Vooral vast personeel krijgt scholing
Werkgevers geven minder prioriteit aan opleiding en scholing. Vooral werknemers met een vast contract volgen cursussen en opleidingen, terwijl mensen met een tijdelijk contract scholing het hardst nodig hebben voor hun inzetbaarheid op de arbeidsmarkt. Dat blijkt uit het rapport ‘Vraag naar arbeid’ van het Sociaal en Cultureel Planbureau.
Uit het recentste rapport ‘Vraag naar Arbeid’ (pdf) blijkt dat er ten opzichte van 2011 vrijwel geen toename is in de investeringen in scholing en werk-naar-werkbegeleiding (zoals omscholing, loopbaanoriëntatie of bemiddeling naar nieuw werk). Volgens de onderzoekers speelt de economische crisis daar mogelijk een rol in: organisaties zijn vooral bezig met overleven en minder met investeringen in hun personeel. Mogelijk heeft het ook te maken met de flexibilisering van arbeidsrelaties: een werkgever heeft bij een tijdelijke kracht minder tijd om de vruchten te plukken van investeringen in scholing.
Diversiteitsbeleid blijft ook achter
Veel organisaties vinden diversiteitsbeleid – specifiek beleid voor het aantrekken van bepaalde doelgroepen in de organisatie – niet zo belangrijk. Het zijn met name de overheid en de zorg die hieraan aandacht besteden. Ook is het aandeel vrouwen in leidinggevende functies nog relatief laag: slechts 14% van de organisaties geeft hieraan prioriteit. In 2011 ging het nog om 18%. Verder loopt het aantal leidinggevenden met een niet-westerse achtergrond achter. Alleen het aantal werkenden ouderen gaat volgens de overheid in de juiste richting; steeds meer ouderen blijven werken en werkgevers staan hier ook positiever tegenover.