5.1 Zakelijke lening
werknemer
Geld lenen van uw bv moet altijd op basis van zakelijke voorwaarden. De Belastingdienst let daarbij onder andere op de afspraken over terugbetaling, de zekerheden, de hoogte van de rente en de schriftelijke vastlegging van de afspraken (zie ook hoofdstuk 3). U kunt bij een geldlening twee verschillende petten op hebben:
- Leent u in de hoedanigheid van directeur van uw bv, dan is er sprake van een lening aan een werknemer. Dit is een zogenoemde personeelslening (zie paragraaf 5.1.1).
- Leent u in de hoedanigheid van aandeelhouder, dan is er sprake van een ‘gewone lening’ (zie paragraaf 5.1.2).
Kies bewust voor het aangaan van een personeelslening of een gewone lening. U kunt dit bijvoorbeeld vastleggen in een besluit van de aandeelhoudersvergadering.
5.1.1 Personeelslening
WKR
Krijgt u de lening in de hoedanigheid van werknemer, dan is er sprake van een personeelslening. Bij de fiscale afhandeling krijgt u daardoor te maken met de werkkostenregeling (WKR). Het bestedingsdoel van de lening is hierbij van belang voor de fiscale behandeling.
Rentevoordeel
minder rente
Het grote voordeel van de personeelslening is dat u meestal minder rente hoeft te betalen. Dit is een voordeel dat u krijgt als werknemer. Het rentevoordeel dat u daarmee behaalt, is voor u als werknemer belast. U berekent dit voordeel door het betaalde rentebedrag te verminderen met het marktconforme rentebedrag. Het restant is belast loon voor u als werknemer. Eventueel kunt u er ook voor kiezen om dat loon aan te wijzen als eindheffingsloon (de vrije ruimte).
Fiets of elektrische scooter
nihil- waardering
Er bestaat een uitzondering voor de fiscale behandeling van het rentevoordeel als het gaat om een personeelslening voor een (elektrische) fiets of elektrische scooter. Voor de personeelslening geldt dan een nihilwaardering. U betaalt daardoor geen belasting over het rentevoordeel.
Eigen woning
belastbaar loon
Tot 1 januari 2016 bestond er ook voor eigenwoningleningen een nihilwaardering. Met ingang van 1 januari 2016 is dit gewijzigd en behoort het rentevoordeel daarvan tot het belastbare loon. Het rentevoordeel en de kosten van een personeelslening voor een eigen woning behoren altijd tot het loon van de werknemer. Over dit voordeel moet uw bv verplicht loonheffingen berekenen.
Hierbij gaat het om een eigen woning waarvan de rente (inclusief de kosten) aftrekbaar is in de inkomstenbelasting. De lening kunt u gebruiken voor het kopen, onderhouden of verbeteren van een eigen woning.
Verschil
regels
In tegenstelling tot de personeelslening voor andere zaken mag u het rentevoordeel van de personeelslening voor een eigen woning niet als eindheffingsloon aanwijzen. Het gaat daarbij om een lening waarvan de rente aftrekbaar is in de inkomstenbelasting. Daarvoor moet het een lening zijn voor de ‘eigen woning’ volgens de regels van de inkomstenbelasting. In de aangifte inkomstenbelasting moet u ook jaarlijks de gegevens over deze lening vermelden.
Op rendement.nl/bvdossier vindt u meer informatie over de personeelslening en allerlei tools, zoals een modelovereenkomst en een rekentool waarmee u de waarde van het rentevoordeel van zo’n lening kunt bepalen.
5.1.2 Lening als aandeelhouder
doel
U kunt ook geld lenen als aandeelhouder. In dat geval moet u zakelijk handelen met uw bv. Het moet dus gaan om een lening die uw bv ook met een onafhankelijke derde zou hebben afgesloten. De fiscus zal daarbij letten op de voorwaarden die u overeenkomt met uw bv. De behandeling van de zakelijke lening is ook afhankelijk van het bestedingsdoel.
Eigen woning
De lening van uw bv kunt u bijvoorbeeld gebruiken voor de aankoop, het onderhoud, de verbetering of de verbouwing van de eigen woning. De rente die u betaalt over deze lening is aftrekbaar in box 1 van de inkomstenbelasting. Uw bv moet belasting betalen over de ontvangen rente.
Zelf gegevens aanleveren over lening
hypotheek
jaarlijks
Normaal gesproken geeft de bank informatie over een hypotheek voor uw eigen woning door aan de Belastingdienst. Sluit u een lening af met uw bv, dan bent u verplicht om deze informatie jaarlijks door te geven aan de fiscus. Hierbij gaat het om de volgende gegevens:
- naam en adresgegevens;
- burgerservicenummer;
- startdatum van de lening;
- de hoogte van het bedrag;
- de looptijd in maanden;
- het rentepercentage;
- de manier van aflossen (annuïtair of lineair).
consumptieve doeleinden
U neemt deze gegevens op in uw aangifte inkomstenbelasting. Doet u dat niet, dan heeft u geen recht op aftrek van de rente in box 1 van de inkomstenbelasting.
Overige zaken
Gebruikt u de lening voor consumptieve doeleinden (zoals de aankoop van een auto in privé) of het beleggen in privé, dan rekent de fiscus de lening tot box 3 (sparen en beleggen). Deze schuld verlaagt het vermogen in box 3. De betaalde rente kunt u niet in aftrek brengen in de inkomstenbelasting. In de VPB moet uw bv wel belasting betalen over de ontvangen rente op de lening.