4.2 Opleidingen en studies
inkomen
toekomstig beroep
Ook vergoedingen rond opleidingen en studies die werknemers volgen om zich persoonlijk te ontwikkelen om zo (meer) inkomen uit werk en woning te kunnen verwerven, zijn onbelast. U moet de vergoeding hiervoor wel als eindheffingsloon aanwijzen, maar door de vrijstelling neemt dit geen vrije ruimte in beslag. Verder geldt als voorwaarde dat de scholing is gericht op het vervullen van een toekomstig beroep en de kosten niet al door een ander worden vergoed. Ook moet u de vergoeding hebben toegezegd voor het einde van het jaar waarin de werknemer de scholingskosten maakt. De vrijstelling is sinds 2021 ook toepasbaar voor vergoedingen en verstrekkingen aan ex-werknemers.
Het maakt niet uit of de werknemer de vergoeding voor scholingskosten mogelijk in de toekomst (deels) moet terugbetalen, bijvoorbeeld bij het niet afronden van een opleiding. Ook dan is de vergoeding gericht vrijgesteld.
Voorbeeld
procedure EVC
Bij deze gerichte vrijstelling voor opleidingen en studies moet u bijvoorbeeld denken aan de kosten van lesgelden, studieboeken en andere leermiddelen die bij de scholing gebruikt kunnen worden. Ook de kosten van een procedure Erkenning verworven competenties (EVC) vallen onder deze gerichte vrijstelling.
Belast
studeerruimte
Gratificaties of premies die u werknemers geeft voor afronding van de opleiding of studie vallen niet onder de gerichte vrijstelling, ook niet als de hoogte ervan is afgestemd op de hoogte van de studiekosten. Ditzelfde geldt voor de vergoeding voor een studeerruimte of de inrichting ervan (tenzij het om arbovoorzieningen gaat, zie hoofdstuk 8). Deze zaken vormen dus belast loon. Desgewenst kunt u (de vergoeding voor) deze zaken via gebruik van de vrije ruimte in onbelast loon voor de werknemer omzetten (op voorwaarde dat dit niet ongebruikelijk is).