4.2 Voorwaarden voor alle of meerdere LKV’s

premies

Elk LKV kent zijn eigen voorwaarden. Toch zijn er ook voorwaarden die gelden voor alle of meerdere LKV’s. Zo geldt voor alle LKV’s dat de werknemer verzekerd moet zijn voor de werknemersverzekeringen. Aangezien u geen premies werknemersverzekeringen betaalt voor werknemers die de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt, heeft u voor deze groep ook geen recht op een LKV.

4.2.1 Doelgroepverklaring

arbeids­gehandicapten

UWV

gemeente

Tot 1 januari 2018 had u alleen voor de toepassing van de premiekorting oudere werknemers en jongere werknemers een doelgroepverklaring nodig. Voor de premiekorting arbeidsgehandicapten was dat niet vereist. De WTL bepaalt dat u voor alle vier LKV’s in het bezit moet zijn van een doelgroepverklaring. Aangezien UWV bekend is met de doelgroepen, zorgt zij ook voor de beoordeling en de afgifte van doelgroepverklaringen. Is de werknemer 56 jaar of ouder en krijgt hij een uitkering van de gemeente? Dan moet hij de doelgroepverklaring LKV bij de gemeente aanvragen.

Machtiging

drie maanden

dertien weken

In principe is de werknemer degene die de doelgroepverklaring online of telefonisch aan kan vragen binnen drie maanden na indiensttreding of herplaatsing. Hij kan u ook machtigen om de doelgroepverklaring namens hem aan te vragen en te ontvangen. Houd er rekening mee dat het tot dertien weken na de aanvraag kan duren voordat de werknemer hoort of de doelgroepverklaring wordt toegekend.

4.2.2 Aanvragen LKV

indicatie

Pas als u een doelgroepverklaring heeft, kunt u in uw loonaangifte verzoeken om een LKV voor een werknemer. Dit doet u door in de aangifte loonheffingen de indicatie voor het betreffende LKV aan te vinken (op ‘ja’ te zetten). Doe dit voor iedere werknemer van wie u denkt dat u een tegemoetkoming moet krijgen en voor wie u over een doelgroepverklaring beschikt. Als u de indicatie voor een LKV niet aanvinkt in de loonaangifte, zult u de tegemoetkoming niet ontvangen. UWV weet namelijk door uw vinkje dat zij kan bepalen of u recht heeft op een LKV voor een werknemer en zo ja, dat zij over kan gaan tot het berekenen van de aan u uit te betalen bedragen aan tegemoetkoming.

4.2.3 Berekenen LKV

plafond

premiekorting

De WTL gaat uit van tegemoetkomingen per verloond uur. Hoeveel LKV u voor een werknemer krijgt, is dus simpel te berekenen. Het LKV bestaat niet uit een vast bedrag dat u jaarlijks voor een werknemer kunt ontvangen. Het is een vaststaande vergoeding voor elk verloond uur dat de werknemer bij u heeft gewerkt. Daar zit wel een plafond aan. In de tabel ziet u per doelgroep de vergoeding per verloond uur, de maximale bedragen en de maximale termijn.

Overgangsregeling

periode

Maakte u in 2017 gebruik van de premiekorting oudere of arbeidsgehandicapte werknemer? Dan heeft u sinds 1 januari 2018 recht op één van de vier LKV’s voor de resterende periode dat u nog recht zou hebben op de premiekorting. De resterende periode is de maximale duur van de premiekorting (dus één of drie jaar) minus de tijd tussen het begin van de dienstbetrekking en 1 januari 2018.

Verloond uur

goed invullen

contracturen

Omdat u de tegemoetkoming uitbetaald krijgt per verloond uur van de werknemer is het van groot belang dat u in de loonaangifte het aantal verloonde uren goed invult. Verloonde uren zijn het aantal uren dat u aan de werknemer voor al zijn inkomstenverhoudingen in een aangiftetijdvak betaalt. Hieronder vallen:

• de uren die u met de werknemer bent overeengekomen (contracturen);
• niet-gewerkte, maar wel volledig uitbetaalde uren (zoals verlof of ziekte);
• niet-opgenomen, maar wel volledig uitbetaalde verlofuren.

4.2.4 Maximale termijn

drie jaar

Voldoet u aan alle voorwaarden, dan krijgt u de volgende LKV’s voor een aaneengesloten periode van maximaal drie jaar vanaf het moment van (eerste) indiensttreding van de betreffende werknemer:

• het LKV oudere werknemer;
• het LKV arbeidsgehandicapte werknemer;
• het LKV doelgroep banenafspraak. Per 2021 krijgt u dit LKV zolang u de werknemer in dienst houdt.

AOW-leeftijd

eenmaal

Voor het LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer geldt een afwijkende toepassingsduur. U krijgt dit LKV niet maximaal één jaar. Achtergrond van deze kortere duur is dat sprake is van een voortzetting van een bestaande arbeidsrelatie. De tegemoetkoming stopt als de werknemer de AOW-leeftijd bereikt. Dit kan dus tot een eerder einde leiden dan volgens de maximale toepassingsperiode.

Onderbreking dienstverband

geen recht

Tussen u en de werknemer kan slechts eenmaal een periode van drie jaar of één jaar recht bestaan op een LKV. Bij een onderbreking loopt de eenmaal gestarte maximale toepassingsperiode voor een LKV gewoon door, ook al heeft uw organisatie in die periode tijdelijk geen recht op het LKV (omdat de werknemer niet bij u in dienst is).

4.2.5 Beoordeling LKV

overzicht

correcties

Het recht op een LKV begint zoals eerder gezegd met de doelgroepverklaring. Logischerwijs is het aan UWV, dat via de polisadministratie over de werknemersgegevens beschikt, om dit te beoordelen en te berekenen. U krijgt uiterlijk 15 maart een voorlopige overzicht van de tegemoetkomingen (zowel LKV als LIV) waarop u recht heeft. Deze berekening is gebaseerd op de door u tot 31 januari gedane loonaangiften en correcties over het voorgaande jaar. UWV neemt alleen de correcties die u tot 1 mei instuurt nog mee in de definitieve berekening!

Uitbetaling

beschikking

Na de beoordeling van het recht op de tegemoetkoming en de bepaling van de hoogte van de tegemoetkoming stuurt UWV de informatie door aan de Belastingdienst. De Belastingdienst stuurt u vóór 1 augustus een beschikking waarin staat waar u qua LKV maar ook qua LIV en jeugd-LIV recht op heeft. De eventuele uitbetaling volgt zo snel mogelijk, maar in ieder geval binnen zes weken na de datum op de beschikking. Dit is uiterlijk op 12 september.