U bent hier

Onderneming & Arbo
Praktijkbeoordeling als opleidingsinstrument

Praktijkbeoordeling als opleidingsinstrument

De praktijkbeoordeling is een praktische en gestructureerde manier om te beoordelen hoe een medewerker reageert op diverse situaties op de werkvloer. Zorg dat u of de leidinggevende de praktijkbeoordeling op de juiste manier toepast en deze koppelt aan andere instrumenten binnen het opleidingsbeleid.

De praktijkbeoordeling is een opleidingsinstrument waarmee u de ontwikkeling van een medewerker kunt bijhouden en stimuleren. Het voordeel van een praktijkbeoordeling is dat deze zich richt op waarneembaar (werk)gedrag. Een nadeel kan zijn dat het oordeel subjectief is en daardoor minder betrouwbaar kan zijn dan schriftelijk toetsen.

Aandachtspunten bij praktijkbeoordeling

Enkele aandachtspunten bij het toepassen van de praktijkbeoordeling als opleidingsinstrument:

  • Benoem competenties waaraan de medewerker moet voldoen. Die competenties zijn nodig voor essentiële beroepshandelingen: activiteiten, taken en verantwoordelijkheden die een medewerker in een bepaalde functie in ieder geval moet beheersen.
  • Wees terughoudend met het stellen van theoretische vragen tijdens een praktijkbeoordeling. Sommige medewerkers hebben hun handen vol aan het uitvoeren van de praktische (beroeps)handelingen. Vragen stellen kan hen uit hun concentratie halen.
  • Als u het moeilijk vindt om zich een oordeel te vormen op basis van uw waarnemingen, vraag de medewerker na afloop van de praktijkhandelingen dan om aanvullende informatie, bijvoorbeeld: ‘Waarom heb je voor die oplossing gekozen?’ en om te toetsen of de medewerker een zorgvuldige afweging heeft gemaakt: ‘Kun je ook alternatieven noemen?’
  • Laat de praktijkbeoordeling maximaal 15 minuten duren. Houd direct daarna een feedbackgesprek waarin u de medewerker concrete ontwikkeltips geeft.
  • Neem de verbeterpunten op in het persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) en laat ze ook terugkomen in de functionerings- en beoordelingsgesprekken.