U bent hier

6.1 Financiële kengetallen

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier FA Rendement
Publicatiedatum: december 2023

Voor het beoordelen van de financiële situatie kan uw onderneming gebruikmaken van verschillende kengetallen. In dit dossier komen de veelvoorkomende financiële kengetallen aan bod voor:

  • liquiditeit (zie paragraaf 6.1.1);
  • solvabiliteit (zie paragraaf 6.1.2);
  • rentabiliteit (zie paragraaf 6.1.3).

Kengetallen in alle soorten en maten

verschillen

Niet elke onderneming is hetzelfde. De ken- of stuurgetallen kunnen daardoor ook verschillen per onderneming. Dit hoofdstuk is geen limitatieve opsomming van alle mogelijke ken- of stuurgetallen. Kijk dus goed wat de beste kengetallen voor uw onderneming zijn. Daarnaast spreken we in dit hoofdstuk over kengetallen. In de praktijk kunt u ook de volgende termen tegenkomen: ‘indicator’ of ‘key performance indicator’ (KPI). Dit betekent allemaal hetzelfde.

6.1.1 Kengetallen voor liquiditeit

verplichtingen korte termijn

De liquiditeit van een onderneming geeft aan in welke mate zij in staat is om op korte termijn aan haar verplichtingen te voldoen. In gewoon Nederlands: is het mogelijk om met de vlottende activa (zie ook hoofdstuk 4) – die normaal gesproken vrij snel in liquide middelen kunnen worden omgezet – alle kortlopende schulden (looptijd maximaal één jaar) te voldoen? Met de liquiditeit krijgt u inzicht in de financiële gezondheid van de onderneming.

Kengetallen over liquiditeit zijn een momentopname. Voor het overzicht kan het beter zijn om een liquiditeitsbegroting op te stellen, zodat u weet wat de verwachte inkomsten en uitgaven zijn voor de komende periode.

Berekenen

voorraden

groeistrategie

De volgende kengetallen kunt u gebruiken voor het berekenen van de liquiditeit van uw onderneming:

  • current ratio: geeft de verhouding weer tussen de vlottende activa (voorraden, kortlopende vorderingen en liquide middelen) en de kortlopende schulden.
  • quick ratio: is voor een groot deel vergelijkbaar met de current ratio, met als enige verschil dat u bij de berekening van de quick ratio de voorraden buiten beschouwing moet laten. Het bezwaar tegen de current ratio is namelijk dat het vaak niet mogelijk is om voorraden op korte termijn om te zetten in geld.
  • netto werkkapitaal: dit is gelijk aan het vermogen dat – nadat de kortlopende schulden zijn betaald – beschikbaar is om een omzetgroei te kunnen financieren. Als de omzet van uw onderneming groeit, leidt dit bijna altijd tot een stijging van de voorraden én het debiteurensaldo. En dus heeft uw onderneming wat vet op de botten (lees: een positief werkkapitaal) nodig om een groeistrategie te kunnen financieren. Als het netto werkkapitaal momenteel nihil is, en een omzetgroei tot grotere voorraden en een hoger debiteurensaldo leidt, wordt het netto werkkapitaal negatief. En dan is uw onderneming niet meer ‘liquide’.

Op rendement.nl/fadossier vindt u verschillende handige tools voor het berekenen van de kengetallen voor het bepalen van de liquiditeit van uw onderneming.

6.1.2 Kengetallen voor solvabiliteit

verplichtingen lange termijn

Waar de liquiditeit aangeeft in welke mate uw onderneming in staat is om op korte termijn aan haar verplichtingen te voldoen, zegt de solvabiliteit iets over de mate waarin op de lange termijn aan de verplichtingen kan worden voldaan.

Berekenen

risico op ­faillissement

Of dit het geval is, kunt u afmeten aan de verhouding tussen het eigen vermogen (het vermogen dat de aandeelhouders of andere eigenaren hebben ingebracht) en het vreemd vermogen (langlopende en kortlopende schulden). Hierbij geldt dat er voldoende (eigen) vermogen moet zijn om op de lange termijn de schulden van de onderneming voor een substantieel deel te kunnen aflossen. Is dit niet het geval, dan is het risico op een faillissement relatief groot. De solvabiliteit is als volgt te berekenen: (eigen vermogen/totaal vermogen) x 100%. Deze bedragen zijn terug te vinden in de jaarrekening van uw onderneming. De minimumnorm voor de solvabiliteit ligt tussen 25% en 40%.

winstgevendheid

Als de solvabiliteit van uw onderneming onvoldoende is, zijn er grofweg twee mogelijkheden: óf uw directie probeert het eigen vermogen te vergroten (bijvoorbeeld uitgeven van aandelen of de winst in het bedrijf houden) óf zij probeert het vreemd vermogen te verlagen.

6.1.3 Kengetallen voor rentabiliteit

De rentabiliteit zegt iets over de winstgevendheid van uw onderneming. Dit kengetal laat zien wat de verhouding is tussen het geïnvesteerde vermogen en de gemaakte winst. Dit is interessant voor stakeholders van uw onderneminig.

Brutomarge

toch verlies

kengetallen

Hiervoor kunt u ook kijken naar de brutomarge (zie hoofdstuk 3). Met dit kengetal berekent u wat het verschil is tussen de omzet en de kostprijs van de omzet. Maar aangezien het uiteindelijke resultaat ook afhangt van de hoogte van de diverse bedrijfskosten, geeft de brutomarge niet altijd een betrouwbaar beeld van de winstgevendheid. Het is immers mogelijk dat uw onderneming ondanks een vrij positieve brutomarge tóch verlies lijdt, vanwege relatief hoge bedrijfskosten. Bij het berekenen van de rentabiliteit worden deze kosten wél meegenomen, aangezien hierbij wordt gekeken naar de verhouding tussen de nettowinst en het vermogen. Hierbij zijn twee belangrijke kengetallen te onderscheiden:

  • rentabiliteit van het eigen vermogen;
  • rentabiliteit van het totale vermogen.

Op rendement.nl/fadossier is een infographic te vinden met de berekening van de verschillende rentabiliteitsrisico’s. U heeft daardoor een indicatie van de winstgevendheid van uw onderneming.

Signaal

directie

De rentabiliteitscijfers van de afgelopen jaren geven aan hoe uw onderneming in de loop der jaren presteert. Dit is niet alleen belangrijke informatie voor vermogensverschaffers (zoals aandeelhouders), maar zeker ook voor uw directie. Een teruglopende rentabiliteit is namelijk een signaal dat de winstgevendheid langzaam maar zeker afneemt. En dat kan een reden zijn om in te grijpen.