5.3 Maatregelen bedenken

advies

PSA is een veelkoppig monster. Maatregelen tegen PSA in het plan van aanpak zullen per aandachtspunt en per situatie verschillen. Bij PSA zijn concrete maatregelen soms ook moeilijk te geven. Denk bij advisering daarom meer aan de proceskant. Geef dan bij voorkeur advies over de vervolgacties.

Gesprek

knelpunten

Bij het bedenken van oplossingen is het bovendien handig om medewerkers erbij te betrekken. U kunt hen in een (groeps)gesprek van 45 minuten de knelpunten laten inventariseren en daarna 15 minuten laten nadenken over wat zij zouden aanpakken als ze zelf de manager waren. Ook zijn in veel arbocatalogi oplossingen opgenomen voor PSA.

Leidinggevende

vertrouwenspersoon

Ontwikkelen werknemers klachten door PSA, dan kunnen zij dit aankaarten bij hun leidinggevende. Soms is die echter juist de bron van het probleem. In dat geval moet een werknemer kunnen aankloppen bij een vertrouwenspersoon voor hulp.

Maatregelen ongewenst gedrag

videobewaking

Er zijn een aantal maatregelen die u kunt nemen om vormen van ongewenst gedrag aan te pakken binnen de organisatie, bijvoorbeeld:

• een klachtenregeling opstellen;
• een gedragscode opstellen;
• een vertrouwenspersoon aanwijzen;
• videobewaking instellen;
• iets doen aan eenzame en geïsoleerde (werk)plekken;
• voorlichting geven in werkoverleg;
• het vier-ogen-principe: vaker in teams werken zodat er controle is op elkaar om problemen te voorkomen;
• de daders aanspreken.

Gedragscode

scheld­woorden

Door middel van gedragsregels of een gedragscode laat u werknemers weten welk gedrag uw organisatie niet accepteert. Een gedragscode beschrijft expliciet aan welke normen of regels degenen die onder de code vallen, zich moeten houden. U kunt dat concreet maken, bijvoorbeeld door op te nemen dat scheldwoorden, racistische opmerkingen en denigrerende grappen niet door de beugel kunnen. Zo kunt u snel vaststellen wanneer werknemers de grens overtreden bij PSA. De ondernemingsraad kan u ook adviseren.

Maatregelen tegen werkdruk

aanpak

taak­omschrijving

pauzeren

Om de werkdruk onder werknemers te verminderen, is weer een andere aanpak nodig. Tijdens uw arborondgang overlegt u met leidinggevenden over de volgende vragen:

• Wordt de werkdruk regelmatig besproken? Kunnen medewerkers hun werk nog wel aan?
• Zijn er duidelijke taakomschrijvingen? Werknemers weten dan beter wat er van hen verwacht wordt.
• Is er voldoende ruimte voor werknemers om hun eigen werkzaamheden te regelen?
• Krijgen medewerkers de mogelijkheid om cursussen of trainingen te volgen? Bijvoorbeeld in timemanagement en assertiviteit.
• Wordt erop gelet dat medewerkers voldoende kunnen pauzeren en dat ze hun vakantiedagen opnemen om hun rust te pakken?
• Wordt een periode van drukte gecompenseerd met een rustigere periode die daarop volgt?