U bent hier

10.4 Betaling

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Salaris Rendement
Publicatiedatum: november 2024

iDeal

Werknemers hebben verschillende mogelijkheden om hun verschuldigde inkomstenbelasting te betalen:

  • met iDeal (niet voor termijnen van een betalingsregeling);
  • via internetbankieren;
  • via automatische incasso (alleen bij voorlopige aanslag);
  • via verrekening (als de Belastingdienst de werknemer nog een bedrag is verschuldigd);
  • met een overschrijvingskaart.

instructies

Op de aanslag of in het ‘Overzicht betalen en ontvangen’ op belastingdienst.nl kan de werknemer de betreffende betaalmogelijkheden en verdere instructies vinden.

Één keer

vóór wanneer

meestal maandelijks

Een voorlopige of definitieve aanslag inkomstenbelasting naar aanleiding van de aangifte moet in één keer worden betaald, of – bij een teruggaaf – krijgt de werknemer in één keer uitgekeerd. In de aanslag staat vóór wanneer de werknemer het verschuldigde bedrag moet hebben betaald en hoe hij kan betalen.

Een voorlopige aanslag IB voor het lopende jaar kan meestal maandelijks worden betaald of worden ontvangen. Op de voorlopige aanslag staat aangegeven hoe de werknemer de te betalen termijnen (maximaal 11) kan berekenen, en hoe hij kan betalen. Het eerste termijnbedrag moet uiterlijk één maand na de datum van de aanslag zijn betaald en het laatste termijnbedrag vóór het einde van het jaar.

Het kan zijn dat de voorlopige aanslag niet meer in minimaal twee maandelijkse termijnen is te voldoen, bijvoorbeeld omdat de aanslag laat in het lopende jaar of erna is opgelegd. De werknemer moet deze dan in één keer betalen, binnen zes weken na de datum van de aanslag.

keuze niet kenbaar maken

De werknemer kan er ook voor kiezen om de voorlopige aanslag in één keer te betalen. In dat geval moet het verschuldigde bedrag uiterlijk één maand na de datum van de aanslag zijn betaald. De werknemer hoeft zijn keuze niet kenbaar te maken aan de Belastingdienst. De fiscus ziet vanzelf aan de betaling van de werknemer waarvoor hij heeft gekozen.

Sinds 1 januari 2024 krijgen werknemers geen betalingskorting meer als zij hun voorlopige aanslag inkomstenbelasting in één keer betalen vóór de uiterste betaaldatum van de eerste termijn.

Te laat

staat bijgeschreven

niet betalen

dwangbevel

Het moment dat het geld op de rekening van de Belastingdienst staat bijgeschreven, geldt als betalingsmoment. Als werknemers hun verschuldigde inkomstenbelasting na de uiterste betaaldatum voldoen, brengt de Belastingdienst sowieso invorderingsrente in rekening. Die rente bedraagt 4% in 2024. Als het bedrag aan invorderingsrente € 23 of minder is, en het de enige of laatste betaling van de betreffende aanslag is, hoeft de werknemer de invorderingsrente niet te betalen. Naast het moeten betalen van invorderingsrente, kan de werknemer die zijn aanslag IB niet betaalt achtereenvolgens te maken krijgen met:

  • een betalingsherinnering (hij heeft nog tien dagen om te betalen, zonder extra kosten);
  • een aanmaning (hij heeft nog twee weken de tijd om te betalen, kosten aanmaning € 9 of € 19);
  • dwangbevel (hij heeft nog twee dagen om te betalen voordat de fiscus beslag legt, kosten dwangbevel minimaal € 49 en maximaal € 14.597).

Bij het niet, te laat of onvolledig betalen van de op aanslag verschuldigde inkomstenbelasting kan de Belastingdienst ook een verzuimboete opleggen. Die boete is gebaseerd op het nog verschuldigde bedrag en kan oplopen tot maximaal € 5.514.

Uitstel

formulier

In de situatie dat de werknemer de aanslag IB niet op tijd kan betalen, kan hij onder voorwaarden uitstel krijgen of een betalingsregeling treffen met de fiscus:

  • vier maanden kort uitstel: aan te vragen via de BelastingTelefoon (0800-0543) of per brief naar Belastingdienst, Postbus 100, 6400 AC Heerlen;
  • maximaal 12 maanden betalingsregeling (of langer bij bijzondere omstandigheden): aan te vragen via de BelastingTelefoon (0800-0543) of met het formulier ‘Verzoek betalingsregeling voor particulieren’, dat is te downloaden van belastingdienst.nl.

Wijs werknemers erop dat de Belastingdienst ook in de situatie van verleend uitstel tot betaling van de inkomstenbelasting wel invorderingsrente in rekening brengt.

kwijtschelding

Afhankelijk van de omstandigheden van de werknemer kan kwijtschelding van een deel van de verschuldigde inkomstenbelasting ook tot de mogelijkheden behoren. Bijvoorbeeld als het inkomen van de werknemer te laag is.

Teruggaaf

binnen één week

Krijgen werknemers geld terug op grond van hun aanslag inkomstenbelasting, dan keert de Belastingdienst dat binnen één week na dagtekening van de aanslag uit. Dit is anders als de werknemer nog een belastingschuld heeft openstaan. Dan verrekent de fiscus dat eerst; de werknemer wordt hierover per brief geïnformeerd. Een eventueel restant krijgt de werknemer dan binnen zes weken na dagtekening van de aanslag uitbetaald.

Als de Belastingdienst een teruggaaf niet binnen de termijn van zes weken uitbetaalt of verrekent met een openstaande belastingaanslag, krijgt de werknemer invorderingsrente vergoed.