8.2 Financiële zaken

Bij internationaal ondernemen blijft de financiering een heikel punt. Nederlandse banken zijn (nog steeds) terughoudend in hun kredietverstrekkingen. Om de kans op krediet te vergroten, heeft de overheid voor het midden- en kleinbedrijf (mkb) een aantal regelingen in het leven geroepen.

8.2.1 Garantie Ondernemingsfinanciering (GO)

overheids-garantie

Grote en middelgrote ondernemingen met substantiële activiteiten in Nederland kunnen profiteren van de GO-regeling. Met de Garantie Ondernemingsfinanciering (GO) krijgen banken voor de helft overheidsgarantie op middelgrote en grote leningen. Dan gaat het om leningen tot maximaal 
€ 150 miljoen. De maximale garantie is dan € 75 miljoen. De uitvoering van de GO-regeling valt onder de RVO.

8.2.2 Dutch Trade and Investment Fund (DTIF)

ontwikkelingslanden

Sinds 1 oktober 2021 kunnen ondernemingen voor de financiering van hun internationale ambities aankloppen bij Invest International. Invest International is verantwoordelijk voor de uitvoer van de DTIF. Deze regeling richt zich op investeringen, import en export. DTIF biedt leningen, garanties en exportfinanciering aan ondernemingen die zaken willen doen met andere landen, met uitzondering van DGGF-landen. Als u zaken wilt doen met ontwikkelingslanden of opkomende landen, kunt u gebruikmaken van het Dutch Good Growth Fund (DGGF).

8.2.3 Non-bancaire financiering

U kunt daarnaast buiten de traditionele kanalen proberen (een deel van) uw internationale plannen te financieren. Bijvoorbeeld met subsidies (zie daarvoor hoofdstuk 9), maar ook met alternatieve financieringsvormen zoals:

• factoring, waarbij u het beheer van uw volledige debiteurenportefeuille overdraagt aan de factormaatschappij;
• financial en operational leasing;
• crowdfunding.