U bent hier

5.5 Culturele governance

Laatst gewijzigd: mei 2021

culturele sector

Ook in de culturele sector is er een grote verscheidenheid aan instellingen. Er zijn grote professionele organisaties en kleine organisaties met slechts enkele betaalde werknemers. De organisaties onderscheiden zich verder in uitvoerende instellingen, zoals toneel- en muziekgezelschappen, en andere instellingen zoals musea, theaters en concertzalen.

Bestuursmodel

Over het algemeen hebben de meeste organisaties een stichtingsvorm en dus is er een bestuur vereist. Het meest gangbare bestuursmodel in de praktijk is het toezichthoudende model. Een uitzondering hierop vormen de rijksmusea, die meestal een statutaire RvT hebben (zie hoofdstuk 2).

De bekostiging van kunstinstellingen komt van verschillende bronnen, wat consequenties zou moeten hebben voor de eisen die aan de governance gesteld worden. De bronnen kunnen zijn:

  • het ministerie van OCW;
  • gemeenten;
  • fondsen;
  • sponsors;
  • donateurs.

Ook wat het personeel in de culturele sector betreft, is er een grote diversiteit. Er kunnen werknemers in loondienst zijn en artistieke medewerkers, die een vast dienstverband hebben of tijdelijk worden ingehuurd. Ook heeft de culturele sector veel met vrijwilligers te maken en kunnen bezoekers gezien worden als belanghebbenden.

Aanbevelingen

Cultural 
governance

Voor deze sector zijn de volgende aanbevelingen gedaan:

  • Cultural governance: kwaliteit van bestuur en toezicht in de culturele sector uit 2000;
  • Handleiding cultural governance; vrijwillig, niet vrijblijvend uit 2003;
  • Cultural governance in Nederland; de stand van zaken, nulmeting 2004 uit 2005.

Governance Code Cultuur

De commissie Cultural Governance doet in haar rapport suggesties voor het verbeteren van bestuur en toezicht van culturele instellingen. De daarna opgerichte projectgroep, geassisteerd door een adviesgroep, heeft 23 aanbevelingen in de handleiding gepubliceerd. Over de implementatie van die aanbevelingen heeft de stichting Kunst & Zaken het rapport geschreven, de stand van zaken. De handleiding is in 2006 vervangen door de Governance Code Cultuur.

Cultural governance

taakafbakening

De commissie heeft in dit rapport aanbevelingen gedaan om kunstinstellingen handvatten te geven voor de invulling van goed bestuur en toezicht. Ze dienen niet als basis voor nieuwe regelgeving. Het gaat dan om vijf essentiële aandachtspunten:

  • een goede taakafbakening tussen toezichthouder en directie;
  • onderscheid tussen toezicht en steun;
  • de werkgeversrol van de toezichthouder ten opzichte van de directie;
  • samenstelling van bestuur en/of RvT;
  • transparantie bij het invullen van de rol van de toezichthouder.

De stichting Kunst & Zaken heeft deze aanbevelingen aangevuld en in 2003 een nieuwe handleiding uitgebracht.

Handleiding Cultural Governance

taakafbakening

De handleiding ‘Vrijwillig niet vrijblijvend’ bevat 23 aanbevelingen en is bedoeld voor iedereen die bij een culturele instelling betrokken is. De aanbevelingen zijn in vier groepen verdeeld, te weten taakafbakening, werkgeversrol, samenstelling en transparantie. De handleiding is primair gericht op het bestuur, omdat de stichting de meest gebruikte rechtsvorm is, maar kan ook goed door een RvT worden gebruikt. In 2006 is een rapport uitgebracht over de implementatie van de aanbevelingen in de culturele sector. Hieruit komen enkele actiepunten naar voren, waarmee de stichting Kunst & Zaken bij de instellingen een bredere invoering van de cultural governance stimuleert. Ook blijkt de rol van belanghebbenden geheel te ontbreken.

Governance Code Cultuur

De code heeft als doel – naast een normenkader – de kritische reflectie binnen en tussen bestuur en toezicht te stimuleren. De code kent negen algemene principes:

  • het bestuur ziet toe op toepassing van de code;
  • het besturingsmodel;
  • verantwoordelijkheid van de organisatie;
  • werkgeversrol van de RvT;
  • taken en verantwoordelijkheden van de RvT;
  • samenstelling van de RvT;
  • taken en bezoldiging leden van de RvT;
  • belangenverstrengeling;
  • financieel toezicht.

Zie voor de praktijkaanbevelingen governancecodecultuur.nl.