2.1 Arbeidsvoorwaarden
vergoeding
De werkgever en werknemer bespreken met elkaar de voorwaarden waaronder de werknemer de arbeid gaat verrichten. Natuurlijk komen hierbij het loon en de uren die de werknemer per week zal werken ter sprake. Naast zulke primaire arbeidsvoorwaarden zijn er ook secundaire en tertiaire arbeidsvoorwaarden. Denk hierbij aan een reiskostenvergoeding (zie hoofdstuk 3), een auto van de zaak (zie hoofdstuk 5) of een fiets van de zaak (zie hoofdstuk 9).
Wat een werkgever kan aanbieden aan een werknemer, hangt af van de financiële mogelijkheden, hoe graag een organisatie de werknemers aan zich wil binden en wat er bepaald is in de wet en de collectieve arbeidsovereenkomst (als de organisatie aan een cao gebonden is).
Flexibiliteit
zelfstandig keuzes maken
Een werkgever kan de keuze ook overlaten aan de werknemer. In plaats van afspraken over het leasebudget of de kilometervergoeding, stelt de organisatie een mobiliteitsbudget beschikbaar waarmee de werknemer zelfstandig keuzes kan maken voor zijn mobiliteit en vervoer. De werknemer kan zelf het gewenste vervoer kiezen en hij kan daarbij ook de kosten ervan laten meewegen. In paragraaf 2.1.1 tot en met 2.1.4 leest u welke trends hierbij een rol spelen.
Met een mobiliteitsbudget wordt goedkoper reizen gestimuleerd, aangezien de werknemer een onbenut deel van het budget aan het einde van het jaar krijgt uitgekeerd. Die uitkering vormt regulier loon voor de werknemer (in paragraaf 2.2 leest u hierover meer).
2.1.1 Flexibel werken
Flexibel werken houdt in dat werknemers zelf een tijdstip en werkplek (waaronder thuis) kiezen om te werken. Hierdoor vervaagt de grens tussen woon- en werklocatie. Is het dan nog nodig en kostenefficiënt om een leaseauto aan te bieden voor zeven dagen per week, terwijl een werknemer er maar drie dagen mee reist voor z’n werk? Een ander aspect is dat de relatie werkgever-werknemer steeds flexibeler wordt. Het is niet vanzelfsprekend om een flexkracht een leaseauto te geven, terwijl een mobiliteitsbudget wel per opdracht is toe te kennen.
2.1.2 Verstedelijking
hub-and-spoke
flexplek
Bij veel organisaties staat het thuiswerken nu hoog op de agenda. Er wordt daardoor ook anders gekeken naar waar de werkplek zich bevindt. Jarenlang was het de trend voor organisaties om op centrale plekken in stedelijk gebied gevestigd te zijn. Nu is het ‘hub-and-spoke’-model in trek: verschillende kantoorlocaties buiten stedelijk gebied, maar wel dichter bij de woonplaats van de werknemers. Deze ‘spokes’ kunnen een thuiswerkplek zijn of een flexplek in een verzamelgebouw. De hoofdvestiging (de ‘hub’) is er vooral voor het faciliteren van ruimte voor fysiek contact en samenwerking.
Geen leaseauto
deelauto’s
Door de verstedelijking verplaatsen de files zich steeds meer van de snelwegen naar het stedelijk gebied zelf, oftewel naar de laatste kilometers naar het werk. Parkeren in de binnenstad wordt ook almaar duurder en lastiger. Anderzijds hebben door de verstedelijking steeds meer mensen toegang tot het openbaar vervoer en andere vervoermiddelen, zoals deelauto’s en deelfietsen op korte afstand van hun woonplek. Dit zorgt ervoor dat met name de jongere generatie steeds minder vaak een leaseauto als arbeidsvoorwaarde wil. De roep om alternatieven voor de auto neemt toe. Dit maakt het mobiliteitsbudget een interessant alternatief.
2.1.3 Verantwoordelijkheid
verantwoordelijkheid
administratie
Een trend is ook dat werknemers, vooral hoogopgeleiden, meer vrijheid en zelfstandigheid willen. Organisaties willen ook meer verantwoordelijkheid bij hun werknemers neerleggen, bijvoorbeeld op het gebied van vervoer. Deze organisaties scheppen alleen de kaders: het zakelijk vervoer moet bijvoorbeeld noodzakelijk zijn voor een goede klantrelatie. Hoe de werknemer bij die klant komt, mag hij zelf bepalen. Een mobiliteitsbudget speelt daarop in en laat de keuze aan de werknemer. Daarnaast willen werkgevers zelf ontzorgd worden: ze willen bijvoorbeeld wel deelauto’s, fietsen, mobiliteitskaarten of private lease aan werknemers bieden, maar zien op tegen de administratieve rompslomp die dat met zich meebrengt. Er komen gelukkig steeds meer aanbieders die vervoer regelen voor de werkgever (zie paragraaf 2.3).
2.1.4 Duurzaamheid
woon-werkreizen
sturen
Er ligt steeds meer druk op werkgevers om duurzaam te ondernemen. Mobiliteit is daarin een belangrijk element. Een werkgever doet er goed aan om binnen het mobiliteitsbudget woon-werkreizen en zakelijk reizen verschillend te behandelen. Bij woon-werkreizen moeten modern werkgeverschap en keuzevrijheid de belangrijkste doelstellingen zijn. Vervoerkeuzes voor woon-werkreizen zijn vooral een privézaak. Functioneel zakelijk rijden is een ander verhaal. Dat is bedrijfsgerelateerd en daarin kan een organisatie echt sturen op duurzaam beleid, bijvoorbeeld met financiële prikkels en door bepaald reisgedrag te belonen of ontmoedigen.
Het is voor organisaties steeds belangrijker om duurzaam te ondernemen. Op rendement.nl/salarisdossier staan enkele handige tips voor een duurzame dienstverlening.