7.4 Ingrijpen curator
onverplicht
Faillissementswet
Zoals opgemerkt in paragraaf 7.3.1 kan de curator ten behoeve van de boedel rechtshandelingen door een buitengerechtelijke verklaring vernietigen. Het moet dan wel gaan om handelingen die de schuldenaar vóór de faillietverklaring ‘onverplicht’ heeft verricht en waarvan hij wist of had moeten weten dat schuldeisers daardoor benadeeld zouden worden (artikel 42 lid 1 Faillissementswet). Er is sprake van onverplicht handelen als er geen verplichting voor bestaat op basis van de wet of een gesloten overeenkomst.
Gevolgen
prestatie
Soms gaat het, juridisch gezegd, om een rechtshandeling waar een prestatie tegenover staat. Bijvoorbeeld: u koopt een boot. Ook deze rechtshandeling kan de curator vernietigen, maar alleen als de bootverkoper wist of kon weten dat schuldeisers er de dupe van zouden zijn. Bij een rechtshandeling waar geen prestatie tegenover staat, heeft de vernietiging geen gevolg voor de bevoordeelde als die aantoont dat hij er ten tijde van het faillissement geen voordeel van had.
Als de rechtshandeling binnen één jaar vóór het faillissement heeft plaatsgevonden en uw bv zich niet al voor die tijd had verplicht tot de transactie, gaat de wet er in bepaalde situaties van uit dat beide partijen weet hadden van de rechtshandeling.
Verplichting
aanvraag
Als uw bv een opeisbare schuld voldoet, kan de curator deze alleen vernietigen als hij kan aantonen dat de persoon die de betaling ontving wist dat het faillissement van de bv al was aangevraagd. Dit kan ook als de betaling voortkwam uit overleg tussen bestuurder en schuldeiser met als doel de schuldeiser zo voorrang te geven boven andere schuldeisers.