3.4 Uitvoeren van dwangbevel
deurwaarder
beslaglegging
Uiteindelijk geeft de ontvanger opdracht aan de deurwaarder om het dwangbevel uit te voeren. De ontvanger zal dan meestal kiezen voor beslaglegging (paragraaf 3.4.1). De tenuitvoerlegging van een dwangbevel is afhankelijk van de manier van betekening.
Per post
hernieuwd bevel
Is de betekening van het dwangbevel per post gebeurd, dan moet de belastingdeurwaarder eerst een hernieuwd bevel tot betaling betekenen. In principe moet u het verschuldigde bedrag dan direct betalen.
twee dagen extra
Bent u niet aanwezig, dan krijgt u een hernieuwd bevel in uw brievenbus. In dat geval heeft u twee dagen extra om te betalen. U heeft daardoor dus vier dagen voor de betaling.
Belastingdeurwaarder
Bij betekening van het dwangbevel door de belastingdeurwaarder krijgt u twee dagen de tijd. Na die twee dagen kan de deurwaarder beslag leggen. U krijgt dan geen hernieuwd bevel tot betaling.
3.4.1 Beslaglegging
roerende zaken
Na betekening van het dwangbevel door de belastingdeurwaarder wordt overgegaan tot beslaglegging op uw bezittingen. Bij een beslag op roerende zaken zal de belastingdeurwaarder op uw woonadres of bedrijfsadres uw bezittingen in beslag nemen. Hij inventariseert eerst uw bezittingen en betekent daarvan een beslagexploot aan u.
U mag de in beslag genomen zaken niet weghalen. Over het algemeen worden de in beslag genomen zaken niet bij de beslaglegging weggevoerd. U mag ze dan nog wel gebruiken tot het moment van een openbare verkoop (zie paragraaf 3.5).
bedrijfspand
Kadaster
De belastingdeurwaarder kan ook beslag leggen op uw woning of bedrijfspand, als dit uw eigendom is. In dat geval zal de belastingdeurwaarder het beslag leggen door inschrijving van dat beslag in het Kadaster. Vervolgens komt de deurwaarder bij u langs om dat beslag aan u te betekenen.
Inkomen
werkgever
Als u inkomen (loon of uitkering) heeft, kan de belastingdeurwaarder ook daarop beslag leggen. In dat geval wordt zo’n beslag gelegd bij uw werkgever of uitkeringsinstantie. Het is mogelijk om beslag te leggen op:
- loon;
- vakantie-uitkering;
- ziekengeld;
- gratificaties en tantièmes;
- pensioen;
- uitkeringen zoals AOW en bijstand;
- alimentatie;
- lijfrentetermijnen van levensverzekeringen.
Beslagvrije voet per 1 juli 2022
berekeningswijze
drie inkomensgroepen
Het is niet toegestaan om beslag te leggen op het gehele inkomen. De deurwaarder moet rekening houden met een beslagvrije voet: het deel dat de werknemer mag houden voor zijn levensonderhoud en vaste lasten. Sinds de inwerkingtreding van de Wet vereenvoudiging beslagvrije voet per 1 januari 2021 geldt er één berekeningswijze van de beslagvrije voet. De hoogte van beslagvrije voet hangt af van de hoogte van het inkomen. Hiervoor gelden drie inkomensgroepen (hoog, midden en laag). De beslagvrije voet wordt voor werknemers met een hoog inkomen vastgesteld op een vast bedrag per leefsituatie. Voor werknemers met een middeninkomen is de beslagvrije voet opgebouwd uit diverse componenten. Deze wordt berekend met een formule die in de wet staat.
Derdenbeslag
debiteuren
Het kan ook zijn dat de ontvanger beslag laat leggen op bezittingen die zich bij derden bevinden, door een derdenbeslag. Derdenbeslag is bijvoorbeeld mogelijk op:
- banktegoeden;
- schade-uitkeringen;
- vorderingen op debiteuren;
- te ontvangen huurpenningen.
verklaring afleggen
afgeven
Bij zo’n derdenbeslag moet die derde een verklaring afleggen over welke bezittingen of geldvorderingen hij van u in bezit heeft. Vervolgens moet diegene deze bezittingen of geldvorderingen afgeven aan de belastingdeurwaarder. Door een derdenbeslag kunt u niet meer vrij beschikken over uw bezittingen bij derden. Zo mag die derde niet meer aan u uitbetalen.
Overheidsvordering
natuurlijk persoon
Als het gaat om tegoeden bij een bank, kan de ontvanger ook een overheidsvordering uitvoeren. Dit kan overigens alleen als er sprake is van belastingaanslagen die op naam van een natuurlijk persoon staan en dus mag dit alleen voor aanslagen of beschikkingen van toeslagen met een openstaand bedrag van maximaal € 1.000.
Per overheidsvordering mag maximaal € 500 worden geïncasseerd en dit mag maximaal twee keer per maand en maximaal voor drie aaneengesloten maanden. Mag u bij uw bank een krediet aanhouden, dan geldt die vordering ook voor uw kredietruimte.
3.4.2 Lijfsdwang
vrijheid
Als laatste redmiddel kan de ontvanger besluiten om de belastingschuldige van zijn vrijheid te beroven (lijfsdwang). Zo wil de fiscus betaling van de belastingschulden afdwingen. Voor dit zware middel is wel een rechterlijk vonnis nodig. In de praktijk past de fiscus deze maatregel zelden toe.
3.4.3 Conservatoir beslag
verzoekschrift
gegronde vrees
Met een verzoekschrift (beslagverlof) aan de rechter kan de ontvanger ook nog besluiten om beslag te leggen, zelfs voordat een aanslag is opgelegd of dwangbevel is uitgevaardigd. In dat geval moet de ontvanger aan de rechter duidelijk maken dat er gegronde vrees bestaat dat de belastingschuldige zijn bezittingen zal weghalen of verkopen.
Kennisgeving
Als er nog geen aanslag is opgelegd, mag de ontvanger alleen een beslagverlof aanvragen als de belasting in redelijkheid materieel verschuldigd mag worden geacht. Met een beslagverlof van de rechter kan de belastingdeurwaarder vervolgens beslag leggen op uw bezittingen. U wordt pas op de hoogte gebracht van dit beslag bij de beslaglegging zelf.
Voorwaarden
vervalt
De rechter zal bij toekenning van een conservatoir beslag als voorwaarde stellen dat de aanslag binnen een bepaalde termijn moet plaatsvinden. Als de aanslag tijdig wordt opgelegd en het dwangbevel is betekend, gaat het conservatoire beslag over in het executoriale beslag. Wordt de aanslag niet tijdig opgelegd, dan vervalt het conservatoire beslag.