8. Veranderingen voor het pensioen op komst

Dit hoofdstuk is eerder verschenen in Themadossier Arbo Rendement

Publicatiedatum: juli 2021

Het overheidsbeleid is er al geruime tijd op gericht om werkgevers en werknemers te overtuigen van de noodzaak van langer doorwerken. De AOW-leeftijd en de pensioenrichtleeftijd zijn daarom de afgelopen jaren gestegen. In uw organisatie zullen daardoor meer en meer oudere werknemers aan het werk zijn. Het is uw taak ervoor te zorgen dat zij ook aan het werk blíjven. Als u recente én aankomende wetgeving kent, kunt u hiervoor de juiste maatregelen nemen.

Langer doorwerken is tegenwoordig het uitgangspunt. Daarbij speelt pensioen een belangrijke rol. Eerder stoppen met werken is de afgelopen jaren ontmoedigd. Maar het besef dat dit niet voor alle werknemers haalbaar is, begint door te dringen. In het pensioenakkoord van 2019 zijn over verschillende pensioenonderwerpen afspraken gemaakt.

Eén van de onderwerpen is de stijging van de leeftijd waarop werknemers recht krijgen op een AOW-uitkering. Sinds 2020 wordt deze stijging enigszins vertraagd en in 2026 volgen nog meer regels om de ontwikkeling van de AOW-leeftijd af te remmen. Dat is goed nieuws voor werknemers die zulk belastend werk doen, dat ze al vóór de pensioengerechtigde leeftijd dreigen uit te vallen.

8.1 AOW-leeftijd

De wetgever is al jaren druk bezig om de wet- en regelgeving zo aan te passen dat mensen worden gestimuleerd om langer door te werken. Een van de instrumenten daarvoor is de gestage stijging van de AOW-leeftijd. Daarnaast zijn regelingen om voordelig eerder met pensioen te kunnen – zoals de VUT – al heel lang afgeschaft. 8.1.1 Stijging AOW-...

8.2 Het pensioenstelsel

Wanneer werknemers financieel gezien goed met pensioen kunnen, hangt niet alleen af van de AOW-leeftijd. Ook de leeftijd waarop het opgebouwde werkgeverspensioen wordt uitgekeerd, speelt een rol. In principe wordt de pensioenleeftijd vastgelegd in de pensioenregeling zelf. Toch legt ook de wetgever regels op. Op die manier kan de overheid invloed...

8.3 Doorwerken ná de AOW-leeftijd

Werknemers kunnen niet kiezen wanneer ze hun AOW laten ingaan. Dit gebeurt altijd als ze de wettelijk bepaalde AOW-leeftijd bereiken. Als ze eerder met pensioen willen, moeten ze de periode tot de AOW-leeftijd dus zelf zien te overbruggen. Willen ze na de AOW-leeftijd juist blijven doorwerken, dan krijgen ze gewoon hun AOW-uitkering naast hun...

8.4 Pensioenregels op de schop

Omdat het huidige pensioenstelsel onbetaalbaar dreigt te worden en jongeren straks, als er niets gebeurt, achter het net dreigen te vissen, komt er een herziening van het pensioenstelsel. Dat is een van de besluiten uit het pensioenakkoord dat het kabinet in juni 2019 heeft gesloten met de sociale partners. Deze hervorming is uitgewerkt in het...

8.5 Regeling vervroegd uittreden

Het kan voor de werkgever een kostbare zaak zijn om een vergoeding mee te geven aan oudere werknemers als zij vertrekken voor het bereiken van de pensioenleeftijd. Als de Belastingdienst deze vergoeding aanmerkt als een regeling voor vervroegde uittreding (RVU), moet uw werkgever een zogenoemde pseudo-eindheffing van 52% over die vergoeding...

8.6 Subsidie

Via de subsidieregeling Maatwerkregeling duurzame inzetbaarheid en eerder uittreden (MDIEU) kunnen werkgevers uit sectoren met werknemers die zware arbeid verrichten, indirect subsidie ontvangen voor uitgaven aan regelingen voor vervroegde uittreding (RVU’s) en duurzame inzetbaarheid. Voor de regeling, die behoort tot de afspraken van het...

8.7 Overige regelingen

Er zijn nog andere regelingen om de duurzame inzetbaarheid van werknemers te bevorderen. Het stimuleren van opleiding en scholing krijgt hierbij nadruk. De werknemer kan daardoor zorgen dat hij aantrekkelijk blijft voor de arbeidsmarkt. Het doet ook een appel op eigen regie en stimuleert dat werknemers al vroeg gaan nadenken over hun ‘...

U bent hier