3.3 Toetsing
bepaalde elementen
Bij de toetsing of de werknemers van uw onderneming voldoende verdienen, moet u bepaalde elementen wel en bepaalde elementen niet meetellen.
Wel
meerwerk of overwerk
De inkomsten van de werknemers die meetellen voor (toetsing aan) het minimumloon zijn:
- (basis)salaris;
- uitbetaald meerwerk of overwerk (zie ook paragraaf 9.1);
- toeslagen op het loon (zoals onregelmatigheidstoeslagen, ploegendiensttoeslagen of prestatietoeslagen);
- beloningen (vaste periodieke beloningen voor behaalde omzet);
- fooien (zie ook paragraaf 9.2).
Het totaal van deze loonelementen mag niet lager zijn dan het voor de werknemer geldende wettelijk minimumloon.
Niet
buiten beschouwing
bijzondere gelegenheden
De inkomsten van de werknemers die u bij toetsing aan het minimumloon buiten beschouwing moet laten, zijn:
- vakantiebijslag;
- kostenvergoedingen (om noodzakelijke kosten te dekken die de werknemer voor zijn werk maakt, zoals reiskosten);
- eindejaarsuitkeringen (zoals een 13e maand);
- winstuitkeringen;
- transitievergoedingen;
- uitkeringen bij bijzondere gelegenheden (zoals een beloning die een werknemer af en toe krijgt voor omzet die hij heeft behaald);
- uitkeringen op grond van aanspraken om na verloop van tijd of onder een voorwaarde één of meer uitkeringen te ontvangen (zoals pensioen);
- uitkeringen op grond van een spaarloonregeling;
- werkgeversbijdragen in de premie voor de ziektekostenverzekering van de werknemer.
Het uitruilen van belast loon voor een onbelast loonbestanddeel op grond van een cafetariasysteem kan invloed hebben op het loon dat een werknemer overhoudt. Zorg dat u vóór zo’n uitruil altijd goed controleert of hiermee niet de ondergrens van de WML wordt overtreden.