U bent hier

5.3 Subsidies en regelingen

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier FA Rendement
Publicatiedatum: juni 2019

Als u de bedrijfsvoering wilt verduurzamen, kunt u een beroep doen op verschillende regelingen. Maar dan moet u wel weten dat ze bestaan. De subsidiewijzer van RVO is een goed startpunt. Hier vindt u allerlei subsidies en regelingen op het gebied van duurzaamheid en (aspecten van) MVO. Als u hiervoor in aanmerking komt, kunt u een aanvraag indienen bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).

RVO voert deze subsidies en regelingen uit in opdracht van diverse ministeries en de EU. Op het Ondernemersplein vindt u subsidies die door de provincies worden verstrekt.

5.3.1 Groenfonds

belasting­voordeel

Het groenfonds is een van de regelingen waar u een beroep op kunt doen. Diverse banken hebben zo’n groenfonds. Spaarders en beleggers leggen geld in bij dit fonds en profiteren daarmee van een belastingvoordeel. Vanuit dit fonds kunt u een lening krijgen als u financiering nodig heeft voor een project met een positief effect op het milieu en de natuur.

Groenverklaring

investeren

Voorbeelden hiervan zijn natuurontwikkelingsprojecten of een biologisch landbouwbedrijf dat wil investeren in een duurzame melkveestal. Voorwaarde is dat uw onderneming in het bezit is van een groenverklaring. Deze vraagt u aan bij RVO en geldt voor projecten met een link met de natuur, biologische landbouw en duurzame grondstoffen.

5.3.2 WBSO

korting

De Wet Bevordering Speur- en Ontwikkelingswerk (WBSO) is een fiscale stimuleringsregeling die een deel van de loonkosten voor (duurzame) research en development-projecten compenseert. De WBSO zorgt ervoor dat uw onderneming korting kan krijgen op de af te dragen loonbelasting/premie volksverzekeringen en eindheffing over het loon van de werknemers die zich met onderzoek en ontwikkeling bezighouden.

5.3.3 Dutch Good Growth Fund

mkb

Het Dutch Good Growth Fund is bedoeld voor ondernemers (mkb) die willen investeren in opkomende markten en ontwikkelingslanden. U kunt aanspraak maken op leningen, garanties en exportfinanciering.

Naast nationale regelingen en subsidies, bestaan er ook Europese initiatieven die interessant kunnen zijn voor uw onderneming. Kijk daarvoor op de website van de RVO.

5.3.4 SDE+

budget

Heeft u plannen om binnenkort te investeren in zonnepanelen, windmolens of andere duurzame energiebronnen, dan kunt u gebruikmaken van de regeling Stimulering Duurzame Energie (SDE+). Voor het voorjaar van 2019 en waarschijnlijk ook het najaar van 2019 is het budget voor de SDE+ € 5 miljard. U kunt op twee momenten in het jaar uw subsidieaanvraag indienen via het online loket van RVO.nl.

Drie fases

kilowattuur

Elke ronde heeft drie fases om een aanvraag in te dienen. In de eerste week is de regeling open voor projecten met een kostprijs per opgewekte kilowattuur (kWh) van maximaal € 0,09. In de tweede en de derde week volgen duurdere projecten tot € 0,11 en € 0,13 per kWh. Tijdens de openstelling van de SDE+ kunt u ook subsidie aanvragen in de zogeheten vrije categorie, voor technieken die minder kosten dan het maximumbedrag dat geldt voor die fase. Zo maakt u meer kans op subsidie.

Vanaf 2020 wordt de SDE+ verbreed naar technieken die de CO2-uitstoot verminderen. De regeling heet dan SDE++.

5.3.5 EIA

winst

investeringskosten

Als uw onderneming in energiebesparende bedrijfsmiddelen of duurzame energie wil gaan investeren, dan kunt u recht hebben op de energie-investeringsaftrek (EIA). Daarmee kunt u 45% van de investeringskosten van energiebesparende bedrijfsmiddelen aftrekken van de fiscale winst, boven op de gebruikelijke afschrijving. De EIA verlaagt dus de belastbare winst, waardoor uw onderneming uiteindelijk minder vennootschapsbelasting betaalt.

Toepassing van de EIA is alleen mogelijk als uw bedrijfsmiddel op de Energielijst staat. De Energielijst 2019 kunt u raadplegen via de website rvo.nl/eia.

5.3.6 MIA

Bij investeringen in milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen is er de milieu-investeringsaftrek (MIA). Met deze fiscale regeling profiteert u van een investeringsaftrek die kan oplopen tot 36% van het investeringsbedrag (van minimaal € 2.500).

Milieueffecten

bedrijfsmiddel

Het percentage dat u mag toepassen is afhankelijk van de milieueffecten en de gangbaarheid van het bedrijfsmiddel. Hiervoor gelden drie milieucategorieën met drie verschillende aftrekpercentages: 36%, 27% en 13,5%. De grondslag voor de MIA kunt u verhogen met de kosten van het in gebruik nemen van bedrijfsmiddelen, ook bijvoorbeeld advieskosten. Waar de EIA de Energielijst heeft, geldt de MIA alleen voor investeringen in bedrijfsmiddelen die op de ‘Milieulijst’ staan.

Wilt u uw product op de Milieulijst of Energielijst voor 2020 laten plaatsen, dan heeft u tot 1 september 2019 om een voorstel in te dienen bij RVO.nl.

5.3.7 Vamil

combinatie

Met de regeling voor willekeurige afschrijving op milieu-investeringen (afgekort ‘Vamil’, want de regeling heette vroeger ‘vervroegde afschrijving milieu-investeringen’) mag u 75% van de investeringskosten op een door uzelf te bepalen tijdstip afschrijven. Ook hier geldt dat het bedrijfsmiddel op de Milieulijst moet staan. U kunt de Vamil-regeling overigens naast de EIA toepassen. De combinatie EIA en MIA is niet toegestaan.