U bent hier

1.1 Oprichten medezeggenschap

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier OR Rendement
Publicatiedatum: februari 2024

vijftig 
personen

In de Wet op de ondernemingsraden (WOR) is geregeld dat elke organisatie een ondernemingsraad moet instellen als er in de regel minimaal vijftig personen werken. De cao waar uw organisatie onder valt, kan deze instellingsdrempel verlagen. Als er geen instellingsplicht is, kan een bestuurder altijd vrijwillig een ondernemingsraad instellen als hij denkt dat dit een waardevolle toevoeging is aan zijn beleid.

1.1.1 Verplichte OR

uitzendkracht

Als uw organisatie vijftig werknemers of meer heeft, moet de bestuurder regelen dat er een OR komt. De WOR spreekt niet over werknemers maar over ‘in de onderneming werkzame personen’. Dit zijn niet alleen de werknemers die officieel in dienst zijn bij uw organisatie en een arbeidsovereenkomst hebben. Ook uitzendkrachten tellen mee en gaan medezeggenschapsrechten opbouwen als ze ten minste 15 maanden voor uw organisatie werkzaam zijn. Ze moeten dan wel werk doen dat andere werknemers in de organisatie ook doen. Bij een productiebedrijf tellen ingehuurde schoonmakers dus niet mee als ‘in de onderneming werkzame personen’, maar uitzendkrachten die meedraaien in de productie wel.

Aantal leden OR

niet eenzijdig afwijken

In artikel 6 WOR staat hoeveel personen er in een OR moeten zitten. Dit is afhankelijk van het aantal werknemers. De bestuurder kan niet eenzijdig van het wettelijke zetelaantal afwijken in het voorlopig reglement. Als de OR eenmaal is gekozen, kan deze wel het aantal leden verlagen of verhogen.

Voor meer of minder OR-leden heeft uw OR toestemming van de bestuurder nodig. De bestuurder heeft daarbij een vetorecht, waartegen uw OR niet in beroep kan gaan.

1.1.2 PVT

meerderheid

De oprichting van een personeelsvertegenwoordiging (PVT) is verplicht als er tien tot vijftig werknemers binnen uw organisatie werken én als de meerderheid van de werknemers om een PVT vraagt of als de verplichting is geregeld in een cao. Soms kiezen bestuurders met minder dan vijftig werknemers vrijwillig voor een PVT.

Niet vrijblijvend

belangrijke wijziging

Als uw bestuurder eenmaal vrijwillig een PVT heeft ingesteld, kan hij deze niet zomaar opheffen, bijvoorbeeld omdat hij het weinig vindt toevoegen aan de bedrijfsvoering. Hij mag de PVT alleen opheffen bij een ‘belangrijke wijziging van de omstandigheden’ en dan ook nog alleen aan het eind van een lopende zittingsperiode. Beroep bij de kantonrechter is mogelijk als de PVT-leden, de werknemers of vakorganisaties het niet met de opheffing eens zijn.

Aantal leden PVT

Het wettelijk minimumaantal PVT-leden is drie, maar als dan één persoon uitvalt, komt alles neer op de overgebleven twee. En misschien bestaat uw organisatie ook uit meerdere afdelingen die allemaal vertegenwoordigd willen zijn. Een PVT van vijf leden kan daarom voor de hand liggen.

Heeft uw organisatie minder dan vijftig personeelsleden en geen OR of PVT, dan is uw bestuurder verplicht tweemaal per jaar een personeelsvergadering te organiseren.