5.1 Preventie

brandpreventie

De preventiemedewerker zorgt ervoor dat de brandveiligheid en blusvoorzieningen in uw organisatie in orde zijn. Ook ziet hij erop toe dat voorschriften voor brandpreventie en -bestrijding goed worden nageleefd. De bhv’ers kunnen daarbij helpen, juist op het gebied van brandveiligheid. In veel organisaties en instellingen ligt de controlerende taak namelijk bij de hoofd bhv’er. Bovendien moeten de bhv’ers direct inspringen als er daadwerkelijk brand uitbreekt. Het is dus zaak dat de bhv-organisatie helemaal in orde is.

5.1.1 Eisen aan brandveiligheid

Bouwbesluit

Prioriteit is het voorkomen van brand. Zo moet de bouw van het bedrijfspand aan het Bouwbesluit voldoen. Dat is een wet met de technische voorschriften waar een gebouw aan moet voldoen, inclusief allerlei brandwerende maatregelen. Extra brandveiligheidseisen voor nieuwbouw of verbouwingen zijn te vinden in de gemeentelijke bouwverordening. Brandveiligheidseisen voor het gebruik van een gebouw staan weer in de gemeentelijke brandveiligheidsverordening.

Verzekeraars

vergoeden

Een goede start van uw brandpreventiebeleid is stipte naleving van deze verordeningen. Dit is ook van belang als er onverhoopt toch brand ontstaat: verzekeraars kunnen weigeren de ontstane schade te vergoeden als uw organisatie de voorschriften heeft genegeerd. Ziet uw werkgever verbetermogelijkheden die verder gaan dan de verordeningen voor brandveiligheid, dan moet hij die niet laten liggen! Sommige verzekeraars stellen namelijk strengere eisen.

5.1.2 Brandwerend materiaal

veel hout

Hoe meer beton en steen er in een pand is gebruikt, hoe veiliger het is. Nieuwbouwpanden zijn daardoor vaak goed beveiligd tegen brandgevaar. In wat oudere gebouwen is echter vaak veel hout verwerkt, vooral in vloeren, plafonds, deuren en de dakconstructie. Ook de inrichting kan bijdragen aan de brand(on)veiligheid. De preventiemedewerker kan met de juiste maatregelen de veiligheid toch flink vergroten.

Brandwerende platen

brandwerendheid

Op vloeren en plafonds kan uw werkgever brandwerende platen laten monteren. Hij kan plafonds ook voorzien van steengaas. Hiermee kan in beide gevallen een waarde van 120 minuten brandwerendheid worden bereikt. Ook deuren en dakconstructies kan hij van brandwerende platen voorzien of laten beschilderen met een brandwerende verf.

5.1.3 Ramen en deuren

snelle 
verspreiding

Ramen en deuren die niet of niet goed sluiten, kunnen een groot gevaar opleveren voor de brandveiligheid van een zelfsluitend gebouw. Door de zuurstoftoevoer kan dit kan namelijk zorgen voor een snelle verspreiding van vuur, rook en brandgassen. Zorg daarom dat ze zo brandwerend mogelijk worden gemaakt en goed afsluitbaar zijn (liefst zelfsluitend in geval van brandalarm). Mogelijke maatregelen voor de ramen en deuren in uw organisatie zijn:

• ramen laten voorzien van speciaal brandwerend veiligheidsglas;
• deuren laten voorzien van brandwerende beplating;
• het hang- en sluitwerk brandwerend laten maken, bijvoorbeeld door het gebruik van bij verhitting opschuimend materiaal. Dit verkleint ook het risico op de verspreiding van brandgassen en rook.

5.1.4 Ventilatiekanalen

liftschachten

kleppen

Vuur, brandgassen en rook kunnen zich razendsnel verspreiden door liftschachten en lucht- en ventilatiekanalen. Liftkooien moeten daarom uit onbrandbaar materiaal bestaan en goed worden ontlucht. Het is verstandig om ventilatiekanalen te laten voorzien van kleppen die bij brand de luchtstroming volledig stoppen. Ook kan uw werkgever de wanden met brandwerend materiaal laten bekleden.

5.1.5 Vluchtwegen

sleutel

verlichting

Als er toch brand uitbreekt, kunnen veilige en goed toegankelijke vluchtwegen levens redden. Het is van groot belang dat het vuur de vluchtwegen niet snel kan bereiken. Tegelijkertijd moeten werknemers ze juist wél direct kunnen bereiken. Uw werkgever en de arboprofessionals letten op de volgende extra aandachtspunten voor het gebouw:

• Vloeren, plafonds en wanden van de vluchtwegen moeten zijn voorzien van brandwerende materialen.
• Vluchtdeuren moeten altijd opendraaien in de vluchtrichting en zonder losse sleutels of andere hulpmiddelen te openen zijn. Hetzelfde geldt voor deuren die als brandvertragers werken.
• Ramen die als vluchtweg dienen, moeten eenvoudig in te slaan zijn; gebruik hier dus geen veiligheidsglas.
• Vluchtwegen moeten een (nood)verlichting hebben die onafhankelijk werkt van de overige verlichting van het gebouw en een eigen stroomvoorziening heeft.