1.1 Deelnemingsvrijstelling
Hoe de deelnemingsvrijstelling werkt, is het beste uit te leggen aan de hand van het volgende voorbeeld.
Voorbeeldsituatie
overtollig geld
Stel dat u een holdingstructuur heeft opgezet. U bezit alle aandelen in Holding bv, die op haar beurt alle aandelen bezit in een werkmaatschappij, Werk I bv. Deze werkmaatschappij bezit weer alle aandelen in Werk II bv. De echte activiteiten zitten in de werkmaatschappijen. In Holding bv zit voornamelijk overtollig geld en de panden van waaruit u de activiteiten verricht. De winst van de vennootschappen is als volgt:
- Holding bv € 40.000;
- Werk I bv € 140.000;
- Werk II bv € 200.000.
Aan het einde van het jaar keert Werk II bv haar winst uit aan Werk I bv en keert Werk I alle winst uit aan Holding bv. In onderstaande tabel ziet u wat er gebeurt als de deelnemingsvrijstelling niet van toepassing is.
Totaal belasting zonder deelnemingsvrijstelling
Eigen winst | Winst door dividend | Belasting (20%) | Resteert | |
---|---|---|---|---|
Werk II bv | 200.000 | 0 | 40.000 | 160.000 |
Werk I bv | 140.000 | 160.000 | 60.000 | 240.000 |
Holding bv | 40.000 | 240.000 | 56.000 | 224.000 |
Totaal belasting | 156.000 |
effectief belastingtarief
Zonder de deelnemingsvrijstelling betaalt de groep € 156.000 vennootschapsbelasting op een totaalwinst van € 380.000. Dit komt neer op een effectief belastingtarief van 41%! Hoe meer lagen er in het concern zitten, hoe meer belasting er boven op elkaar wordt gestapeld.
Reële winst
voortzetting
De gedachte achter de deelnemingsvrijstelling is dat de dochtermaatschappij een voortzetting is van de moedermaatschappij. Als winsten bij de dochtermaatschappij belast zijn, is het dus niet gewenst deze winsten opnieuw bij de moedermaatschappij in de heffing te betrekken. Dividenduitkeringen en waardeveranderingen van dochtermaatschappijen zijn vrijgesteld.
Aan de toepassing van de deelnemingsvrijstelling zijn voorwaarden verbonden. De deelnemingsvrijstelling is niet automatisch op alle deelnemingen van toepassing. In Hoofdstuk 2 en 3 leest u hier meer over.
reële winst
In het gegeven voorbeeld zijn Holding bv en Werk II bv geen belasting verschuldigd over de ontvangen dividenduitkeringen. Dit resulteert in een heffing van 20% van de reële winst van € 380.000. De verschuldigde belasting is dan € 80.000 in plaats van € 156.000.
Tools over de deelnemingsvrijstelling
Op rendement.nl/fiscaaldossier vindt u de volgende handige tools over de werking van de deelnemingsvrijstelling:
- deelnemingsvrijstelling VPB – checklist;
- de deelnemingsvrijstelling uitgelegd – begrippenlijst.