U bent hier

4.3 Beroepsziekten

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Arbo Rendement
Publicatiedatum: juli 2021

groepen

De Arbobalans 2020 gaat ook in op de stand van zaken rond beroepsziekten. Om te bepalen welke groepen extra aandacht moeten krijgen in het arbobeleid, kunt u deze cijfers vergelijken met die uit de eigen organisatie. Het risico van een beroepsziekte is relatief groot bij werknemers in de groep 55 tot en met 64 jaar (4,9%). Maar als ook de groepsgrootte wordt meegenomen, is ook de leeftijdscategorie 45 tot en met 54 jaar belangrijk. Van alle werknemers met een beroepsziekte komt ruim een kwart (26%) uit deze leeftijdgroep. Maar ook andere factoren spelen een rol, zoals het type arbeidscontract, de omvang ervan, het soort werkzaamheden dat iemand verricht en de opleiding.

Bij de kans op een beroepsziekte speelt ook opleidingsniveau een rol. Zo doen laagopgeleiden relatief vaak zwaar werk of werk waarin sprake is van slechte arbeidsomstandigheden.

sectoren

stoffen

Daarnaast zijn er ook verschillen te zien tussen sectoren. Het grootste aandeel werknemers met een beroepsziekte is werkzaam in de gezondheidszorg (22%), de industrie (15%) en de zakelijke dienstverlening (14%). Dat is niet zo vreemd, aangezien in deze sectoren ook de meeste mensen werken. Van alle door bedrijfsartsen in 2019 gemelde beroepsziekten komen psychische beroepsziekten het meest voor (5.700 werknemers), daarna beroepsziekten van het bewegingsapparaat (2.260 werknemers), gevolgd door stoffengerelateerde beroepsziekten (700 werknemers). De aantallen liggen waarschijnlijk nog hoger doordat niet alle werknemers met klachten bij de bedrijfsarts komen, maar bijvoorbeeld bij de huisarts, en niet alle gezondheidsklachten als beroepsziekten onderkend zullen worden.