6.2 Goederen exporteren buiten de EU
uitvoer
producteisen
schade
transport
Brengt u goederen in het vrije verkeer van de EU buiten de EU, dan is er sprake van uitvoer. Net als bij invoer van goederen moet u ook bij uitvoer rekening houden met:
- de wetten en regels van het bestemmingsland (zie paragraaf 2.2);
- producteisen en productaansprakelijkheid (zie paragraaf 3.2 en 5.1);
- afspraken over het transport, de betalingsvorm, wie is verantwoordelijk voor eventuele schade en wie sluit welke verzekeringen? Met de ICC Incoterms® kunt u duidelijke afspraken maken over deze zaken (zie paragraaf 3.2);
- oorsprongsdocumenten, zoals transportdocumenten, douanedocumenten, export- en oorsprongsdocumenten (zie paragraaf 5.2.3). Welke documenten u nodig heeft hangt af van het product, het land van bestemming en het gekozen transportmiddel.
Bij de KvK kunt u diverse exportdocumenten aanvragen, zoals het Certificaat van Oorsprong, EUR.1 / EUR-MED en het ATA-carnet om bij tijdelijke uitvoer (van bijvoorbeeld gereedschappen voor het verrichten van onderhoud en reparatie) administratieve rompslomp te beperken.
Verklaringen
factuur- verklaring
leveranciersverklaring
Om de oorsprong van bepaalde producten aan te tonen moet u soms zelf een aantal verklaringen opstellen en verstrekken. Enkele voorbeelden zijn:
- de factuurverklaring: een oorsprongsverklaring als alternatief voor een EUR.1- of EUR-MED-certificaat;
- een leveranciersverklaring 2015/2447: een leveranciersverklaring preferentiële oorsprong (2015/2447) die u kunt gebruiken als bewijsstuk voor een EUR.1-certificaat;
- een leveranciersverklaring voor goederen van niet-preferentiële oorsprong.
6.2.1 Uitvoeraangifte
registratie
controle
Voor goederen die de EU verlaten moet u een uitvoeraangifte doen bij de douane. Uitvoer van goederen aangeven doet u met het aangiftesysteem AGS van de douane. Daarvoor heeft u een geschikt softwarepakket, een abonnement op een netwerkdienst (afhankelijk van het type softwarepakket) en een Registratie elektronisch berichtenverkeer van de douane nodig. De kosten van digitaal aangeven zijn afhankelijk van uw softwarepakket, het soort aangifte en hoeveel aangiften u doet. Pas als de douane de aangifte heeft gecontroleerd en goedgekeurd, mag u de goederen uitvoeren.
Wilt u vereenvoudigd uitvoeraangifte doen door inschrijving in de administratie van de aangever (bijvoorbeeld een douane-expediteur), dan heeft u een vergunning nodig. Kijk op de site van de douane voor de voorwaarden.
6.2.2 BTW bij uitvoer
administratie
factuur
Naast de uitvoeraangifte moet u ook BTW-aangifte doen voor goederen die de EU verlaten. U brengt uw afnemer 0% BTW in rekening als u kunt aantonen dat u de goederen daadwerkelijk uitvoert. Dit doet u met behulp van uw administratie. Bewaar in ieder geval de volgende documenten:
- kopie van de vrachtbrief;
- factuur van de vervoerder;
- invoerbewijs van het land van bestemming;
- correspondentie met uw buitenlandse klant;
- bewijs van de transportverzekering (zie hoofdstuk 8);
- alle documenten die u van de douane ontvangt op de plaats waar de goederen de EU verlaten;
- eventueel een kopiefactuur die voor export is getekend door de douane (uitvoeraangifte).
Als u niet kunt aantonen dat u het 0%-tarief mag toepassen, moet u uw afnemer Nederlandse BTW in rekening brengen.
BTW-aangifte
nultarief
voorbelasting
Leveringen aan afnemers buiten de EU waarbij u het nultarief heeft toegepast, vult u in bij rubriek 3a ‘Prestaties naar/in het buitenland’ in uw BTW-aangifte. De levering vult u in over het tijdvak waarin de datum van de factuur valt, ook als u vooruit heeft gefactureerd. De BTW die u bij de aankoop van de goederen (en diensten) heeft betaald, kunt u als voorbelasting aftrekken bij rubriek 5b, voor zover u de goederen (en diensten) gebruikt voor belaste omzet.