U bent hier

1.2 Werknemers met een arbeidsbeperking

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Salaris Rendement
Publicatiedatum: februari 2020

meedraaien

De groep werknemers die een extra steuntje in de rug nog het beste kan gebruiken, bestaat uit werknemers met een arbeidsbeperking. De overheid wil ook hen graag volwaardig in de maatschappij laten meedraaien en werk is daar een belangrijk onderdeel van. Het gaat hierbij niet alleen om tegemoetkomingen in de kosten, maar ook om hulp tijdens het werk of garanties bij ziekte.

1.2.1 Arbeidsbeperking en Participatiewet

no-riskpolis

minimumloon

In de maatregelen van de Participatiewet staat de arbeidsbeperkte werknemer centraal. Dat uit zich bijvoorbeeld in de no-riskpolis. De no-riskpolis neemt de doorbetaling van het loon bij ziekte over als werknemers met een beperking ziek worden. Dit moet u stimuleren deze groep (toch) in dienst te nemen. U leest alles hierover in paragraaf 2.1.

No-riskpolis (looncompensatie bij ziekte)

  • Naam No-riskpolis
    Doelgroep werknemers met een beperking binnen de doelgroep van de Participatiewet
    Betreft ziek worden van deze doelgroep én de gedifferentieerde premie Werkhervattingskas
    Wie betaalt/vergoedt UWV. 100% in eerste ziektejaar, 70% in tweede ziektejaar. Is de uitkering in het eerste jaar lager dan het wettelijk minimumloon, dan moet de werkgever deze uitkering aanvullen
    Periode in principe vijf jaar, verlenging onder voorwaarden mogelijk.

Proefplaatsing

jobcoach

Verder beperkt de Participatiewet het risico van een financiële kater voor werkgevers door het mogelijk maken van een proefplaatsing. U kunt hierdoor maximaal twee maanden uittesten of een werknemer bevalt, terwijl u daarvoor geen salaris hoeft te betalen. De werknemer krijgt in deze periode namelijk nog een uitkering. Ook een kosteloze jobcoach die de werknemer met een arbeidsbeperking (tijdelijk) begeleidt op zijn werk kan onzekerheid wegnemen (zie paragraaf 2,3).

1.2.2 Arbeidsvermogen

U bent als werkgever verplicht om werknemers minimaal het wettelijk minimumloon te betalen. Arbeidsbeperkten met een beperkt arbeidsvermogen en daardoor een lagere productiviteit hebben daar in principe ook recht op. Ook hier komt de overheid u tegemoet.

Loonkostensubsidie

loonwaarde

Na het bepalen van de loonwaarde van een arbeidsbeperkte werknemer kunt u voor het verschil tussen deze loonwaarde en het wettelijk minimumloon bij de gemeente aankloppen. U ontvangt dan compensatie in de vorm van loonkostensubsidie (zie paragraaf 2.4). De loonkostensubsidie is maximaal 70% van het wettelijk minimumloon en er komt nog 23,5% bovenop als vergoeding voor de werkgeverslasten.

Loonkostensubsidie

  • Naam Loonkostensubsidie.
    Doelgroep werknemers met een arbeidsbeperking binnen de doelgroep van de Participatiewet.
    Betreft aanvullen van verschil tussen loonwaarde en wettelijk minimumloon.
    Wie betaalt/vergoedt de gemeente. De eerste zes maanden een forfaitaire 50% van het minimumloon, daarna volgt onderzoek en wordt de ‘werkelijke’ loonwaarde bepaald, waarna de gemeente het verschil tot het minimumloon aanvult.
    Periode in principe onbeperkt, in ieder geval zolang de loonwaarde op minder dan 100% is gesteld.

Toekomstplannen

Het kabinet heeft een breed offensief gelanceerd om mensen met een beperking aan het werk te helpen. Om die reden worden de Participatiewet en Ziektewet gewijzigd. Door het wetsvoorstel dat in juni 2019 ter consultatie is aangeboden zou het in de toekomst gemakkelijker moeten zijn om loonkostensubsidie, de no-riskpolis en ondersteunende maatregelen in te zetten.

combinatie

gemeente

Het wetsvoorstel wijzigt onder meer de combinatie van no-riskpolis en loonkostensubsidie en verduidelijkt het aanvragen van ondersteuning op maat of een jobcoach. Het omschrijft ook wat de gemeente met zo’n aanvraag moet doen. Ook wordt bevorderd dat werken loont voor mensen die in deeltijd met behulp van loonkostensubsidie werken.

1.2.3 Loonkostenvoordeel

Wajong

Voor het in dienst nemen van werknemers met een arbeidsbeperking kon u tot 2017 nog een korting op de premies werknemersverzekeringen krijgen van maximaal € 7.000. Voor werknemers met een Wajong en met loondispensatie had u recht op € 3.500. Vanaf 2018 kwam het loonkostenvoordeel voor nieuw in dienst tredende arbeidsgehandicapte werknemers in beeld. Dit is een tegemoetkoming per verloond uur. In 2020 is dat € 3,05. Het maximale voordeel voor werkgevers bedraagt € 6.000 per jaar.

Op het LKV arbeidsgehandicapte werknemer kunt u ten hoogste drie jaar aanspraak maken. Als u in uw organisatie een arbeidgehandicapte herplaatst, gelden dezelfde voorwaarden voor het LKV, met de beperking dat deze tegemoetkoming slechts één jaar mogelijk is.

1.2.4 Loondispensatie

UWV

Voor de groep Wajongers (jonggehandicapte werknemers) gelden nog eens twee extra maatregelen die het voor u financieel aantrekkelijker maken om hen in dienst te nemen. Dat geldt met name voor de loondispensatie: u betaalt als werkgever tijdelijk minder loon aan een werknemer omdat hij minder aankan dan de andere werknemers. Voorwaarde is dat de werknemer een Wajong-uitkering heeft. De UWV-arbeidsdeskundige beoordeelt of uw organisatie recht heeft op loondispensatie, hoeveel en hoelang. De Wajonger maakt daardoor meer kans op een baan.

Aanvullen

verlenging

UWV vult het loon van de Wajonger aan tot maximaal het bedrag dat hij ontving voordat hij bij u ging werken. De loondispensatie kan een halfjaar tot vijf jaar duren. Verlenging is mogelijk, maar uiteindelijk moet de werknemer hetzelfde gaan verdienen als andere werknemers (zie paragraaf 9.3).

1.2.5 Andere subsidies

extra kosten

Voor een werknemer met een arbeidsbeperking moet u vaak extra kosten maken, bijvoorbeeld om zijn werkplek geschikt te maken. Hiervoor kunt u een beroep doen op een aantal al langer bestaande subsidies. Denk aan werkplekaanpassingen, aangepast vervoer of persoonlijke ondersteuning op de werkplek (zie hoofdstuk 9).

Compensatie transitievergoeding bij ziekte

slapend dienstverband

Als u de dienstbetrekking van een werknemer na twee jaar ziekte en arbeidsongeschiktheid opzegt, heeft de werknemer recht op een transitievergoeding. Vanwege de hoge kosten laten werkgevers regelmatig het dienstverband met de werknemer na twee jaar ziekte toch in stand.

Dit slapend dienstverband is niet meer toegestaan, zo oordeelde de Hoge Raad op 8 november 2019 (ECLI (verkort): 1734). Vanaf 1 april 2020 kunnen werkgevers immers een compensatie bij UWV aanvragen voor de transitievergoeding die zij hebben betaald bij ontslag wegens langdurig ziekteverzuim.