7.3 Fiscale eenheid
één aangifte
In een holdingstructuur neemt u meerdere zelfstandige bv’s op. Dit betekent dat u voor al deze bv’s aangiften moet doen. Om dat te voorkomen kunt u in de VPB en BTW onder voorwaarden een fiscale eenheid vormen. De verschillende bv’s zijn daardoor niet langer zelfstandig belastingplichtig, maar vormen fiscaal een eenheid. U dient één aangifte vennootschapsbelasting in voor de gehele fiscale eenheid.
7.3.1 VPB
resultaten
Bij een fiscale eenheid tussen een holding-bv en een of meer werk-bv’s worden de resultaten toegerekend aan de holding-bv. De werk-bv’s zijn daardoor niet langer zelfstandig belastingplichtig.
Een fiscale eenheid heeft als groot voordeel dat de verliezen van een bv verrekenbaar zijn met de winsten van een andere bv binnen de fiscale eenheid.
Voorwaarden
95% van de aandelen
Voor de vorming van de fiscale eenheid moet de holding-bv aan de volgende voorwaarden voldoen:
- minimaal 95% van de aandelen in de dochter bezitten;
- recht hebben op minimaal 95% van de winst en minimaal 95% van het vermogen van de dochter;
- voor minimaal 95% stemrecht in de dochter hebben.
winstbepalingen
Ook moeten moeder en dochter dezelfde boekjaren en winstbepalingen hanteren en feitelijk gevestigd zijn in Nederland (hierop worden twee uitzonderingen gemaakt).
Nadelen van de fiscale eenheid VPB
tariefopstapje
Een van de nadelen van een fiscale eenheid is gelegen in het deels mislopen van het lage belastingtarief. Binnen een fiscale eenheid profiteert u slechts één keer van het lage tarief van 20% in de VPB voor winsten tot en met € 200.000. Bij vier bv’s die geen fiscale eenheid vormen, kan dit tariefopstapje vier keer worden gebruikt, terwijl dit bij een fiscale eenheid maar één keer kan.
Hoofdelijk
Voor de investeringsaftrek moet u ook alle investeringen van de fiscale eenheid optellen. Een ander punt waarmee u rekening moet houden, is dat alle bv’s in de fiscale eenheid hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de te betalen VPB van die fiscale eenheid.
7.3.2 BTW
De fiscale eenheid voor de BTW staat op zichzelf. Zo kan het gebeuren dat ondernemingen bijvoorbeeld voor de VPB wel een fiscale eenheid vormen, maar voor de BTW niet. De omgekeerde situatie is uiteraard ook mogelijk.
Voorwaarden
BTW-ondernemer
verweven
Wilt u voor de BTW een fiscale eenheid vormen, dan moet u aan de volgende voorwaarden voldoen:
- De ondernemingen moeten op zichzelf zijn aan te merken als BTW-ondernemer, aangezien een fiscale eenheid uitsluitend kan bestaan tussen ondernemers.
- De ondernemingen moeten in Nederland gevestigd zijn. Ondernemers die buiten Nederland wonen of gevestigd zijn, kunnen geen deel uitmaken van de fiscale eenheid.
- De ondernemingen moeten in financieel, organisatorisch en economisch opzicht zodanig met elkaar zijn verweven dat ze een eenheid vormen.
Voor het vormen van een fiscale eenheid gelden dus strenge voorwaarden. Op rendement.nl/fiscaaldossier vindt u verschillende tools met meer uitleg over deze voorwaarden voor de VPB en de BTW.
Nadeel
hoofdelijk aansprakelijk
Het grote nadeel van de fiscale eenheid BTW is dat alle ondernemingen binnen die eenheid hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de gezamenlijke BTW-schuld. De inspecteur kan dus elke onderneming van de fiscale eenheid aanspreken voor de totale schuld, ook al is die (gedeeltelijk) ontstaan bij andere ondernemingen.
De hoofdelijke aansprakelijkheid geldt overigens uitsluitend voor belastingschulden die zijn ontstaan in de periode dat de fiscale eenheid heeft bestaan.