5.1 Duurzame bedrijfsvoering
bedrijfsonderdelen
Om duurzaam te ondernemen, moet soms de gehele bedrijfsvoering op de kop. MVO keert namelijk terug in ieder onderdeel van de bedrijfsvoering. In deze paragraaf vindt u de belangrijkste bedrijfsonderdelen terug die u onder de loep moet nemen in het kader van MVO.
5.1.1 Mobiliteit
motorvoertuigen
MVO in mobiliteit begint bij de primaire activiteit, het vervoeren van goederen en personen. Ondernemingen die goederen moeten (laten) vervoeren, kiezen meestal voor motorvoertuigen. Die veroorzaken echter veel uitstoot van fijnstof en CO2. Hier is dan ook de eerste winst te halen. Zuinige transportmiddelen en vermindering van kilometers door efficiënter vervoer besparen kosten en zorgen voor minder uitstoot. Ook het gebruik van schonere brandstoffen en aandrijftechnieken of het plaatsen van een roetfilter verlaagt vervuilende emissies. Uitstoot die ondanks deze maatregelen plaatsvindt kan worden gecompenseerd.
Leasewagenpark
energiezuinig
Voor het eigen wagenpark geldt dat energiezuinige auto’s van de zaak zelfs voordeliger zijn. U heeft voor de (bestel)auto’s van de zaak met verschillende bijtellingspercentages te maken: een standaardpercentage en lagere percentages.
CO2-uitstoot
De lagere bijtellingspercentages zijn ingevoerd om het gebruik van milieuvriendelijke auto’s van de zaak te stimuleren. Voor auto’s die jonger zijn dan vijftien jaar is het bijtellingspercentage afhankelijk van de CO2-uitstoot. Voor auto’s vanaf vijftien jaar oud geldt een vast bijtellingspercentage van 35%. De CO2-uitstoot speelt hierbij dus geen rol.
Elektrische auto de norm
systeem
Sinds 2012 zijn de bijtellingspercentages voor (zeer) zuinige (bestel)auto’s verhoogd en de bijbehorende CO2-uitstootgrenzen steeds strenger geworden. Die lijn is voortgezet totdat er per 1 januari 2017 een systeem van slechts twee bijtellingscategorieën is ingesteld (4% en 22%), waarbij alleen auto’s zónder CO2-uitstoot nog fiscaal worden gestimuleerd: de elektrische auto’s.
waterstof
Zoals u in het kader hierboven kunt lezen, geldt de bijtelling van 4% alleen voor auto’s zonder CO2-uitstoot. Een kanttekening is dat deze bijtelling voor volledig elektrische auto’s alleen geldt voor het deel van de waarde van de auto onder de € 50.000. Over het meerdere geldt het bijtellingspercentage van 22%. Alleen als de motor van de auto wordt aangedreven door waterstof, blijft de bijtelling 4% over de gehele cataloguswaarde.
Milieuwinst pakt lager uit
PBL
Het fiscaal stimuleren van zuinige auto’s van de zaak heeft minder milieuwinst opgeleverd dan verwacht. Dat blijkt uit een evaluatie van de fiscale vergroening van de auto van de zaak over de periode van 2011 tot 2016, uitgevoerd door het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL).Van 2011 tot 2016 konden bezitters van een auto van de zaak met een lage CO2-uitstoot rekenen op een lagere bijtelling voor privégebruik.
Dat bijtellingspercentage gold voor vijf jaar vanaf de eerste tenaamstelling. Dat heeft een positief effect gehad op de verkoop van zuinige auto’s, maar het effect op CO2-reductie was minder dan verwacht. De lagere bijtellingspercentages op zakenauto’s leverden de schatkist in totaal € 3,7 miljard minder op.
Besparen op mobiliteit
reiskostenvergoeding
CPB
Het verduurzamen van uw mobiliteit is meer dan alleen kijken naar het leasewagenpark en transport van goederen. U kunt ook denken aan andere milieuvriendelijke maatregelen, waarmee u tevens bespaart op de kosten:
- De reiskostenvergoedingen. Laat werknemers minder reizen, of minder met de auto en meer met het openbaar vervoer reizen. Een auto kost gemiddeld meer per kilometer dan de gemiddelde kilometerprijs voor een treinreis in de 2e klas.
- De kosten voor parkeerplaatsen bij uw pand. U kunt bijvoorbeeld besluiten om het aantal parkeerplaatsen te verminderen, door alleen medewerkers toegang tot de parkeerplaats te geven die:
- meer dan vijftien kilometer van het werk wonen;
- voor de woon-werkreis minimaal anderhalf keer zo lang onderweg zijn met het openbaar vervoer als met de auto;
- carpoolen.
- Verzuimkosten. Als mensen zelf mogen kiezen of ze thuis werken of op kantoor ervaren ze minder stress volgens het CPB (Centraal Planbureau). Ook blijken mensen die met het openbaar vervoer, fiets of lopend naar het werk gaan gelukkiger en gezonder te zijn.
5.1.2 Inkoop en keten
Inkopen op een duurzame manier wordt ook wel ketenverantwoordelijkheid genoemd. Bij inkoopbeslissingen let u meestal op de prijs, kwaliteit en levertijd van een product. Bij maatschappelijk verantwoord inkopen let u ook op sociale en milieuaspecten. Zo heeft u effect op het gedrag van uw
toeleveranciers
toeleveranciers, bijvoorbeeld op het gebied van arbeidsomstandigheden, rechten van werknemers en milieu.
ISO verwelkomt nieuw familielid
ISO 20400
Sinds mei 2017 bestaat de ISO 20400-richtlijn voor duurzaam inkopen. ISO 20400 is een wijd verspreide tool, ook internationaal. De richtlijn biedt zowel publieke als private ondernemingen praktische handvatten bij het inrichten en borgen van een maatschappelijk verantwoord inkoopproces. ISO 20400 is gebaseerd op ISO 26000, de internationale richtlijn voor MVO. Over ISO 26000 leest u alles in hoofdstuk 7.
Complexe ketens
Productie- en handelsketens worden steeds complexer; vaak gaat de keten terug tot in het buitenland. Producten of delen van een product zijn vaak in een ander land geproduceerd. De verantwoordelijkheid van uw onderneming begint niet bij de grens.
grondstoffen
Weten waar grondstoffen vandaan komen, wat er speelt bij toeleveranciers en door wie producten vervaardigd worden is belangrijk. Arbeidsomstandigheden en milieu-issues bij buitenlandse toeleveranciers hebben uiteindelijk ook invloed op de duurzaamheid van een in Nederland gevestigde onderneming.
Prijskaartje
inkoopprijs
afzetmarkt
media
Veel producten of ingrediënten komen uit opkomende economieën of ontwikkelingslanden. Hoewel de inkoopprijs vaak lager is dan van producten die in westerse landen zijn geproduceerd, hangt ook daar natuurlijk een prijskaartje aan. Namelijk de schending van mensenrechten en het milieu. Dat is een prijskaartje dat uw onderneming niet zou moeten willen betalen. Daarnaast spelen andere redenen mee om te kiezen voor een maatschappelijk verantwoord inkoopproces:
- Steeds meer afnemers (klanten) vragen om duurzame producten. Dat creëert nieuwe afzetmarkten.
- Als milieu- en arbeidsomstandigheden aan het begin van de keten beter geregeld zijn, vergroot dat de arbeidsproductiviteit, kwaliteit van uw producten en leveringszekerheid.
- Hoe kleiner het aantal schakels in uw keten, hoe beter uw controlemogelijkheden.
- Milieubesparende maatregelen zijn vaak kostenbesparend.
- Als u op de hoogte bent, of in elk geval voorbereid op mogelijke problemen in de keten, kunt u werken aan de oplossing. Hierdoor bent u minder kwetsbaar voor kritische vragen van maatschappelijke organisaties en de media.
- Uw (marketing-)verhaal is geloofwaardiger als u transparant bent over de herkomst van uw producten.
- Het draagt bij aan een goede reputatie.
Vraag uw leverancier van facilitaire producten naar duurzame alternatieven. Veel facilitaire producten zoals koffie, thee en papier kennen varianten met een betrouwbaar keurmerk. De keurmerkenwijzer van MilieuCentraal helpt u op weg.
5.1.3 Huisvesting
Huisvesting een MVO-makeover geven kan een flinke uitdaging zijn met behoorlijk oplopende kosten. In deze paragraaf vindt u nuttige tips.
Gebouw
energielabel
onderhoud
Enkele tips voor een duurzaam gebouw:
- Gaat u op zoek naar nieuwe huisvesting? Neem dan het energielabel van het gebouw expliciet mee in de lijst van voorwaarden. Kijk naar de mogelijkheden die bestaande gebouwen bieden, in plaats van nieuwbouw. Ook in uw bestaande huisvesting kunt u stappen ondernemen. Bijvoorbeeld door met uw verhuurder te bespreken welke besparingsmaatregelen u kunt treffen. Neem dit ook mee bij onderhandelingen voor een nieuwe huurtermijn.
- Kies bij nieuwbouw of verbouwingen voor duurzame materialen, zoals bamboe.
- Voorzie gebouwgevels, grote installaties, interieur en daken van een biotechnologische coating. Hierdoor worden ze minder snel vies, slijten ze minder snel en hebben ze minder schoonmaak en onderhoud nodig.
Verlichting
reflector
Hieronder tips voor energiezuinige verlichting op kantoor:
- Kies voor energiezuinige TL-lampen of led-verlichting.
- Plaats een schemer- of bewegingsschakelaar voor uw verlichting in ruimten waar minder verlichting nodig is, zoals de kantine, het magazijn en de toiletten.
- Breng bij een tl-bak een reflector aan om de lichtopbrengst te verdubbelen.
- Maak eens per jaar de verlichtingsarmaturen en lichtsensoren schoon.
Klimaatregulering
luchtfilters
tijdschakelaar
ventilatoren
Ook op het gebied van klimaatregulering kunt u stappen nemen:
- Zorg voor de juiste luchtfilters in het pand om energie te besparen.
- Zet de thermostaat een paar graden lager.
- Plaats een tijdschakelaar op luchtbehandelingssystemen, zodat die alleen draaien wanneer het nodig is. Houd hierbij rekening met opwarm- en afkoeltijden, zodat het pand bij opening op de juiste temperatuur is.
- Bespaar op het gasverbruik voor de verwarming van (hoge) productieruimten door direct gestookte gasheaters te vervangen voor HR-heaters. Als de ruimte slecht geïsoleerd is of niet de hele ruimte wordt gebruikt, verwarm dan lokaal door middel van stralingsverwarming.
- Controleer en onderhoud verwarmings- en luchtverversingsinstallaties jaarlijks.
- Verlaag het toerenniveau van ventilatoren van de airconditioning.
Isolatie en ventilatie
warmteterugwinning
Qua isolatie en ventilatie kunt u aan de volgende maatregelen denken:
- Vergroen het dak of de gevel van het kantoorpand. Beplanting isoleert goed, verlengt de levensduur van het dak en zorgt daarnaast voor een geleidelijke afvoer van regenwater.
- Pas warmteterugwinning toe op het centrale ventilatiesysteem. De warme afvoerlucht wordt zo gebruikt om koude toevoerlucht op te warmen. Afhankelijk van het toegepaste systeem kan een rendement van 45% tot 75% worden behaald.
- Ventileer ruimtes regelmatig. Droge lucht opwarmen kost minder energie dan vochtige lucht opwarmen en is bovendien gezonder.
Afval
afvalstromen
En hoe om te gaan met bedrijfsafval op een verantwoorde manier?
- Kijk eens naar de afvalstromen van uw bedrijf. Gescheiden afval kan weer als grondstof dienen voor nieuwe producten. Inclusief het inzamelen van uw lege cartridges en oude mobieltjes voor hergebruik.
- Bekijk ook de hergebruikmogelijkheden van kantoormeubilair.
Papier
digitaal
dubbelzijdig
Streef naar de volgende stappen als het gaat om papiergebruik in de onderneming:
- Verminder papiergebruik door zoveel mogelijk digitaal te werken en zo weinig mogelijk te printen.
- Gebruik licht kopieerpapier: 80-gramspapier voor documenten die lang mee moeten en 70- of 75-gramspapier voor prints die niet gearchiveerd hoeven te worden.
- Gebruik gerecycled en ongebleekt papier. Of kies voor papier van landbouwafval.
- Stel uw printers standaard in op dubbelzijdig printen.
- Maak gebruik van het Ecofont-lettertype: dit gebruikt tot 20% minder inkt en is toch goed leesbaar.