1.2 Overdracht van een IB-onderneming
De meeste ondernemers stellen het nadenken over de opvolging zo lang mogelijk uit. Wilt u echter optimaal resultaat behalen, dan is het verstandig tijdig te beginnen. De route richting verkoop is lang en is bezaaid met valkuilen en hindernissen (zie hoofdstuk 2 en 3).
1.2.1 Fiscale faciliteiten
financiering
In de praktijk zijn er, met name vanwege het financieringsaspect, verschillende vormen van bedrijfsopvolging. Er zijn daarbij een groot aantal mogelijkheden die variëren van een bedrijfsoverdracht in fasen tot een overdracht ineens. De fiscale gevolgen van de diverse opvolgingsmogelijkheden zijn uiteraard verschillend. De wetgever heeft in ieder geval verschillende faciliteiten in het leven geroepen om de hoogte van de fiscale heffing enigszins te dempen of om de belastingheffing uit te stellen tot een later tijdstip (hoofdstuk 4).
1.2.2 Bedrijfsbeëindiging
ondernemingsvorm
De ondernemingsvorm bepaalt voor een groot deel de (fiscale) gevolgen van een bedrijfsoverdracht. Bij een onderneming voor de inkomstenbelasting (IB) wordt de oude onderneming ‘gestaakt’ en een nieuwe onderneming ‘gestart’. Het kan hierbij gaan om:
- een eenmanszaak;
- een vennootschap onder firma (vof);
- een maatschap; of
- een commanditaire vennootschap (cv).
De nieuwe onderneming neemt de activa en passiva en lopende contracten van de gestaakte onderneming over. De Belastingdienst behandelt de (gedeeltelijke) overdracht van een onderneming voor de IB dan als een bedrijfsbeëindiging.
Ook bij een vrijwillig of gedwongen bedrijfseinde, door een faillissement of omdat u geen opvolger heeft, is sprake van een bedrijfsbeëindiging.
1.2.3 Staking
overlijden
duurzaam ingekrompen
In fiscale terminologie heet de beëindiging van het ondernemerschap een staking. Dit houdt in dat u als ondernemer (gedeeltelijk) ophoudt winst uit onderneming te genieten. Van staking van een IB-onderneming is sprake als:
- de onderneming wordt verkocht of geliquideerd;
- uw eenmanszaak wordt ingebracht in een vof of maatschap;
- de eenmanszaak of vof wordt ingebracht in een bv of nv;
- bestaande vennoten van de vof toe- of uittreden;
- één van de firmanten overlijdt en het firmacontract een zogenoemd verblijvingsbeding bevat;
- een gedeelte van de onderneming dat een zekere zelfstandigheid heeft of kan hebben, wordt verkocht of afgestoten, tenzij naar aanleiding daarvan een nieuwe activiteit wordt gestart waardoor de onderneming dezelfde blijft;
- de onderneming in korte tijd in belangrijke mate en duurzaam is ingekrompen.
Fictieve staking
Naast de ‘gewone’ stakingen bevat de wet ook een aantal ‘fictieve’ stakingen (zie paragraaf 2.3). Het gaat hierbij om bijzondere omstandigheden die worden aangemerkt als een staking, zonder dat formeel sprake hoeft te zijn van het stopzetten of de overdracht van de onderneming. Om te voorkomen dat de fictieve bedrijfsbeëindiging en de daarbij behorende belastingclaim het voortbestaan van de onderneming in gevaar brengt, is voor deze situaties een doorschuiffaciliteit in de wet opgenomen (zie hoofdstuk 5).
In situaties van overlijden of ontbinding van de huwelijksgemeenschap kan van deze faciliteit gebruik worden gemaakt. Bij emigratie ligt dat anders (zie hoofdstuk 2 en 3).