7.5 De terbeschikkingstellingsregeling
Bij een overdracht in de familiesfeer of bij een managementbuy-in worden de bedrijfsmiddelen, zoals machines en het bedrijfspand, vaak buiten de verkoop gehouden of wordt door de verkoper een geldlening verstrekt. De verkoper stelt het geld of de vermogensbestanddelen ‘ter beschikking’ aan de bv, in ruil voor een pacht- of huursom of een andere vergoeding. De inkomsten die iemand op deze wijze vergaart, zijn op grond van de terbeschikkingstellingsregeling belast in box 1 als ‘resultaat uit overige werkzaamheden’.
Verbonden persoon
De tbs-regeling geldt als een persoon een vermogensbestanddeel (zoals een bedrijfspand) dat hij in privé bezit, ter beschikking stelt aan zijn eigen bv of aan de bv van een verbonden persoon. Bij verbonden persoon moet u denken aan:
- de echtgenoot of ongehuwde partner (de keuze voor het fiscale partnerschap heeft hier geen invloed op);
- de ouders, als zij vermogensbestanddelen ter beschikking stellen aan de bv van een minderjarig kind;
- minderjarige kinderen, als zij vermogensbestanddelen ter beschikking stellen aan de bv van de ouder(s).
Naast de hierboven vermelde personen is er nog een ruimere kring van voorwaardelijk verbonden personen. Daartoe behoren de overige bloed- en aanverwanten in rechte lijn van de dga of diens partner.
Voor de dga en partner is de tbs-regeling slechts van toepassing als er sprake is van een in het maatschappelijk verkeer ongebruikelijke terbeschikkingstelling.
Goed koopmansgebruik
Het resultaat uit overige werkzaamheid wordt bepaald aan de hand van het winstregime. Dit betekent dat u de winst bepaalt aan de hand van goed koopmansgebruik. Dit houdt in dat u voor de terbeschikkingstelling ieder jaar een balans en een winst-en-verliesrekening moet opmaken. Kosten, bijvoorbeeld rente op de lening waarmee het aan de bv verhuurde pand is gefinancierd of onderhoudskosten zijn aftrekbaar. Voor investeringen, zoals een verbouwing aan het bedrijfspand, gelden de fiscale afschrijvingsregels.
U moet altijd een zakelijke vergoeding in rekening brengen. Doet u dit niet, dan zal de fiscus alsnog een zakelijke vergoeding (zoals huur of rente) tot het resultaat rekenen van box 1. De bv kan vervolgens wel deze zakelijk bepaalde vergoeding geheel in mindering brengen op haar winst.
Waardestijgingen
Naast de huur-, pacht- of rente-inkomsten is ook de waardestijging van het ter beschikking gestelde vermogensbestanddeel belast en wel op het moment dat de regeling ophoudt te werken. Bij de verhuur van een pand kan dat het moment zijn dat de verhuur eindigt, het pand wordt verkocht of doordat de aandelen worden verkocht. Bij één van de genoemde situaties ‘verhuist’ het pand immers van box 1 naar box 3 van de IB. Is er sprake van een waardedaling, dan is er sprake van een aftrekbaar verlies in box 1.