2.7 Nabestaandenpensioen
twee typen
Als de pensioenregeling een nabestaandenpensioen kent, biedt de pensioenregeling een uitkering aan de nabestaanden aan op het moment dat de deelnemer komt te overlijden. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen overlijden vóór de pensioendatum en overlijden na de pensioendatum. Er bestaan twee typen dekkingen voor het nabestaandenpensioen:
- op opbouwbasis (de ‘spaarpot’);
- op risicobasis (de ‘verzekering’).
Keuring
collectieve regeling
individueel
Bij een nabestaandenpensioen binnen een collectieve pensioenregeling is het de pensioenuitvoerder niet toegestaan de werknemers medisch te keuren, alvorens dekking te bieden. Dat is een groot voordeel ten opzichte van de situatie waarin werkenden zelf, op individueel niveau, iets moeten regelen omtrent het overlijdensrisico. Bij individuele verzekeringen is een medische keuring van een werknemer namelijk wel toegestaan. Een ‘brandend huis’ zal een verzekeraar niet verzekeren.
In het pensioenreglement staat vermeld wie als nabestaande is aan te merken. Daar leest u bijvoorbeeld terug of het noodzakelijk is dat een notarieel samenlevingscontract is opgemaakt.