7.1 Pensioenuitvoerder
niet verplicht
melding
Maakt een pensioenregeling deel uit van de arbeidsvoorwaarden, dan zult u deze hebben ondergebracht bij een pensioenfonds of pensioenverzekeraar. De nieuwe werknemer is niet verplicht om gebruik te maken van uw pensioenregeling. Maar als hij uw pensioenaanbod wel accepteert, moet u de afspraken die u met hem maakt over het pensioen vastleggen in een pensioenovereenkomst. Die overeenkomst brengt u onder bij de pensioenuitvoerder, waar u de werknemer – als nieuwe deelnemer van de pensioenregeling – ook moet aanmelden. Die melding kan meestal elektronisch gebeuren.
Als de nieuwe werknemer niet wil deelnemen aan uw pensioenregeling, laat hem dat dan schriftelijk verklaren, en laat hem en zijn eventuele partner deze verklaring ondertekenen. Zo voorkomt u latere discussie hierover.
Verplichting
moeten aansluiten
Uw onderneming heeft overigens geen wettelijke verplichting om werknemers een pensioenregeling aan te bieden. Maar u kunt zich bijvoorbeeld wel vanuit uw sector bij een bedrijfstakpensioenfonds of beroepspensioenregeling moeten aansluiten. Als de nieuwe werknemer jonger dan 21 jaar is, hoeft u hem sowieso geen pensioenaanbod te doen. Zelfs niet als u uw andere werknemers wel een pensioenregeling aanbiedt.
informeren
U moet de werknemer binnen een maand na indiensttreding schriftelijk laten weten of een pensioenregeling deel uitmaakt van de arbeidsvoorwaarden. En zo ja, dan moet u hem ook informeren wie de pensioenuitvoerder is en binnen welke termijn u het aanbod tot sluiten van een pensioenovereenkomst zult doen.
Uw pensioenregeling mag een wachttijd of drempelperiode van maximaal twee maanden bevatten. Dat is alleen toegestaan voor het ouderdomspensioen, en niet voor het nabestaanden- en arbeidsongeschiktheidspensioen.
Pensioen 1-2-3
drie lagen
Pensioenfondsen en -verzekeraars moeten werknemers via het zogeheten Pensioen 1-2-3 informeren over hun pensioenregeling. Deze digitale informatieverstrekking bestaat uit drie lagen met steeds dieper gaande informatie:
- laag 1: basisinformatie over de pensioenregeling;
- laag 2: nadere uitleg over de belangrijkste onderdelen van de pensioenregeling;
- laag 3: alle details van de pensioenregeling en achtergrondinformatie, zoals het pensioenreglement.
een rol spelen
De pensioenuitvoerder moet de informatie van laag 1 actief aan de deelnemende werknemer verstrekken na indiensttreding. Uw organisatie kan hierbij een rol spelen door de informatie uit deze laag met de nieuwe werknemer te bespreken. De informatie van laag 2 en 3 wordt niet verstrekt, maar moet de werknemer op de site van de pensioenuitvoerder kunnen terugvinden.
Omdat Pensioen 1-2-3 in de praktijk nauwelijks blijkt te worden gebruikt, wordt dit verplichte model in de toekomst mogelijk losgelaten. Hierdoor kunnen pensioenuitvoerders de informatievoorziening over de pensioenregeling beter laten aansluiten op de doelgroep.
Waardeoverdracht
gelegenheid bieden
u hoeft niet mee te werken
niet altijd gunstig
Werknemers hebben het recht om eerder opgebouwd pensioen over te hevelen naar uw pensioenregeling. U moet nieuwe werknemers over de mogelijkheid tot deze zogeheten waardeoverdracht informeren en hun de gelegenheid hiertoe bieden. Op elk gewenst moment tijdens hun dienstbetrekking kunnen werknemers een aanvraag tot waardeoverdracht indienen bij de pensioenuitvoerder. De oude pensioenuitvoerder kan een zogeheten klein pensioen – maximaal € 503,24 op jaarbasis (2021) – overigens automatisch overhevelen naar uw pensioenregeling.
U hoeft niet aan een waardeoverdracht mee te werken als dat uw onderneming meer dan € 15.000 en meer dan 10% van de overdrachtswaarde aan bijbetaling gaat kosten. Verder is waardeoverdracht alleen toegestaan als de oude en nieuwe pensioenuitvoerder beide een dekkingsgraad van minstens 100% hebben. Waardeoverdracht hoeft verder niet altijd gunstig te zijn, dus wijs de werknemers erop dat het verstandig is hun situatie goed door te (laten) rekenen voordat zij een keuze maken.