7.3 Presentatie van kengetallen

De card visual is een veelgebruikte visual in dashboards. Het stelt u in staat om één getal op het canvas te plaatsen. Power BI kent drie card visual-varianten, die hierna verder worden behandeld.

7.3.1 Card visual

De card visual is het icoontje met 123 erin. Vaak zet u hierin de belangrijkste meetwaarden en Key Performance Indicator (KPI’s). Een KPI staat voor een norm of doelwaarde waar u een behaalde waarde (bijvoorbeeld de behaalde omzet) tegen afzet. Let op: u kunt slechts één veld in de card visual kwijt.

Bewerken van het categorielabel

Onderaan de card visual krijgt u standaard de naam van het veld te zien (zie de afbeelding op de volgende pagina). Als u dit wilt wijzigen, hernoemt u het veld onder het deelvenster Visualizations (onder het kopje Fields). U kunt dubbel klikken op de veldnaam of met de rechtermuisknop klikken op het veld en dan kiezen voor Rename. Als u het categorie Label niet zichtbaar wilt hebben, kunt u onder het verfkwast de categorielabel uitschakelen.

7.3.2 Multi-row Card

Wilt u meerdere velden als getallen tonen, dan moet u de multi-row card visual selecteren. Vervolgens kunt u meerdere velden toevoegen onder Fields. De velden worden in de visual onder of naast elkaar getoond, afhankelijk van de breedte en hoogte van de visual.

7.3.3 KPI Visual

De KPI visual lijkt erg op de card visual. Net als de card visual kunt bij de KPI visual één getal groot weergeven en heeft u de mogelijkheid om een vergelijking te maken met een doelstelling.

Een voordeel van deze visual is dat u in een Measure zelf het verschil niet hoeft uit te rekenen. De voorwaardelijke opmaak wordt ook automatisch toegepast.