3.1 De statuten van een vereniging
meerzijdig
Het gaat bij een vereniging om een rechtspersoon met leden. De organisatie moet een bepaald doel nastreven dat is opgenomen in de statuten. Een vereniging moet volgens de wet (artikel 26 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek) opgericht worden door een zogenoemde meerzijdige rechtshandeling. Dit betekent dat er minimaal twee of meerdere personen bij de oprichting van een vereniging zijn betrokken.
Het begrip personen is een breed begrip. Dit kunnen zowel natuurlijke personen (mensen) zijn als rechtspersonen (vennootschap, stichting, andere vereniging).
3.1.1 De eisen aan de statuten
De organisatie van de vereniging en de regels die gelden voor het bestuur en de leden van de vereniging moet u vastleggen in de statuten.
Grondregels
grondregels
De statuten hebben een heel belangrijke rol: ze vormen de grondregels van de vereniging. Wanneer deze statuten worden opgenomen in een notariële akte, stelt de wet een aantal eisen aan deze statuten.
3.1.2 De naam van de vereniging
onderscheidend
Allereerst moet een vereniging natuurlijk een naam hebben. Het is belangrijk dat deze voldoende onderscheidend is van de namen van andere verenigingen. Wanneer een nieuwe Rotterdamse voetbalvereniging bijvoorbeeld ‘Voetbalvereniging Rotterdam’ wordt genoemd, is de kans groot dat een bestaande ‘Voetbalvereniging Rotterdam’ in protest komt. Deze bestaande vereniging kan een verzoek bij de rechtbank indienen om het gebruik van de naam te verbieden.
Om dit te voorkomen kunt u de notaris vragen om vooraf een handelsnaamonderzoek uit te voeren. Hij checkt dan in het Handelsregister of de naam al bestaat of dat die te veel lijkt op de naam van een al bestaande vereniging.
3.1.3 Zetel
statutaire vestigingsplaats
Naast de naam moet u ook in de statuten opnemen waar de vereniging haar zetel heeft, dus in welke gemeente in Nederland de statutaire vestigingsplaats is. De vereniging schrijft u in bij de KvK waar de statutaire vestigingsplaats onder valt.
Woonplaats
In de wet staat dat de statutaire zetel de plaats (gemeente in Nederland) is waar de vereniging haar woonplaats heeft. Natuurlijk kan uw vereniging een statutaire zetel hebben in Rotterdam en een vestiging in Den Haag. Den Haag is dan de feitelijke woonplaats van uw vereniging. Volgens de wet zijn in zo’n geval zowel Rotterdam als Den Haag woonplaatsen van uw vereniging.
3.1.4 Doelomschrijving
activiteiten
winst
openbare orde
leden
Een vereniging moet een doel hebben. Daarom moet u ook het doel van de vereniging in de statuten opnemen. De activiteiten waarmee de vereniging haar doel probeert te bereiken, vermeldt u ook in de doelomschrijving. Voor het doel van de vereniging gelden geen beperkingen, behalve dat:
- Het doel mag níét zijn het verdelen van winst onder de leden van uw vereniging. Let op, dit betekent niet dat uw vereniging geen winst mag maken. Een vereniging kan namelijk een onderneming drijven – bijvoorbeeld de kantine van een voetbalvereniging – en dus winst maken. Deze winst mag u alleen niet aan de leden van uw vereniging uitkeren.
- Het doel mag níét in strijd zijn met de openbare orde. Dat zal bijvoorbeeld wel het geval zijn als uw vereniging het bevorderen van de illegale wapenhandel in Nederland als doel stelt. Een goede notaris zal in dat geval weigeren uw vereniging op te richten.
- Het doel mag niet dezelfde doelstellingen als een coöperatie of een onderlinge waarborgmaatschappij bevatten.
3.1.5 De leden van een vereniging
Volgens de wet is de vereniging een rechtspersoon met leden. Een vereniging zonder leden kan dus simpelweg niet bestaan.
Persoonlijk
persoonlijk
Daarnaast geeft de wet aan dat het lidmaatschap van een vereniging persoonlijk is. Wanneer een lid van de plaatselijke dartvereniging overlijdt, worden zijn erfgenamen dus niet automatisch lid. In de statuten van uw vereniging kunt u wel laten bepalen dat het lidmaatschap overdraagbaar is.
Het lidmaatschap van een vereniging is eindig
strijd met de wet
Het lidmaatschap van een lid eindigt door:
- de dood van het lid, tenzij de statuten een overgang krachtens erfrecht toelaten;
- opzegging door het lid;
- opzegging door de vereniging;
- ontzetting (geroyeerd).
Andere beëindigingsgronden zijn in strijd met de wet. De statuten kunnen de regels rond de opzegging van het lidmaatschap en de ontzetting van een lid uit het lidmaatschap verder bepalen.
Toelating
bestuur
statuten
Wie beslist er over de toelating van de leden tot de vereniging? Als de statuten van uw vereniging daarover niet anders bepalen, beslist het bestuur wie er wel en niet lid van de vereniging mag worden. De algemene vergadering heeft wel de bevoegdheid om iemand alsnog als lid toe te laten, ook al heeft het bestuur van de vereniging eerst anders beslist.
Verplichtingen
De wet eist dat in de statuten staat welke verplichtingen de leden van uw vereniging ten opzichte van de vereniging hebben en op welke manier de vereniging deze verplichtingen aan de leden kan opleggen. Uw vereniging mag dus alleen haar leden verplichten aan een jaarlijkse sponsoractie mee te doen, als dit ook in de statuten is opgenomen. Staat dit daar niet in, dan is een lid niet verplicht mee te doen.
De statuten kunnen bepalen dat als bepaalde verplichtingen niet in de statuten zijn opgenomen, u deze later door middel van een besluit van de algemene vergadering alsnog kunt opleggen.
Algemene vergadering
verplicht
Is dus het meedoen aan de sponsoractie niet opgenomen in de statuten, maar besluit de algemene vergadering later alsnog dat de leden daaraan mee moeten doen, dan zijn de leden daartoe toch verplicht. Belangrijk is verder dat de verplichtingen die u aan de leden oplegt, niet in strijd mogen zijn met het doel van de vereniging.
3.1.6 Bijeenroepen vergadering
schriftelijk of mondeling
In de statuten moet zijn geregeld hoe de algemene vergadering van uw vereniging bijeen wordt geroepen. Op grond van de wet roept het bestuur de algemene vergadering bijeen. Dit kunt u schriftelijk (per brief of door middel van een advertentie) of mondeling doen. In de statuten is het mogelijk deze bevoegdheid aan anderen te verlenen.
Zorg dat het bijeenroepen van de algemene vergadering goed in uw statuten is opgenomen! Dan kan er ook geen onduidelijkheid bestaan over de vraag of er rechtsgeldig een algemene vergadering bijeen is geroepen en of er rechtsgeldige besluiten zijn genomen.
Verzoeken
een tiende
veertien dagen
De leden van uw vereniging zijn ook bevoegd om schriftelijk te verzoeken om de algemene vergadering bijeen te roepen. Dit mogen zij alleen als het aantal leden dat het verzoek tot bijeenroeping doet, tenminste een tiende van de stemgerechtigde is. In de statuten kunt u overigens een lager percentage opnemen. Binnen vier weken na het schriftelijk verzoek tot bijeenroeping moet uw vereniging de algemene vergadering houden.
Zelf regelen
Heeft u als bestuur veertien dagen na ontvangst van het verzoek de algemene vergadering nog niet bijeengeroepen, dan kunnen de verzoekers dit zelf doen. Overigens kunt u dat laatste in de statuten anders regelen. Als de verzoekers zelf de vergadering bijeenroepen, zijn zij tevens bevoegd anderen dan u als bestuur aan te wijzen om de algemene ledenvergadering te leiden en notulen op te maken.
3.1.7 Benoemen van bestuurders
buiten de vereniging
In de wet is bepaald dat het bestuur van een vereniging uit de leden wordt benoemd. U kunt echter ook in de statuten opnemen dat bestuurders van buiten de vereniging, bestuurders die dus geen lid zijn, benoemd kunnen worden. Het bestuur kan zelfs geheel uit niet-leden bestaan.
Statuten
besluit
minder dan de helft
Tevens staat in de wet dat de algemene vergadering de bestuurders benoemt. Het is dus aan de algemene vergadering om daar in een vergadering een besluit over te nemen. Het is ook mogelijk om in de statuten een andere manier voor de benoeming van het bestuur van uw vereniging op te nemen. Voor een bepaald aantal bestuurders (let op, dit mag slechts minder dan de helft van het aantal bestuurders zijn) mag u in de statuten bepalen dat zij worden benoemd door anderen dan de leden.
U moet wel in het oog houden dat alle leden van de vereniging direct of indirect in staat moeten kunnen zijn aan de stemming deel te nemen.
Bindende voordracht
teniet doen
quorumeis
In de statuten kunt u ook laten opnemen dat bepaalde personen het recht hebben bestuurders te benoemen door het geven van een bindende voordracht in een algemene vergadering. De algemene vergadering kan een bindende voordracht altijd teniet doen door een besluit dat wordt genomen met ten minste twee derde van de uitgebrachte stemmen. U kunt in de statuten voor dat geval bepalen dat er in zo’n algemene vergadering ten minste een bepaald aantal stemmen aanwezig moet zijn (een zogenoemde quorumeis). Het doel van deze quorumeis is om te voorkomen dat de leden op een slecht bezochte vergadering toch fundamentele besluiten kunnen nemen.
Buiten vergadering
voordragen
Voor het geval er sprake is van een benoeming van een bestuurder door de leden buiten een vergadering, kunt u in de statuten laten opnemen dat de leden in dat geval bevoegd zijn om bepaalde kandidaten voor te dragen. Ook aan deze procedure kunt u in de statuten nader vorm geven.
3.1.8 Ontslag van bestuurders
schorsen
Behalve dat de algemene vergadering bestuurders mag benoemen, mogen de leden ook de bestuurders van een vereniging ontslaan. De algemene vergadering kan u als bestuurder ook ontslaan als u voor bepaalde termijn benoemd bent en deze termijn er nog niet geheel opzit. Ook kunnen de leden u op elk moment schorsen. Bent u benoemd door een ander orgaan dan de algemene vergadering, dan kan dat orgaan u te allen tijde ontslaan of schorsen.
3.1.9 Batig saldo
bestemming
In de statuten moet u opnemen wat er met het ‘batig saldo’ (het geldelijk overschot) gebeurt als uw vereniging ophoudt te bestaan. Daarnaast kunt u opnemen op welke wijze uw vereniging de bestemming van het overschot bepaalt. In de wet is bepaald dat het overschot toekomt aan de leden gezamenlijk. U kunt daarover in de statuten bijvoorbeeld opnemen dat de algemene vergadering de doelen voor het overschot bepaalt. Daarnaast kunt u bepalen dat dit doelen moeten zijn die met uw algemene doel overeenkomen.
Zijn er geen leden meer in uw vereniging en zijn de statutaire doelen niet meer te verwezenlijken, dan vervalt het overschot aan de staat.
3.1.10 Reglementen
aanvulling
Naast de statuten kunt u ook nog reglementen opstellen. Dit zijn aanvullingen op de statuten. Denk aan een huishoudelijk reglement of een bestuurdersreglement, waarin u nadere regels opneemt die gaan over de algemene vergadering of over het bestuur.
Deze reglementen vallen niet onder het dwingende recht en zijn daarom vormvrij. De reglementen mogen overigens niet in strijd zijn met de statuten.