overdrager en overnemer zijn onderworpen aan hetzelfde winstregime (zie paragraaf 7.2.3).
  • De overnemer mag niet beschikken over verrekenbare verliezen (zie paragraaf 7.2.4).
  • De overnemer mag geen aanspraak maken op:
    • vermindering ter voorkoming van dubbele belasting;
    • toepassing van de innovatiebox;
    • toepassing van de objectvrijstelling voor buitenlandse ondernemingswinsten;
    • toepassing van de deelnemingsverrekening.

  • Latere heffing moet verzekerd zijn.
  • De bedrijfsfusie is niet in overwegende mate gericht op het ontgaan of uitstellen van belastingheffing (zie paragraaf 7.2.5).
  • 7.2.1 Overdracht onderneming

    zelfstandig

    Er moet sprake zijn van een overdracht van een (zelfstandig onderdeel van een) onderneming. Als u een substantieel deel van de overgedragen onderneming meteen doorverkoopt aan een andere partij en u dit voornemen al voor de bedrijfsfusie had, is geen sprake van het overdragen van een onderneming. De faciliteit is dan niet van toepassing.

    Zelfstandig

    duurzame ­organisatie

    Ook moet u de overgedragen activa en passiva kunnen aanmerken als een zelfstandig onderdeel van een onderneming. Het moet gaan om een zogenoemde materiële onderneming. Dat is een duurzame organisatie van kapitaal en arbeid waarmee aan het economisch verkeer wordt deelgenomen met het oogmerk om winst te behalen.

    Dit houdt in dat de overgedragen activa en passiva van een bestaande vennootschap financieel en functioneel zelfstandig moeten kunnen opereren om gebruik te kunnen maken van de bedrijfsfusiefaciliteit.

    Bedrijfspand

    Drijft u door middel van een vennootschap een transportonderneming en draagt u bij de bedrijfsfusie alleen het bedrijfspand over, dan draagt u dus geen onderneming of zelfstandig onderdeel van de onderneming over. Het pand kan immers functioneel niet zelfstandig opereren. Is dit het geval, dan kunt u dus niet gebruikmaken van de faciliteit voor de bedrijfsfusie.

    7.2.2 Uitreiking van aandelen

    gelijkstelling

    Als u gebruik wilt maken van de bedrijfsfusiefaciliteit, moet de overdracht plaatsvinden tegen uitreiking van aandelen. De wetgever heeft winstbewijzen, bewijzen van deelgerechtigdheid en lidmaatschapsrechten met aandelen gelijkgesteld.

    Adequaat

    Bij de uitreiking van aandelen moet het wel gaan om een adequate tegenprestatie. Maar wat is adequaat? Hiervoor is vereist dat de waarde van de uit te geven aandelen in ieder geval gelijk is aan de waarde van de overgedragen activa en passiva. Dat kan dus net zo goed één aandeel zijn met agio (het bedrag boven de nominale waarde).

    Winstgerechtigdheid en zeggenschap kunnen hierbij ook een rol spelen. Er is bijvoorbeeld geen sprake van een adequate tegenprestatie als de overdrager niet in gelijke mate recht heeft op de winst van de overnemer.

    Afronding

    nieuwe ­aandelen

    De overdracht moet plaatsvinden tegen uitreiking van nieuwe aandelen. Dit betekent dat u minimaal één nieuw aandeel moet uitreiken. Dit nieuwe aandeel hoeft u niet a pari te plaatsen. U mag op het aandeel ook agio storten.

    kleine ­afronding

    Het is ook mogelijk dat u een kleine afronding in rekeningcourant boekt, de zogenoemde ‘afrondingscreditering’. Deze mag niet meer bedragen dan 1% van het over te dragen vermogen. Deze 1% mag ook het maximum van € 4.500 niet overtreffen.

    standaardregel

    Draagt u bijvoorbeeld activa en passiva over voor een bedrag van € 100.000, dan moet u minimaal € 99.000 daadwerkelijk storten. De vrijstelling geldt dan ook voor het verschil van € 1.000.

    7.2.3 Hetzelfde winstregime

    Het is op basis van de standaardregel niet mogelijk om gebruik te maken van de faciliteit als bij de overdrager en de overnemer een afwijkend winstregime van toepassing is. De winstregimes van de overdrager en overnemer moeten dus hetzelfde zijn. Deze voorwaarde is opgenomen om te voorkomen dat reguliere winsten na de bedrijfsfusie onder een gunstiger regime vallen.

    Goedkeuring

    Als u bijvoorbeeld een verzekeringsbedrijf uitoefent en de vennootschap waarin u de onderneming inbrengt een beleggingsinstelling is, kunt u in principe niet gebruikmaken van de faciliteit. Om wel gebruik te kunnen maken van de faciliteit, kunt u goedkeuring vragen aan de Belastingdienst (zie paragraaf  7.3). De faciliteit kan ook niet gebruikt worden bij een fusie tussen twee scheepvaartondernemingen, waarvan er één opteert voor het tonnageregime. U kunt de faciliteit in zo’n geval nooit toepassen.

    7.2.4 Verrekenbare verliezen

    handel in ­verliezen

    De overnemende vennootschap mag geen verliezen hebben die voorwaarts verrekenbaar zijn. Dat zou namelijk betekenen dat u deze verliezen kunt verrekenen met de doorgeschoven stille reserves en goodwill. De wetgever heeft deze eis in de wet opgenomen om de handel in verliezen te voorkomen.

    7.2.5 Ontgaan of uitstellen van belastingheffing

    Is de fusie gericht op het uitstellen of ontgaan van belastingheffing, dan kunt u niet gebruikmaken van de faciliteit. Deze beperking moet misbruik van de faciliteit tegengaan.

    Doel

    afrekenen meerwaarden

    U kunt daarbij aan het volgende denken. U wilt uw activa en passiva vanuit uw vennootschap verkopen aan een andere partij. Omdat uw vennootschap bij verkoop van de activa en passiva moet afrekenen over de aanwezige meerwaarden, zou u ervoor kunnen kiezen om de activa en passiva eerst in te brengen in een nieuwe vennootschap.

    oude 
boekwaarden

    Op grond van de fiscale faciliteit voor een bedrijfsfusie zou de overdragende vennootschap dan niet af hoeven te rekenen over de aanwezige meerwaarden en fiscale reserves. De nieuwe vennootschap gaat immers met de oude boekwaarden verder. De nieuwe vennootschap verkoopt u vervolgens aan de andere partij. Het enige doel waarvoor u de faciliteit in dit geval gebruikt, is om belastingheffing uit te stellen of te ontgaan. Om dit te voorkomen is een antimisbruikbepaling opgenomen.

    Zakelijk

    antimisbruikbepaling

    Als de fusie niet plaatsvindt uit zakelijke overwegingen, zoals herstructurering of rationalisering van de actieve werkzaamheden, veronderstelt de Belastingdienst dat de fusie is gericht op het ontgaan of uitstellen van belastingheffing. U heeft echter de mogelijkheid om het tegendeel aan te tonen (tegenbewijsregeling).

    De antimisbruikbepaling bepaalt tevens dat de fusiefaciliteit niet van toepassing is als de aandelen in de overdrager of de overnemer binnen drie jaar na de overdracht aan een derde worden verkocht. Tegenbewijs is ook hier mogelijk. U zult dan moeten aantonen dat de reden voor de vervreemding van de aandelen op het moment van de bedrijfsfusie nog niet bekend was. Er moeten dus ontwikkelingen zijn geweest na de bedrijfsfusie die een vervreemding van de aandelen noodzakelijk maken.

    Besparen van overdrachtsbelasting

    doorgang ­faciliteit

    De bedrijfsfusiefaciliteit vindt geen doorgang als de faciliteit grotendeels wordt gebruikt om belastingheffing uit te stellen of te ontgaan. Het Hof van Justitie EU heeft echter bepaald dat de bedrijfsfusiefaciliteit wel doorgang kan vinden als de faciliteit grotendeels wordt gebruikt om overdrachtsbelasting te besparen. De overdrachtsbelasting valt namelijk niet onder de regels van de zogenoemde Fusierichtlijn.