Weer uitstel voor nieuwe beslagvrije voet

De nieuwe beslagvrije voet, die al enige tijd wordt voorbereid, gaat in per 2019. Dit blijkt uit de begroting van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW), die op Prinsjesdag is gepresenteerd. Werknemers met schulden lopen daardoor komend jaar nog het risico op een te lage beslagvrije voet.

Per 2019 wijzigt de rekenmethode voor het berekenen van de beslagvrije voet (tool) bij loonbeslag. Voor werknemers met schulden betekent deze nieuwe berekening dat zij per 2019 een ander bedrag overhouden als er beslag wordt gelegd op hun loon. Het was eigenlijk de bedoeling dat de nieuwe rekenmethode voor de beslagvrije voet bij loonbeslag per 1 januari 2017 en later per 1 januari 2018, zou worden ingevoerd. De extra tijd die de overheid nu neemt is nodig om de gewijzigde berekening van de beslagvrije voet (tool) goed te kunnen implementeren.

Nieuwe rekenmethode

Door de nieuwe rekenmethode hoeft de werknemer met schulden (tools) niet langer zelf gegevens aan te leveren als er beslag gelegd wordt op zijn loon. Dat moet nu nog wel. Voor veel werknemers is dit een lastige klus, waardoor de beslagvrije voet vaak te laag wordt vastgesteld. Hierdoor houden werknemers vaak onterecht te weinig inkomen over bij loonbeslag. Los daarvan kijkt de overheid ook hoe de beslagvrije voet bij bankbeslag (tool) goed kan worden toegepast.