Eén op vijf werknemers ervaart intimidatie externen
Cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) laten zien dat één op de vijf werknemers in Nederland intimidatie van externen ondervindt op het werk. Dit is één van de vormen van ongewenst gedrag van externen. Andere vormen van ongewenst gedrag die het CBS onderzocht, zijn lichamelijk geweld, ongewenste seksuele aandacht en pesten.
Een analyse van gegevens uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden 2017 door het CBS toont aan dat intimidatie door externen de meest voorkomende vorm van ongewenst gedrag op het werk is. Externen kunnen bijvoorbeeld klanten zijn, patiënten of (ouders van) leerlingen. Intimidatie door externen komt het meest voor bij maatschappelijk werkers (54%), gespecialiseerd verpleegkundigen (51%) en artsen (50%). Van de werknemers rapporteert 6% ongewenste seksuele aandacht. Lichamelijk geweld komt ook bij 6% van de werknemers voor, net als pesten. De beroepen die het vaakst ongewenste seksuele aandacht melden, zijn verpleegkundigen (32%) en verzorgenden (27%). Lichamelijk geweld komt het meest voor bij de politie en brandweer (47%), verpleegkundigen (38%), sociaal werkers en groep- en woonbegeleiders (33%). Politie en brandweer (25%) en beveiligingspersoneel (20%) ervaren het vaakst pesten door externen, maar ook docenten van algemene vakken in het middelbaar onderwijs worden vaak gepest (17%).
Langdurig ongewenst gedrag kan tot ziekte leiden
Werknemers in de zorg of welzijn rapporteren naar verhouding het vaakst ongewenst gedrag van externen (52%). Met 40% melden werknemers in de beroepsklasse openbaar bestuur, veiligheid en juridisch naar verhouding ook vaak ongewenst gedrag op het werk door externen. Werknemers in de ICT melden het minst vaak dat zij ongewenst gedrag op het werk van externen ervaren (7%).
Ongewenst gedrag is een vorm van psychosociale arbeidsbelasting (PSA). PSA is dan ook opgenomen in de Arbowet (artikel 1, lid 3e) en benoemt de verschillende vormen: seksuele intimidatie, agressie en geweld en pesten. Samen met werkdruk en discriminatie zijn dit voor de Arbowet factoren die stress teweeg brengen op het werk. Ook langdurig ongewenst gedrag op het werk kan leiden tot ziekte, zoals depressie of overspannenheid en kan een werknemer zelfs arbeidsongeschikt maken.
Aanstellen vertrouwenspersoon kan nuttige maatregel zijn
Iedere werkgever moet dus expliciet beleid voeren tegen PSA. Hij moet onderzoek doen naar de ervaringen die werknemers hebben met PSA-factoren. De resultaten van dit onderzoek zijn input voor de risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E), met het bijbehorende plan van aanpak. In het plan van aanpak neemt de werkgever de maatregelen op om de arbeidsrisico’s te beperken. Het aanstellen van een vertrouwenspersoon kan een nuttige maatregel zijn om problemen met ongewenst gedrag te signaleren en op te lossen. De vertrouwenspersoon kan de werkgever ondersteunen bij het opstellen van het arbobeleid.