6.2 Soorten leden
In verenigingsstatuten staat vaak de mogelijkheid van een erelidmaatschap vermeld. Aan ereleden kent de vereniging bijzondere rechten toe, bijvoorbeeld vrijwaring van betaling van contributie. Er is dan dus een duidelijk onderscheid met een ‘gewoon lid’. Ook deze gewone leden kunnen worden opgedeeld. Denk aan:
- jeugdlid;
- seniorlid;
- studentlid;
- niet-praktiserend lid;
- buitengewoon lid;
- zakelijk lid.
diversiteit
breed publiek
De lijst met soorten leden kunt u aanvullen naar eigen wens. Belangrijk om precies te weten is wat u met de diversiteit van het ledenbestand wilt bereiken. Vloeit het logischerwijze voort uit de aard van de vereniging (denk aan jeugd- en seniorleden bij sportverenigingen)? Of wilt u bijvoorbeeld met verschillende soorten contributies de inschrijving aantrekkelijk maken voor een zo’n breed mogelijk publiek?
Rechten en plichten
Nadenken over soorten leden betekent ook nadenken over rechten en plichten en hoe die zijn verdeeld. Heeft een studentlid dat bijvoorbeeld een lagere contributie betaalt ook andere rechten dan andere leden? En heeft een jeugdlid wel of geen stemrecht (zie ook 6.5)?
Noteer in de statuten het onderscheid tussen de leden. Leg in het huishoudelijk reglement vast wat de rechten en plichten zijn van de verschillende soorten leden. Als er geen verschil is, geef dat dan ook aan.