U bent hier

Onderneming & Fiscus
Fraudebestrijding9. Belastingfraude9.2 Vrijwillig verbeteren

9.2 Vrijwillig verbeteren

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier FA Rendement
Publicatiedatum: augustus 2022

inkeerregeling

Als een werknemer in de afgelopen jaren bijvoorbeeld niet de (volledige) bedrijfsomzet heeft aangegeven, kunt u een beroep doen op de inkeerregeling.

belastingrente

Het voordeel van de inkeerbepaling is dat u zonder de kans op een vervolging de fiscale malversaties van een collega kunt rechtzetten. Uw onderneming moet natuurlijk wel de te weinig geheven belasting met belastingrente alsnog voldoen. De boete is vaak ook lager dan wanneer de Belastingdienst er bij een controle zelf achterkomt dat uw onderneming inkomen verzweeg.

Binnenlandse en buitenlandse inkomsten

winst uit 
onderneming

schenkingen

Besluit u gebruik te maken van de inkeerregeling, dan kunt u op het formulier ‘Melding vrijwillige verbetering’, dat u vindt op belastingdienst.nl, aangeven wat u alsnog wilt aangeven bij de Belastingdienst. Het kan gaan om:

  • winst uit onderneming;
  • inkomsten, zoals dividend of royalty’s;
  • onroerende zaken;
  • geld op bankrekeningen;
  • waardepapieren, zoals aandelen of beleggingen;
  • rechten op octrooien;
  • bezittingen, zoals een goudvoorraad, een verzameling of contant geld;
  • ontvangen schenkingen.

Vrijwillig, volledig en duidelijk

vermoeden

Het is belangrijk dat het inkeertraject zorgvuldig en op de juiste manier aangepakt en begeleid wordt, ook om de verschuldigde belasting en boetes zo veel mogelijk te beperken. Een geslaagd beroep op de inkeerregeling is alleen mogelijk als de verbetering ook echt vrijwillig is. Op het moment dat u weet of vermoedt dat de Belastingdienst op de hoogte is van de onjuiste aangifte, komt u niet onder de straf uit.

verplichte inkeer

Een verzoek tot inkeer moet vooral ook volledig en duidelijk zijn. Vervolging blijft overigens nog steeds mogelijk als u bijvoorbeeld niet uitdrukkelijk informatie verstrekt of als de informatie voor de Belastingdienst een zoekplaatje is.

Suppletieaangifte voor de BTW is ook inkeren

beboetbaar feit

Voor de BTW is er sinds 1 januari 2012 al sprake van een verplichte inkeer. BTW-ondernemers zijn namelijk sindsdien verplicht om te suppleren. Het niet, niet tijdig of niet op de voorgeschreven wijze inkeren levert ook een beboetbaar feit op. Bent u op tijd met inkeren, dan kan de Belastingdienst geen vergrijpboete aan uw onderneming opleggen. Uw onderneming krijgt ook geen verzuimboete opgelegd als de te betalen BTW minder dan € 20.000 bedraagt of minder dan 10% van de al betaalde belasting.

Termijn

De termijn voor het indienen van een suppletieaangifte is vijf jaar. Geeft u vrijwillig vóór 1 april de correctie voor te weinig aangegeven BTW in het voorafgaande jaar aan en betaalt u deze ook, dan is uw onderneming geen belastingrente verschuldigd. Op rendement.nl/fadossier leest u wanneer en hoe u kunt suppleren.

9.2.1 Wie kunnen inkeren?

bestuurders

vastleggen

Alleen de belastingplichtige kan inkeren. Zijn er meerdere mensen betrokken bij de fiscale overtreding, dan is het belangrijk dat iedereen tegelijkertijd inkeert. Eventuele deelnemers aan het overtreden van fiscale wetgeving zoals feitelijk leidinggevende bestuurders van een frauderende rechtspersoon (zoals een bv) kunnen alleen in bijzondere omstandigheden meeprofiteren van een inkeer. Hierbij gaat het dan vooral om de personen die de inkeer hebben bevorderd. Het kan dan ook van belang zijn om duidelijk vast te leggen wie is gestart met het inkeerproces en welke handelingen door wie zijn verricht om alsnog tot een juiste en volledige aangifte of informatieverstrekking te komen.

9.2.2 Uitgesloten situaties

boeken-
onderzoek

FIOD

vragenbrief

derde

U kunt de inkeerregeling niet meer gebruiken in de onderstaande situaties:

  • De Belastingdienst heeft u al vragen gesteld over uw (buitenlandse) inkomsten of vermogen.
  • De Belastingdienst heeft al een boekenonderzoek aangekondigd, waarbij (buitenlandse) inkomsten of vermogen ontdekt kunnen worden.
  • Een FIOD-rechercheur heeft al aan u gemeld dat er een onderzoek tegen uw onderneming loopt door haar (buitenlandse) inkomsten of vermogen.
  • U heeft al een vragenbrief van de Belastingdienst ontvangen.
  • U kunt door andere signalen vermoeden dat de Belastingdienst bekend is of wordt met verzwegen inkomen. Dat is bijvoorbeeld het geval als de Belastingdienst een onderzoek aankondigt bij een bekende ‘derde’, bijvoorbeeld een zakenpartner of een vennootschap binnen een concern.

Blijkt uit grondig onderzoek dat een werknemer belastingfraude heeft gepleegd, dan wil de directie natuurlijk overgaan tot actie. Afhankelijk van de situatie kunnen de de fraudeur verschillende sancties opgelegd worden. In hoofdstuk 13 leest u wat kan en mag volgens de wet.